Vandaag viert de Zweedse Koning Carl Gustaf zijn 76e verjaardag. Hij deelde zijn verjaardag met wijlen Koningin Juliana, niet geheel toevallig was zij dan ook de peetmoeder van Carl Gustaf en was ze aanwezig bij zijn doop op 7 juni 1946. Op die dag werd onderstaande foto gemaakt van vier generaties: de koning met zijn drie troonopvolgers.
De jarige van vandaag bij zijn doop op 7 juni 1946 in de armen van zijn overgrootvader koning Gustaf V (1858-1950), zijn grootvader (op dat moment kroonprins en vanaf 1950 koning) Gustaf VI Adolf (1882-1973) en staand zijn vader Gustaf Adolf (1906-1947). (publiek domein)
Nog geen jaar later verongelukte Carl Gustaf’s vader Gustaf Adolf bij een vliegtuigongeluk op de Deense luchthaven Kastrup, waarbij alle inzittenden om het leven kwamen. De prins was op weg terug naar huis na een Nederlandse jachtpartij met prins Bernhard in de bossen bij Soestdijk.
Zodoende groeide Carl Gustaf op zonder vader. Toen zijn opa, Koning Gustaf VI Adolf in 1973 op 90-jarige leeftijd overleed, sloeg het koningschap dus een generatie over, zodat Carl Gustaf relatief vroeg koning werd, op zijn 27e. Drie jaar later trouwde hij met de Duits-Braziliaanse Silvia Sommerlath.
De verjaardag van de koning wordt traditioneel gevierd met een militaire parade, om 12.00 uur worden er 21 saluutschoten vanaf Skeppsholmen afgevuurd, waarna de koning om 12.18 uur naar buiten komt op het Yttre Borggården, het buitenplein van het Koninklijk Paleis in het centrum van Stockholm (op de foto hieronder is het helemaal aan de linkerkant van het paleis te zien, herkenbaar aan de gebogen zuilengalerij), waar ook publiek welkom is, Traditioneel geven kinderen bloemen aan de koning en wordt het volkslied gespeeld en meegezongen.
Het Koninklijk Paleis in Stockholm, gelegen aan het Mälarmeer (Mälaren) (screenshot)
Screenshots van de cermonie
De Koning luistert naar de m militaire band op de Yttre Borggàrden……en ontvangt traditiegetrouw bloemen van kinderenEen deel van de koninklijke familie slaat de ceremonie gade vanaf een balkon, v.l.n.r.: Prinses Sofia (1984) (echtgenote van Prins Carl Philip), haar zoon Prins Alexander (2016), Prins Daniel (1973), (echtgenoot van de Kroonprinses), toekomstige troonopvolgster Prinses Estelle (2012), Koningin Silvia (1943), Kroonprinses Victoria (1977) en Prins Oscar (2016)
De koninklijke standaard
De vlag die vandaag wappert is de Zweedse koninklijke standaard. De basis voor deze vlag is de nationale vlag. De koninklijke versie is echter een bijzonder model, een zogenaamde zwaluwstaart. Aan de vluchtzijde heeft de vlag twee driehoekige uitsparingen, wat resulteert in een vlag met drie punten. Over het midden van het kruis is het groot rijkswapen afgebeeld op een wit veld. Het ‘grote’ zit hem in de plaatsing van het wapen op een gekroond baldakijn en de twee schildhouders (gekroonde leeuwen).
Het gekroonde wapen bevat nogal wat onderdelen: de basis is een blauw veld met een gouden kruis, waarmee het veld in vieren wordt verdeeld. De velden I en IV tonen de drie gouden kronen die sinds 1364 het embleem van Zweden vormen. De velden II en III laten de zogenaamde Folkingen-leeuw zien, sinds 1200 het oude Zweedse koningswapen.
Precies in het midden, over alles heen, een kleiner schild, op zijn beurt verticaal in tweeën gedeeld: links het wapen van het voormalige koningsgeslacht Wasa, rechts het wapen van het huidige Koninklijk Huis: Bernadotte-Pontecorvo. Als laatste onderdeel is aangebracht langs de gehele onderste helft van het schild, de keten van de Orde van de Serafijnen.
Keten van de Meest Nobele Orde van de Serafijnen, de Zweedse ridderorde, gesticht door Koning Frederik I op 27 februari 1748 (publiek domein)
Het wapen is voor het laatst vastgesteld in 1908, de vlag in 1906. De Zweedse koninklijke standaard is geen persoonsgebonden vlag, hij wordt gebruikt door iedere monarch. Ook koningin Silvia gebruikt hem.
Zweedse koninklijke standaard met ‘klein’ wapen
Andere leden van het koningshuis gebruiken een vergelijkbare standaard, maar dan met een ‘klein’ wapen, een gekroond blauw schild, waarop de drie kronen, omringd door de Serafijnenorde.
Rincón is het oudste dorp op Bonaire, in de 16e eeuw gesticht door de Spanjaarden. Alle andere dorpen die Bonaire telde zijn inmiddels ‘samengesmolten’ met de hoofdstad Kralendijk, daarmee is Rincón eigenlijk de enige andere nederzetting op het eiland.
Rincón met z’n karakteristieke Sint Ludovicus Bertranduskerk uit 1907
Vandaag wordt de Dia di Rincón gevierd, die vanwege het gemak, altijd samenviel met Koninginnedag. Dat laatste is nu vervallen, daar Koningsdag een paar dagen eerder is. Maar de Dia di Rincón bleef gehandhaafd op 30 april.
De vlag
Vlag van Bonaire (1981-heden)
De vlag van Bonaire is diagonaal in tweeën gedeeld, van de onderkant van de broekingszijde tot de bovenkant van de vluchtzijde, in wit en blauw Het witte gedeelte is op zijn beurt aan de bovenkant van de broekingszijde ook weer diagonaal gedeeld, met een kleiner driehoekig geel vlak in het kanton. Midden in het witte gedeelte is een gestileerd zwart kompas afgebeeld met daarin een zeskantige rode ster.
Met z’n drieën bij elkaar: de vlaggen van Bonaire, Nederland en Rincón (fotograaf onbekend)
Het gele vlak staat voor de zon en voor de Bonaireaanse bloemen, waarvan er vele geel zijn, zoals de kibra hacha, kelki hel en sente bibu (aloë). Het witte gedeelte symboliseert vrede, vrijheid en rust, terwijl het blauwe vlak voor de zee staat.
De zwarte kompasring met vier punten voor noord, zuid, oost en west symboliseert de verschillende bevolkingsgroepen, die, waar ze ook vandaan kwamen, aan elkaar gelijk zijn. De zeskantige rode ster staat voor de zes oorspronkelijke dorpen op Bonaire: Antriol, Nikiboko, Noord Saliña, Playa, Tera Korá en Rincón. De eerste vijf zijn inmiddels aan elkaar vastgegroeid en vormen nu de hoofdstad Kralendijk. Rincón ligt in het noorden van het eiland (en heeft een eigen vlag).
Op 11 december 1981 werd de vlag van Bonaire geïntroduceerd. In het comité voor het vlagontwerp zat de befaamde Amerikaanse vexilloloog (vlaggendeskundige) Whitney Smith. Hij is o.a. de ontwerper van de vlag van Guyana (1966).
Inmiddels zijn er negen weken oorlog achter de rug en hoewel het Russische leger wel degelijk kleine ‘vorderingen’ maakt in de Donbas, is er tot nu toe nog steeds geen grootscheepse aanval, waar door Rusland wel op werd gezinspeeld afgelopen week.
Desalniettemin rukken tankcolonnes vanuit het noorden en oosten steeds verder op richting de steden Sloviansk en Kramatorsk. Volgens de Oekraïense legerleiding is de frontlinie echter zeer gefragmenteerd, waardoor bijvoorbeeld het ene moment een dorp in Russische handen is, dan weer wordt terugveroverd door Oekraïne.
Hoewel Marioepol volgens de Russische legerleiding een week geleden geheel in Russische handen zou zijn, bleek dat het enorme gebied van de Azovstal-fabriek nog steeds niet is veroverd. Poetin reageerde daarop door te zeggen dat ze dat ook niet eens meer gingen proberen, omdat het doel Marioepol in handen te krijgen (“te zuiveren”) al bereikt was.
Kennelijk veranderde hij daarna toch weer van mening, want inmiddels ligt het complex alweer dagenlang onder vuur. In de catacomben onder de fabriek zouden nog steeds honderden Oekraïense strijders verblijven, net als plusminus duizend burgers, onder wie veel vrouwen en kinderen.
Vriendschapsbeeld verwijderd
Afgelopen week nam Kiev’s burgemeester Vitali Klytsjko het besluit om een ruim 8 m hoog standbeeld uit het centrum van de hoofdstad te verwijderen. Het werd in 1982 door de Sovjet Unie aan (toen nog sovjet-republiek) Oekraïne geschonken, als teken van vriendschap. De twee figuren houden samen hoog boven het hoofd het wapen van de Sovjet Unie vast, waarop de tekst Дружьа Народов (Druzhba Narodiv), wat zoveel wil zeggen als ‘Vriendschap tussen volkeren’. Klytsjko was er zelf bij aanwezig toen het standbeeld werd ontmanteld, waarbij hij liet weten dat er van vriendschap weinig meer over was: “Rusland verwoest het normale leven van miljoenen Oekraïeners en maakte een einde aan de vrede in Europa.” Screenshots van de ontmanteling:
Het beeld nog intactKiev’s burgemeester Vitali Klitsjko (1971) staat de pers te woord, terwijl een van de standbeelden z’n hoofd al kwijt isДружьа Народов (Druzhba narodiv), wat zoveel betekent als “Vriendschap tussen volkeren’Het deels ontmantelde VriendschapsbeeldDe slijptol in actie bij een van de benenDe beelden worden neergehaald……en voegen zich bij het losse hoofdKlaar voor transport
Dreigende taal
Met de traag verlopende Russische opmars, het verlies van de kruiser Moskva en de nog steeds toenemende aanvoer van alsmaar zwaardere wapens vanuit de Verenigde Staten en Europa naar het Oekraïense leger, is het inmiddels duidelijk dat president Poetin steeds bozer en gefrustreerder wordt. Eergisteren liet hij weten dat landen die proberen in het conflict tussenbeide te komen, te maken zullen krijgen met een ‘snelle reactie’ van Moskou en dat alle beslissingen over hoe Moskou in zo’n situatie zal reageren, al zijn genomen.
Het Kremlin in Moskou in 2012 (foto: A. Savin / publiek domein)
Volgens de dictator zal hij dan ‘tegenaanvallen ontketenen’ tegen iedereen die ‘bedreigingen van strategische aard creëert die onaanvaardbaar zijn voor Rusland’. Verder gooide hij er nog een paar onwaarheden bij op de inmiddels grote hoop: zo zou het Westen Rusland in stukken willen opdelen en zou het Oekraïne in conflict hebben gebracht met Rusland. De Russische frustratie wordt ook verwoord door Poetin’s marionet Sergej Lavrov, de minister van Buitenlandse Zaken, die stelde dat een Derde Wereldoorlog een reële optie is.
Het is maar al te duidelijk dat het regime in Moskou de publieke opinie probeert te beïnvloeden en twijfel zaait over wat er met die ‘tegenaanvallen’ bedoeld wordt. Het neemt het woord ‘kernoorlog’ niet in de mond, maar dreigt er tussen de regels wel mee. In Moskou hoopt men dat hiermee de bereidheid tot het leveren van zware wapens zal afnemen of stoppen. Dat Rusland echter een kernoorlog zou ontketenen lijkt onwaarschijnlijk, want dat zou het regime weleens de kop kunnen kosten.
Slachtoffers
Het trieste wekelijkse blokje van slachtoffers: Voor wat Oekraïense burgerslachtoffers betreft: de Oekraïense regering houdt het op 24.332 of meer (waarvan zo’n 5.000 in Marioepol), plus 4.000 gewonden, de Verenigde Naties houden het op 2.787 doden en 3.152 gewonden. Oekraïense militairen: volgens de Oekraïense regering rond de 2.500 tot 3.000 gesneuvelden en 1.000 gewonden, Amerikaanse inlichtingendiensten schatten het aantal dode militairen op 2.000* tot 4.000*. *) deze cijfers zijn sinds vijf weken terug niet meer aangepast
De getallen voor gesneuvelde Russen lopen nog steeds enorm uiteen, Rusland houdt het cijfer waarschijnlijk bewust ‘laag’: 1.351 doden, 3.825 gewonden. De Amerikaanse inlichtingendiensten schatten de Russische verliezen op 10.000 of meer. De NAVO gebruikt een veel ruimere marge, maar zit wel op dezelfde golflengte met aantallen gesneuvelde Russen: 7.000 tot 15.000. *) de cijfers in dit blokje zijn sinds drie weken niet verder bijgesteld
De vlag
Vlag van Oekraïne (1992-heden)
De vlag van Oekraïne bestaat uit twee even brede horizontale banen van blauw en geel.
Er zijn voldoende aanwijzingen dat de kleuren blauw en geel van de vlag ver terug gaan, zelfs tot de 15e eeuw. De kleuren gaan er echter pas echt toe doen wanneer de twee keizerrijken waar Oekraïne onderdeel van uitmaakte (het Russische en het Oostenrijks-Hongaarse), ophouden te bestaan. De West-Oekraïense Nationale Republiek gebruikt tussen 1918 en 1919 de blauw-gele vlag. De vlag wordt gecontinueerd bij het samengaan van de twee Oekraïnes tot de Oekraïense Staat.
Tot aan 1949 heeft Oekraïne als Russische sovjet-republiek verschillende variaties van egaal rode vlaggen met de letters YCCP (Ukrayinskaya Sotsialisticheskaya Sovetskaya Respublika – oftewel Socialistische Sovjet Republiek Oekraïne) erop.
In 1949 krijgen alle Russische republieken een vlag-‘make-over’, variaties op de vlag van de Sovjet-Unie met eigen accenten. Die van Oekraïne heeft een blauwe balk aan de onderkant.
Vanaf 1990, dus nog vóór de onafhankelijkheid, wordt de blauw-gele vlag her en der al aarzelend waargenomen. Met het opnieuw zelfstandig worden, wordt de vlag officieel ingevoerd. Wettelijke status krijgt de vlag op 28 januari 1992. De eerste vlag die ooit boven het Verchovna Rada (het Oekraïnse parlement) wapperde is nu in het parlementsmuseum te zien.
Het blauw in de vlag symboliseert de hemel, het geel de uitgestrekte tarwevelden.
Hoewel een aantal symbolen op de vlag van de Spaanse hoofdstad Madrid al heel ver teruggaan, zijn zowel wapen als vlagontwerp vrij recent. Op 28 april 1967 werden ze ingevoerd. Men greep daarbij terug op het wapen wat tot 1859 gebruikt werd. In 1967 was de vlag nog rood, op 28 mei 1982 werd de kleur in karmozijn veranderd en de vorm van de kroon enigszins aangepast.
Vlag van Madrid (1967-1982)
De vlag
De vlag van Madrid is karmozijn van kleur, met in het midden het stadswapen.
Vlag Madrid (1982-heden)
Het wapenschild is blauw omzoomd met daarop zeven zes-puntige sterren. Op het schild is een aardbeiboom (Arbutus unedo) afgebeeld. De stam is lichtbruin, de bladerkroon is ovaal en groen. In het groen zijn tien rode vruchten zichtbaar.
De boom is afgebeeld staand op een groene ondergrond en tegen een witte achtergrond. Aan de rechterkant van de boom is een bruinzwarte beer te zien, die staand op zijn achterpoten met zijn voorpoten tegen de stam aan staat, de kop omhoog gericht, richting vruchten. Het wapen wordt gedekt door een antieke koninklijke kroon.
Wapen van Madrid
De beer en de sterren komen reeds in de 13e eeuw voor, alhoewel niet geheel zeker is wat de achtergrond is. De zeven sterren (én de beer) zouden kunnen staan voor het hemellichaam Grote Beer (Ursa major). Een andere theorie is dat de Romeinse naam voor de stad, Ursaria, de oorsprong is van de beer.
Wat de aardbeiboom betreft zijn er ook verschillende theorieën. Eén ervan is, dat deze boom veel voorkwam in de regio, maar sommige historici betwisten dat en vermoeden dat de boom met rode vruchten eigenlijk een lijsterbes (Sorbus) is.
De autonome regio Madrid heeft zijn eigen vlag, zoals we op de foto van het Casa de la Panadería kunnen zien. Deze vlag is donkerrood met zeven vijfpuntige sterren in wit, vier boven, drie onder.
Kaart van de autonome regio Madrid (publiek domein)
De donkerrode kleur staat voor de historische landstreek Castilië, de zeven sterren voor de zeven administrative gebieden van de autonome regio: Madrid (stad), Alcalá de Henares, Torrelaguna, San Martín de Valdeiglesias, El Escorial, Getafe en Chinchón. De sterren staan ook voor sterrenbeeld de Grote Beer (Ursa major), wat dan weer een verwijzing is naar de stadsvlag van Madrid, met beer.
José María Cruz Novillo (1936), ontwerper van de vlag van de autonome regio Madrid (fotograaf onbekend)
De vlag werd aangenomen op 23 december 1983 en is een ontwerp van José María Cruz Novillo, die naast ontwerper ook beeldhouwer, graveur en schilder is.
Maryland is een van de originele 13 Amerikaanse koloniën die zich van Engeland afscheidden en verder gingen als de Verenigde Staten van Amerika. De afscheidingsoorlog (‘The Revolutionary War’) duurde van 1775 tot 1783. De afscheiding werd in 1776 neergelegd in de zogenaamde Articles of Confederation and Perpetual Union, uiteindelijk bekrachtigd in 1778, waarmee de 13 verenigde staten officieel een land werden. Hierna moesten de afzonderlijke staten deze unie nog bekrachtigen. Maryland was op 2 februari 1781 de 13e en laatste staat die dit deed.
In 1788 werden de staten het eens over een nieuwe Grondwet, die ook weer door alle staten afzonderlijk geratificeerd diende te worden. Maryland deed dit als 7e staat op 28 april 1788 en dat is de datum die vandaag gevierd wordt.
Links: George Calvert, 1st Lord Baltimore (1578/79-1632), olieverfschilderij uit ±1881 van John Alfred Vinter (1828-1905) (Collectie Archives of Maryland) / Rechts: Cecilius (Cecil) Calvert, 2nd Lord Baltimore (1605-1675), olieverfschilderij uit 1910 van Florence MacKubin (1857-1918) (Maryland State Archives, Annapolis Collection)
De geschiedenis van Maryland gaat terug tot 1632, het was zoals gezegd oorspronkelijk een Engelse kolonie. Stichter was George Calvert, 1st Lord Baltimore die van Koning Charles I een landcharter ontving voor een gebied tussen Massachusetts in het noorden en Virginia in het zuiden. Helaas stierf George Calvert in het stichtingsjaar 1632, waarna zijn charter overging op zijn zoon Cecilius Calvert, 2nd Lord Baltimore. Het gebied kreeg de naam Maryland, naar de Franse echtgenote van Koning Karel, Koningin Henriëtte-Maria.
Links: Koning Charles van Engeland, Schotland en Ierland (1600-1649), olieverfschilderij uit 1628 door Gerrit van Honthorst (1592-1656) (National Portrait Gallery, Londen) / Rechts: Koningin-gemalin Henriëtte Maria van Engeland, Schotland en Ierland, Prinses van Bourbon (1609-1669), olieverfschilderij van ±1636/38 door Anthony van Dyck (1599-1641) (San Diego Museum of Art)
Vanaf 1634 vestigden de eerste kolonisten zich in dit gebied, waarbij opvallend genoeg de meesten van hen katholiek waren, in tegenstelling tot de meeste andere koloniën. Van het begin af aan was Maryland tolerant op godsdienstgebied: in 1649 werd de Maryland Toleration Act aangenomen, waarbij meerdere (christelijke) geloven werden toegestaan. In 1729 werd Baltimore gesticht, genoemd naar Maryland’s stichter, Lord Baltimore. Het is nu de grootste stad in de staat met 2,8 miljoen inwoners.
De vlag van Maryland mag als Amerikaanse statenvlag gerust uitzonderlijk worden genoemd. Als enige staat voert Maryland een heraldische banier.
De vlag is in vieren gedeeld. Kwartier I en IV tonen het wapen van de stichtersfamilie Calvert en ze bestaat uit zwart-gouden balken en symboliseren palissaden. Dit wapen werd de familie verleend nadat een van de Calverts zich had onderscheiden tijdens een succesvolle bestorming.
Links: Wapen van de familie Calvert / Rechts: Wapen van de familie Crossland
Kwartier II en III tonen het wapen van de familie Crossland, de familie van George Calvert’s moeder, Alicia Crossland. Deze velden zijn op hun beurt ook weer in vieren gedeeld: velden I en IV in wit, velden II en III in rood. Over de scheidingslijnen van de kwarten is een lazarus- of knekelkruis geplaatst, met de kleuren ‘van het een in het ander’, zoals dat heraldisch genoemd wordt. Vanaf Cecilius Calvert, 2nd Lord Baltimore werden de twee wapens verenigd tot één wapen.
Wapen van Cecilius Calvert, 2nd Lord Baltimore, een combinatie van de wapens van de families Calvert en Crossland
In de beginjaren van de kolonie Maryland werd het wapen met de zwart-gouden balken van de Calvert-lijn als symbool gebruikt, daar het grondgebied toen nog bestuurd werd door de Calverts. Vanaf de onafhankelijkheid van de Verenigde Staten in 1776, waarbij Maryland een staat werd, raakte het wapen in ongebruik.
Fast forward naar de Amerikaanse Burgeroorlog (1861-1865). Tijdens deze oorlog lag Maryland op de scheidslijn van de Noordelijken (de Unie) en de Zuidelijken (de Confederatie). Voorstanders van de Unie waren voornamelijk in het noorden van Maryland te vinden, die voor de Confederatie in het zuiden, inclusief Baltimore. Om zich af te zetten tegen de Unie begonnen de Confederalisten uit Maryland het rood-witte wapen van de Crossland-familie te gebruiken. Uiteindelijk werd dit wapen gezien als symbool van de afscheiding van de Unie. Als speld werd het wapen op de grijze legeruniformen of kepi’s aangebracht. De zwart-gouden kleuren van de Calvert-familie werden vervolgens geadopteerd door Marylanders die voor de Unie vochten, eveneens als speld op het uniform, maar ook als regimentsvlag binnen denoordelijke Army of the Potomac.
Na de overgave van de Zuidelijken in 1865 was het zaak weer tot elkaar te komen, zeker in een verdeelde staat als Maryland. Dit kostte uiteraard tijd, maar symbolisch was het zeker toen besloten werd de wapens van de Calverts en de Crosslands weer te verenigen. Hoewel niet officieel, werden de kleuren van het complete wapen ook op vlaggen gebruikt, als symbool voor de staat.
Oude kaart van Maryland en Delaware, “List of railroads of the states Maryland, Delaware & District of Columbia”, compiled and drawn by Frank Arnold Gray, 1873, uitgave Stedman, Brown & Lyon, Baltimore (pagina’s 43/44 uit de “New Topographical Atlas of the State of Maryland and the District of Columbia”) (Rumsey Collection)
Voor zover nog na te gaan werd de vlag van Maryland zoals we haar nu nog kennen voor het eerst officieel gebruikt op 11 oktober 1880, tijdens de viering van de 150e verjaardag van de stad Baltimore. De vlag werd in een parade meegevoerd door de Fifth Regiment of Maryland’s National Guard. De vlag was opnieuw officieel te zien op 25 oktober 1888, bij een herdenking op het voormalige Burgeroorlog-slagveld van Gettysburg, Pennsylvania, bij de onthulling van gedenktekens voor de Marylandse regimenten van de Army of the Potomac.
Uiteindelijk duurde het nog tot 9 maart 1904 voordat de vlag officieel werd aangenomen. In 1945 werd door het deelstaatparlemet een wet aangenomen die voorschrijft hoe een vlaggenstok eruit dient te zien als die de vlag van de staat voert. In plaats van een bal-, schijf- of ui-vorm (de zogenaamde kloot), dient de top van de vlaggenmast voorzien te zijn van een goudkleurig lazarus- of knekelkruis.
Links: Vlag van Maryland aan een officiële vlaggenstok met kruis / Rechts: Close-up van het lazarus- of knekelkruis op de top van de vlaggenstok
Deze vlaggenstokversie is eigenlijk alleen bij overheidsgebouwen te zien en zelfs daar niet altijd, zodat dit meer een slapende wet is dan wat anders.
De vlag van Maryland is populair. Dat bleek ook In 2001, toen de Amerikaanse vlaggenvereniging North American Vexillological Association (NAVA) onderzocht hoe het stond met de populariteit van de staten- en territoria-vlaggen van de V.S. en de provincievlaggen van Canada. Van de in totaal 72 vlaggen eindigde Maryland op een eervolle 4e plaats.
Voor het eerst sinds 2019 zal Koningsdag weer als vanouds verlopen, zonder corona-maatregelen. Maastricht is de plek waar de koninklijke familie vandaag Koningsdag viert. Oorspronkelijk stond de Limburgse hoofdstad in 2020 al op als gaststad, maar door de pandemie werd dat toen helemaal afgeblazen.
De koninklijke bus arriveert via stadsdeel Wyck om 11.00 uur bij de Sint Servaasbrug, waar bloemen worden aangeboden aan de koningin en de prinsessen.
De koninklijke bus arriveert op de Sint Servaasbrug (screenshot)Op de brug worden bloemen overhandigd, we zien v.l.n.r. Koning Willem-Alexander, Prinses Alexia, Koningin Máxima en de Maastrichtse burgemeester Annemarie Penn-te Strake (screenshot)
Te voet gaat het verder langs het beeld van de Mestreechter Geis (De Geest van Maastricht) naar de Maasboulevard. Vervolgens zullen alle 16 Zuid-Limburgse gemeentes zich presenteren. In aanloop naar Koningsdag zijn de levens van verschillende Zuid-Limburgers op beeld vastgelegd. Hiermee krijgen de koninklijke familie (en de tv-kijkers) een beeld van wat het leven in de regio inhoudt.
De Koning en de Koningin krijgen een borreltje aangeboden (screenshot)
Op de Graanmarkt wordt het internationale studentenleven gepresenteerd met o.a. een ‘muzikaal spektakelstuk’ met de strijkers van de Philharmonie Zuid-Nederland en het Maastrichtse dj-duo Lucas & Steve.
Feest met dj-duo Lucas & Steve (screenshot)
Tevens wordt hier een Poort naar Europa onthuld als eerbetoon aan het 30-jarige Verdrag van Maastricht (1992). Twee leden van de koninklijke familie worden hier uitgenodigd de eerste herdenkingsmunt te slaan.
De Koning slaat de eerste herdenkingsmunt van 10 euro ter gelegenheid van 30 jaar Verdrag van Maastricht (screenshot)Kroonprinses Amalia slaat de tweede (screenshot)Het resultaat wordt aan de pers getoond (screenshot)
Verder gaat het naar het Onze Lieve Vrouweplein, waar de koninklijke gasten getest worden in hoeverre zij uit de voeten kunnen met het Maastrichts dialect (het Mestreechs).
De koninklijke familie verdiept zicht in het Mestreechs middels het Leesplenkske vaan de Mestreechter Taol (screenshot)
Culinair wordt het daarna met het maken van zoervleis (zuurvlees), vlaaien en biologische wijn, terwijl de Maastrichts beroemdste inwoner, André Rieu, voor muziek zorgt.
André Rieu met koor en orkest: een thuiswedstrijd (screenshot)Manoe Konings verhoogt de sfeer verder met een doedelzak (screenshot)
In de Breestraat komt het cultureel en vereningingsleven aan bod, waaronder het carnaval, de opera en tientallen verenigingen in ‘herkenbaar tenue’.
De Koningin krijgt drie zoenen (screenshot)En ook de Maastrichtse volkszangeres Beppie Kraft ontbreekt niet! (screenshot)
Op het Vrijthof zal Rowwen Hèze een speciaal voor de gelegenheid gecomponeerd lied spelen. Met het zingen van het Wilhelmus (met de Koninklijke Maastreechter Staar) wordt het bezoek wordt om 13.00 uur afgesloten.
Rowwen Hèze (screenshot)De Koning spreekt een dankwoord uit op het Vrijthof (screenshot)
-Meer screenshots aan het einde van dit artikel-
De vlag
Vlag van Nederland
De Nederlandse vlag stamt in oorsprong uit de 16e eeuwse vrijheidsstrijd onder Willem van Oranje tegen de Spaanse overheersers. De eerste versie is de Prinsenvlag, die verschillende verschijningsvormen kende, met een wisselend aantal strepen, maar in het begin bijna altijd met oranje in plaats van het nu gebruikte rood. De kleuren oranje, wit en blauw zelf zouden van de livreikleuren van Willem van Oranje kunnen komen, maar ook zijn er theorieën dat de kleuren ontleend zijn aan het wapen van Zeeland.
Links: Prinsenvlag met 11 banen / Rechts: Nederlandse vlag met oranje baan
Zeker is in ieder geval, dat geleidelijk aan, tussen 1597 en 1630 het oranje steeds meer werd vervangen door het rood. De reden daarvoor is waarschijnlijk dat de oranje baan in de vlag de neiging had te snel te verkleuren en daarmee bijna onzichtbaar werd. Ook op zee was de oranje baan in de vlag vaak moeilijk te onderscheiden. Rood had dat probleem als ‘sprekender’ kleur niet.
Pas op 19 februari 1937 werden de kleuren van de Nederlandse vlag bij Koninklijk Besluit vastgelegd: De kleuren van de vlag van het Koninkrijk der Nederlanden zijn rood, wit en blauw. Op 16 augustus 1948 werden de exacte kleuren ten behoeve van de marine iets exacter vastgesteld: helder vermiljoen, wit en kobaltblauw.
Vlag Spaanse Nederlanden
Om in het kort iets te zeggen over twee vlaggen die ook ooit nationale vlaggen waren in wat nu Nederland is: Vóór de Nederlandse opstand tegen de Spaanse overheersing (de Tachtigjarige Oorlog, 1568-1648) stonden het tegenwoordige Nederland en België sinds 1482 bekend onder de naam Habsburgse of Spaanse Nederlanden.
Links: Vlag van de Habsburgse of Spaanse Nederlanden / Rechts: Kaart van de Spaanse Nederlanden (in oranje), donkerpaars: het Prins-bisdom Luik, roze: het Prinsdom van Stavelot-Malmédy, lichtpaars: het Prins-bisdom van Cambrésis
De vlag die toen gevoerd werd was wit met een rood Bourgondisch kruis, schuingeplaatst in de vorm van twee knoestige stokken. Het lijkt daarmee op het andreaskruis (dat kruis heeft echter geen knoesten). Met de revolutie van de Noordelijke Nederlanden (nu Nederland) ging dit gebied stukje bij beetje over op het oranje-wit-blauw (zie ook boven). De Zuidelijke Nederlanden (nu België) bleven de vlag met het kruis gebruiken tot aan 1715, toen dit gebied overging naar Oostenrijk onder de naam Oostenrijkse Nederlanden (met een andere vlag).
Kaart van de Bataafse Republiek in 1801 (door Joostik, gebaseerd op de “Groote historische schoolatlas ten gebruike bij het onderwijs in de vaderlandsche en algemene geschiedenis”, door H. Hattema, 1920) (publiek domein)
Vlag van de Bataafse Republiek
De andere vlag was die van de Bataafse Republiek en daarmee komen we in de tijd van Napoleon. Daags nadat stadhouder Willem V naar Engeland vluchtte (19 januari 1795) werd de Bataafse Republiek een feit. Hoewel het op papier een autonome republiek was, was het land in feite een vazalstaat van Frankrijk, eufemistisch een zusterrepubliek genoemd. Het rood-wit-blauw van de vlag werd gehandhaafd maar in de broektop kwam een afbeelding te staan. Hoewel deze vlag oorspronkelijk als marinevlag werd ingevoerd, werd ze uiteindelijk ook aan land gevoerd.
Vlag van de Bataafse Republiek (1795-1806)
De afbeelding toont een zogenaamde Nederlandse of Bataafse maagd, ook wel de Vrijheidsmaagd genoemd. Haar gouden helm is getooid met veren in de kleur van de Nederlandse of Bataafse vlag. Naast haar zit de Nederlandse of Bataafse leeuw, die enigszins verbijsterd kijkt. Beiden houden een speer vast, waar bovenop een vrijheidshoed balanceert. De maagd houdt aan haar andere zijde een schild vast met daarop een Romeinse roedenbundel met bijlen (fasces). Het hele tafereel is geplaatst op een groene ondergrond met struikgewas en gezien de wapperende sjaal, verentooi en leeuwenmanen lijkt het flink te waaien!
Afbeelding op de vlag van de Bataafse Republiek
De afbeelding op de rode baan kwam weer te vervallen in 1806 toen de Bataafse Republiek door Napoleon werd vervangen door het Koninkrijk Holland, waarbij hij zijn derde broer, Lodewijk Napoleon, op de troon zette. Dit koninkrijk was maar een kort leven beschoren, Napoleon was ontevreden met zijn broer als koning, die hij ‘te Hollands’ vond worden. Hij zette Lodewijk Napoleon in 1810 af en lijfde Nederland bij zijn in 1804 gevormde Franse Keizerrijk in, waardoor de officiële vlag in Nederland de Franse tricolore werd.
Na een desastreus verlopen veldslag van Napoleon in Rusland, begon het keizerrijk te imploderen en verlieten de Fransen Nederland en werd door de geallieerde Europese machten (het Verenigd Koninkrijk, Rusland, Oostenrijk en Pruisen) in 1813 het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden in het leven geroepen: Nederland, België en Luxemburg samen onder Koning Willem I, zoon van de laatste stadhouder Willem V. En daarmee keerde de Nederlandse driekleur definitief terug.
Geuzen
Links: Geus van de Koninklijke Marine (‘dubbele of prinsengeus’) / Rechts: Geus van de watersport (‘enkele geus’ of ‘geusje’)
Tot slot een bekende verschijning op het water: de van de Nederlandse vlag afgeleide geus. Een geus is een vlag die op een schip gevoerd wordt. We kennen in Nederland twee geuzen.
De eerste, de dubbele of prinsengeus wordt gebruikt door de Koninklijke Marine. Het is een zogenaamde gegeerde vlag met twaalf segmenten in rood-wit-blauw, de kleuren van de nationale vlag, die krachtens Koninklijk Besluit 315 van 20 juli 1931 officieel werd vastgesteld, maar is terug te voeren tot de Tachtigjarige Oorlog.
De dubbele of prinsengeus wordt gebruikt als een schip op zon- en feestdagen voor anker of aan de kade ligt, als er een buitenlands marineschip in de haven ligt en als een Nederlands marineschip in een buitenlandse haven ligt, maar dus niet als een schip onderweg is.
Twee marineschepen aan de kade in Willemstad, Curaçao, van het linkerschip (de Hr.Ms. Karel Doorman) zien we de achtersteven met de Nederlandse vlag, het schip rechts voert de dubbele of prinsengeus op de boeg (fotograaf onbekend)
Het eenvoudiger ‘broertje’ van de dubbele of prinsengeus is de enkele geus of geusje, eveneens een gegeerde vlag in rood-wit-blauw, maar dan met acht segmenten in plaats van twaalf. Deze geus wordt gebruikt binnen de watersport en wel door ronde- en platbodemjachten op de botteloef of kluiverboom en door kotters en andere traditioneel getuigde schepen en jachten op de boegspriet. Ook motorjachten kunnen de enkele geus voeren en wel op het voorschip, maar alleen indien men eveneens de verenigingsstandaard of clubvlag in de top van een mast en hoger dan de geus heeft gezet.
De watersportetiquette in beeld met drie vlaggen: de Nederlandse vlag op de achtersteven, de verenigingsstandaard of clubvlag hoog aan de mast en de enkele geus of geusje op de boeg (fotograaf onbekend)
De wimpel
De oranje wimpel wordt alleen gebruikt op Koningsdag (of Koninginnedag) en/of op verjaardagen van leden van het Koninklijk Huis. De geschiedenis van de wimpel gaat ruim 200 jaar terug. Bij het begin van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden in 1813 onder Koning Willem I, gingen er stemmen op om de Prinsenvlag weer in te voeren. Dit is uiteindelijk niet gebeurd, maar om toch de verbondenheid met het Huis van Oranje te tonen werd de oranje wimpel bedacht, als extra ‘versiering’ bij de rood-wit-blauwe vlag.
Screenshots van Koningsdag in Maastricht
Poseren voor de fotografen, v.l.n.r.: Prinses Ariane, Prinses Alexia, Koningin Máxima, Koning Willem-Alexander en Kroonprinses AmaliaDe prinsessen Ariane, Amalia en AlexiaPrins Maurits en Prinses MarilèneTableau de la troupe: v.l.n.r.: Koning Willem-Alexander, burgemeester Annemarie Penn-te Strake van Maastricht, Koningin Máxima, Prinses Amalia, gouverneur van Limburg Emile Roemer, Prinses Ariane en Prinses AlexiaDe wind krijgt vat op het cape-gedeelte van Koningin Máxima’s jurkDe Koning deelt boksen uit, maar schudt af en toe ook een handOp de foto met Prinses AlexiaSelfie met Prins MauritsPrinses Aimée en Prins FlorisPrins Constantijn kijkt tevreden om zich heen, zijn vrouw Prinses Laurentien zien we op de achtergrondAnti-monarchisten hebben zich opgesteld op de MaasboulevardPrinses ArianePrinses Amalia en de Koning tonen de door hun geslagen munten aan de fotografenHet betreft een herdenkingsmunt van 10 euro naar aanleiding van 30 jaar Verdrag van MaastrichtHet gaat los bij de dj’s Lucas en SteveDe Koning met Prinses Annette, de vrouw van Prins BernhardDe Koningin ontvangt zonnebloemenPrinses Amalia en haar oom Prins Constantijn tijdens de quiz met Mestreechse streekwoordenEen goed antwoord!De Koning zit in een team met Prinses Aimée, Prinses Ariane, Prins Pieter-Christiaan en Prinses LaurentienPrinses Anita tijdens het spelNaast de gewone vlaaien ook een koningsvlaai!Een selfie met de Prinses van OranjePrins Maurits neemt het even over van de NOS-verslaggeefsterSelfie met Prinses AlexiaAndré Rieu en zijn orkest kijken of het koninklijk gezelschap er al aankomtDe Koning met zijn jongste dochter ArianeIedereen is er, André Rieu kan van startHet koorVan een andere kant bekekenDe Koningin en gouverneur Emile Roemer genieten van het optreden van André Rieu en zijn koor en orkestPrinses ArianeEn nog een keerPrinses AlexiaOok de burgemeester en de Koning ontkomen er niet aan: inhaken en meedeinen!Prinses Laurentien laat zich niet onbetuigdDe regionale omroep L1 heeft een kort gesprekje met de Koning……en de Prinses van OranjeDe NOS slaat de Koningin aan de haakHet koninklijke gezelschap wordt toegezongen door Beppie KraftSelfie met Prins Pieter-ChristiaanIn het segment ‘verenigingen’ ontbreekt het COC nietPrinses Ariane en haar vader staan RTL Nieuws te woordDe Koning stuit op een collega!De Koningin laat zich informeren bij de Prinsen CarnavalHet einde van de route: de Koning spreekt een dankwoord op het Vrijthof……geflankeerd door Prinses Amalia en de burgemeesterBlik op het podium op het Vrijthof, met de rode toren van de Sint Janskerk en rechts de Sint ServaasbasiliekEn een laatste blik op de Limburgse hoofdstad met in het midden een zee van oranje op het Vrijthof
25 april is Flaggdag, oftewel Vlagdag op de Faeröer, de autonome Deense archipel tussen de Shetlandeilanden en IJsland. Het is een officiële feestdag en (bijna) iedereen is op een doordeweekse dag (zoals vandaag) om 12.00 uur vrij.
De Faeröerse vlag is er een uit de Scandinavische vlaggenfamilie, duidelijk herkenbaar aan het liggende Scandinavische kruis. Andere vlaggen uit deze ‘familie’ zijn die van Denemarken, Noorwegen, Zweden, Finland, IJsland, Shetland en Åland.
De vlag heeft een officiële naam, namelijk Merkið, wat zoveel betekent als teken of banier. De vlag heeft een wit veld, wat volgens de ontwerpers staat voor de schuimkoppen van de zee en de prachtig heldere hemel boven de Faeröer, daaroverheen een rood Scandinavisch kruis, blauw gebiest: deze twee kleuren komen veel voor op de verschillende Scandinavische vlaggen en geven dus de verbondenheid weer.
De vlag werd in juni 1919 ontworpen door drie in Kopenhagen woonachtige Faeröerse studenten, Jens Oliver Lisberg, Janus Øssursson en Pauli Dahl. De vlag werd vervolgens genaaid door Ninna Jacobsen en voor het eerst op de Faeröer gehesen op 22 juni 1919 tijdens een trouwpartij, en wel in Fámjin, het geboortedorp van Jens Oliver Lisberg.
De drie ontwerpers van de Merkið, v.l.n.r.: Jens Oliver Lisberg (1896-1920), Janus Øssursson (1896-1964) en Pauli Dahl (1898-1977) (publiek domein)
Tot die tijd had de archipel een onofficiële vlag gebruikt met de afbeelding van een schaap op een blauw veld, met daaromheen een brede rode rand, die niet algemeen gebruikt werd.
De Faeröerse “schaap-vlag”
De officiële vlag was die van Denemarken, de Dannebrog. Vanaf de jaren dertig werd de nieuwe vlag steeds algemener onder de autochtone Faeröerders, maar niet bij de Deense burgers, die vasthielden aan de Dannebrog.
Het keerpunt in de status van de vlag werd veroorzaakt door de Tweede Wereldoorlog. Vanaf 9 april 1940 was Denemarken bezet gebied, maar de Faeröer bleven vanwege hun geografische ligging buiten schot. Op 11 april bezette het Verenigd Koninkrijk de archipel om het zo tegen Duitse aanvallen te kunnen beschermen. Om de Faeröerse schepen goed van de Deense te kunnen onderscheiden bepaalden de Britten dat Merkið hiervoor gebruikt zou worden. De datum was 25 april 1940 en daarmee hebben we de oorsprong te pakken van deze feestdag. Toen de Faeröer na de Tweede Wereldoorlog hun autonomie verkregen, op 23 maart 1948, kreeg de vlag zijn langverwachte officiële status.
En hoe verging het prototype van Merkið uit 1919? Welnu, heel goed, de vlag bestaat nog en wordt gekoesterd. Hij is ingelijst en wel te zien in de kerk van Fámjin op het zuidelijke eiland Suðuroy.
Na acht weken oorlog, waarbij hoofdstad Kiev onneembaar bleek, is het Russische leger nu zover dat het al zijn troepen heeft geconcentreerd ten oosten van de Donbas, het gebied met de zelfverklaarde (en door Rusland erkende) volksrepublieken Loegansk en Donetsk.
Donbas
Tot een paar weken terug waren er aan dit oostelijke front 65 bataljons ter plekke, nu zijn dat er 76. Een Russisch bataljon telt gemiddeld tussen de 600 en 800 soldaten, waarvan een derde dienstplichtigen, dat zou het totaal aantal manschappen op 45.600 tot 60.800 brengen.
Het oostelijke front is 480 km lang en het landschap is ‘beter geschikt’ om oorlog te voeren dan het gebied ten noorden van Kiev met zijn bossen en moerassen. Daarbij komt dat de aanvoerlijnen vanuit Rusland korter zijn. Strategen verwachten dan ook dat de Donbas de komende weken de grootste tankslag sinds de Tweede Wereldoorlog te wachten staat.
Volgens de Oekraïense gouverneur van Loegansk, Serhiy Haidai, heeft het Russische leger inmiddels zo’n 80% van de provincie in handen. Toen de oorlog acht weken terug begon was zo’n 30% van Loegansk onder controle van de pro-Russische separatisten.
Gouverneur van Loegansk, Serhiy Haidai (1975), een vertrouweling van president Zelensky (fotograaf onbekend)
Marioepol
Iedere week wordt de zwaarst getroffen stad Marioepol door het Russische leger verder vernietigd en in de tang genomen.
Op bovenstaande kaart van Marioepol is te zien dat het enige nog niet veroverde gebied in de stad het industrieel complex rond de Azovstal-fabriek is. Dit enorme complex is de uitvalsbasis en hoofdkwartier van het Oekraïense Azov-bataljon. Daarnaast zouden ook zo’n 1.000 burgers zich hier schuilhouden. Vanwege zijn wirwar aan gebouwen, tunnels en installaties van de staalfabriek is het een waar fort.
De Azovstal-fabriek in Marioepol (fotograaf onbekend)
Volgens de Russen is het complex inmiddels ‘volledig’ verwoest met ‘superzware bommen’, maar daarmee is het fabrieksterrein nog niet in Russische handen. Toch lijkt het nog maar een kwestie van tijd voordat Marioepol volledig door de Russen zal zijn veroverd.
Majoor Serhiy Volyna tijdens zijn videoboodschap vanuit de staalfabriek (screenshot)
De Oekraïense commandant majoor Serhiy Volyna liet in een videoboodschap weten dat de situatie in het complex uitzichtloos is: “Dit kan ons laatste bericht zijn. We hebben misschien maar een paar dagen of zelfs maar uren te gaan. Tegenover elke Oekraïense strijder staan op dit moment tien Russen”.
Ramzan Kadyrov, de wrede en beruchte leider van de Russische deelrepubliek Tsjetsjenië liet afgelopen nacht in een audiobericht weten dat hij verwacht dat Russische troepen het verzet in de staalfabriek zullen breken, “voor of na lunchtijd”.
Beeld van het Azovstal-fabrieksterrein op 19 april, gemaakt door een drone (screenshot)
Rond 9.00 uur vanochtend meldde de Russische minister van Defensie, Segej Sjojgoe, dat Marioepol volledig in handen is van het Russische leger. Toch lijkt het terrein van de staalfabriek nog niet volledig in handen te zijn van de Russen.
De Moskva(of hoe de Russische propaganda ontspoorde)
Het verlies van het slagschip De Moskva in de Zwarte Zee (vorige week) laat een opmerkelijk Russisch propagandaprobleem zien. Volgens het Russische ministerie van Defensie ontplofte er door onbekende oorzaak munitie op het schip tijdens stormachtig weer en brak er daarna brand uit, Oekraïne beweert dat dat kwam door een succesvolle dubbele raketaanval van hun zijde, maar een dergelijke aanval wordt door Rusland niet genoemd, waarschijnlijk om niet al teveel gezichtsverlies te leiden.
Zo ontstond de curieuze situatie bij Russische nieuwsprogramma’s die maar al te graag Oekraïne de schuld hadden willen geven, maar dat niet konden, omdat het Russische ministerie van Defensie iets anders beweerde. Hetzelfde ministerie beweerde lange tijd dat de Moskva nog drijvende was, terwijl het schip (zoals we nu weten) al zinkende was. Toen dat eindelijk toegegeven werd, werd er gezegd dat de hele bemanning van 485 man het schip veilig had kunnen verlaten.
Animatie van de lancering door Oekraïne van een antischeepsraket ARMA-3, een van de raketten die verantwoordelijk zouden zijn voor de ondergang van de Moskva (screenshot)
Opvallend genoeg kwam er een tegengeluid van de onafhankelijke Russische krant Novaja Gazeta Europe. De krant had de moeder van een van de opvarenden gesproken en die wist te vertellen dat er rond de 40 bemanningsleden waren omgekomen: “Hij belde mij en huilde om wat hij had gezien, het was vreselijk.” Veel gewonden zouden ledematen zijn kwijtgeraakt.
Screenshot van de brandende en slagzij makende Moskva op 14 april
Daarna dook er een kort filmpje op van de Moskva na de aanval, waarbij het schip duidelijk slagzij maakt. Verder valt op dat de zee volkomen kalm is en er van onstuimig weer dus geen sprake is. Familieleden van de bemanning zoeken naar informatie, maar het aantal doden, gewonden en vermisten lijkt een staatsgeheim te zijn.
“Catastrofale fout”
Een opvallend bericht gisteren tussen de talloze die dagelijks de revue passeren: tien verschillende bronnen hebben aan het Amerikaanse persbureau Bloomberg laten weten dat binnen de top van het Kremlin de juistheid van het besluit van president Poetin om Oekraïne binnen te vallen door steeds meer insiders in twijfel wordt getrokken en dat de Russische invasie een “catastrofale fout” was die het land jarenlang in de problemen zal brengen. Overigens verwacht geen van de ‘bronnen’ dat Poetin zijn koers zal bijstellen. Sommigen sluiten niet uit dat de Russische president uiteindelijk zijn toevlucht zal nemen tot kernwapens.
Begrafenis van vier gesneuvelde militairen in de oostelijke stad Lviv (screenshot)
G7
De G7, een groep van zeven vooraanstaande industriële landen meldde vanmorgen vroeg dat de ministers van Financiën (van Duitsland, Frankrijk, Italië, het Verenigd Koninkrijk, de Verenigde Staten, Canada en Japan) overeengekomen zijn om samen voor ruim 22 miljard euro steun te geven aan Oekraïne. En dat kan nog verder oplopen mocht dat nodig zijn.
‘Groepsportret’ van tafelvlaggetjes van de G7 (fotograaf onbekend)
Verder lieten de zeven landen in een verklaring weten dat ze het betreuren dat Rusland deze week deel mocht nemen aan bijeenkomsten van de G20, het IMF (Internationaal Monetair Fonds) en de Wereldbank. Volgens de verklaring zouden “internationale organisaties en multilaterale fora niet langer zaken met Rusland moeten doen alsof het de normale gang van zaken is.”
Slachtoffers
Het trieste wekelijkse blokje van slachtoffers: Voor wat Oekraïense burgerslachtoffers betreft: de Oekraïense regering houdt het op 23.717* tot 23.944* of meer (waarvan zo’n 5.000 in Marioepol), de Verenigde Naties houden het op 2.104 doden en 2.862 gewonden. Oekraïense militairen: volgens de Oekraïense regering rond de 2.500 tot 3.000 gesneuvelden, Amerikaanse inlichtingendiensten schatten het aantal dode militairen op 2.000** tot 4.000**. *) deze cijfers zijn sinds een week terug niet meer aangepast **) deze cijfers zijn sinds vier weken terug niet meer aangepast
De getallen voor gesneuvelde Russen lopen nog steeds enorm uiteen, Rusland houdt het cijfer waarschijnlijk bewust ‘laag’: 1.351 doden, 3.825 gewonden. De Amerikaanse inlichtingendiensten schatten de Russische verliezen op 10.000 of meer. De NAVO gebruikt een veel ruimere marge, maar zit wel op dezelfde golflengte met aantallen gesneuvelde Russen: 7.000 tot 15.000. *) de cijfers in dit blokje zijn sinds twee weken niet verder bijgesteld
De vlag
Vlag van Oekraïne (1992-heden)
De vlag van Oekraïne bestaat uit twee even brede horizontale banen van blauw en geel.
Er zijn voldoende aanwijzingen dat de kleuren blauw en geel van de vlag ver terug gaan, zelfs tot de 15e eeuw. De kleuren gaan er echter pas echt toe doen wanneer de twee keizerrijken waar Oekraïne onderdeel van uitmaakte (het Russische en het Oostenrijks-Hongaarse), ophouden te bestaan. De West-Oekraïense Nationale Republiek gebruikt tussen 1918 en 1919 de blauw-gele vlag. De vlag wordt gecontinueerd bij het samengaan van de twee Oekraïnes tot de Oekraïense Staat.
Tot aan 1949 heeft Oekraïne als Russische sovjet-republiek verschillende variaties van egaal rode vlaggen met de letters YCCP (Ukrayinskaya Sotsialisticheskaya Sovetskaya Respublika – oftewel Socialistische Sovjet Republiek Oekraïne) erop.
In 1949 krijgen alle Russische republieken een vlag-‘make-over’, variaties op de vlag van de Sovjet-Unie met eigen accenten. Die van Oekraïne heeft een blauwe balk aan de onderkant.
Vanaf 1990, dus nog vóór de onafhankelijkheid, wordt de blauw-gele vlag her en der al aarzelend waargenomen. Met het opnieuw zelfstandig worden, wordt de vlag officieel ingevoerd. Wettelijke status krijgt de vlag op 28 januari 1992. De eerste vlag die ooit boven het Verchovna Rada (het Oekraïnse parlement) wapperde is nu in het parlementsmuseum te zien.
Het blauw in de vlag symboliseert de hemel, het geel de uitgestrekte tarwevelden.
Koningin Elizabeth II van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittanië en Noord-Ierland, Canada, Australië en Nieuw-Zeeland, wordt vandaag 96.
Haar staat van dienst is inmiddels al jaren historisch, sinds ze ruim 6 jaar geleden het record van haar betovergrootmoeder Koningin Victoria (63 jaar en 216 dagen) verbrak. Om precies te zijn: vandaag zit Koningin Elizabeth al 70 jaar en 72 dagen op de troon! In juni wordt haar platina jubileum vier dagen lang gevierd.
Koningin Elizabeth op 29 maart jl. bij haar aankomst bij de Westminster Abbey in Londen voor de herdenkingsdienst van haar vorig jaar op 9 april overleden echtgenoot Prins Philip, de Hertog van Edinburgh (screenshot)
Daarmee zitten we in de nadagen van deze tweede Elizabethaanse periode. De vorstin deed het vóór de corona-pandemie al rustiger aan, ze liet steeds meer taken door haar familieleden (‘The Firm’) uitvoeren. De laatste twee jaren bracht ze vrijwel exclusief in Windsor Castle door. Begin maart liet het Britse Hof weten dat de koningin permanent in Windsor zou blijven en dus niet terug zal keren naar Buckingham Palace. Overigens is de Queen deze week verkast naar haar haar buitenverblijf Sandringham in Norfolk en daar zal zij vandaag haar verjaardag in familiale kring vieren.
Sandringham House vanuit de lucht gezien op 16 oktober 2011 (foto: John Fielding / publiek domein)
De koningin heeft altijd aangegeven dat ze tot haar dood op de troon zal blijven zitten, dus bij leven en welzijn zouden daar nog een paar jaar bij kunnen komen. Mocht ze zich toch geheel en al uit actieve dienst willen terugtrekken, dan kan dat overigens zonder af te hoeven treden: zoon en opvolger Prins Charles zou in haar plaats als Prince Regent haar taken kunnen overnemen, terwijl ze in naam gewoon nog staatshoofd is. De tijd zal het leren.
De koninklijke standaard
De koninklijke standaard van het Verenigd Koninkrijk (minus Schotland)
De Koninklijke Standaard is die van de regerend vorst of vorstin van het Verenigd Koninkrijk en is dus geen persoonlijke vlag. De standaard is een heraldische banier, verdeeld in vier kwartieren. De kwartieren 1 en 4 laten het wapen van Engeland zien, het 2e kwartier is Schotland en het 3e Ierland.
De koninklijke standaard van Schotland
In Schotland wordt een andere versie van de koninklijke standaard gebruikt. In plaats van tweemaal Engeland wordt Schotland dubbel afgebeeld in het 1e en 4e kwartier. Engeland bevindt zich hier in het 2e kwartier, terwijl Ierland in het 3e kwartier blijft.
Meerdere Gemenebest-landen hebben hun eigen koninklijke standaard. Deze vlaggen zijn alleen te zien als de monarch het desbetreffende gebied bezoekt. Het gaat om: Australië, Nieuw-Zeeland, Canada, Jamaica en Barbados. Een voorbeeld van een afgeschafte standaard is die van Sierra Leone, die tussen 1961 en 1971 in gebruik was. Anders dan bij de binnenlandse koninklijke standaarden, zijn deze gepersonaliseerd door het gekroonde monogram van de koningin.
V.l.n.r.: de koninklijke standaarden van Australië, Nieuw-Zeeland en CanadaV.l.n.r.: de koninklijke standaarden van Jamaica, Barbados en Sierra Leone (die laatste is sinds 1971 afgeschaft)
Voor alle andere (standaardloze) Gemenebestlanden gebruikt koningin Elizabeth een persoonlijke vlag als ze er een bezoek aflegt. Dit is een vlag, die normaliter alleen op auto’s gebruikt wordt, de vlag is vierkant, aan drie kanten omzoomd door een gouden rand. Op het blauwe veld is het gouden gekroonde monogram van koningin Elizabeth afgebeeld in een gouden cirkel van Engelse rozen en bladeren.
Dit is een dag die meestal zonder enig feestgedruis komt en weer gaat, zonder dat iemand er erg in heeft.
Toch is het een feestdag die ooit officieel in het leven is geroepen en wel door wijlen president Reagan in 1982. Op 19 april dat jaar begon toenmalig koningin Beatrix haar staatsbezoek aan de V.S. Ze werd met pomp and circumstance zoals dat heet, ontvangen door het echtpaar Reagan in de tuin van het Witte Huis.
Koningin Beatrix en president Reagan luisteren naar de volksliederen, 19 april 1982 (screenshot).
Dat het staatsbezoek precies op 19 april 1982 begon was niet toevallig. Op diezelfde datum, precies 200 jaar eerder werd John Adams in de Staten Generaal te Den Haag ontvangen en geïnstalleerd als gevolmachtigd minister/ambassadeur van de toen 6 jaar oude onafhankelijke Verenigde Staten van Amerika (toen nog 13 stuks) en maakte zijn opwachting bij stadhouder Willem V.
Adams bleef op zijn post tot en met 30 maart 1788 en keerde daarna terug naar de V.S. om er vice-president te worden onder president George Washington en vanaf 1789 tot en met 1797 als tweede president van de nog jonge republiek diende.
Akte van traktaat en vriendschap en commercie met een separate conventie te ‘s-Gravenhage, gesloten tussen de Staten Generaal en de Verenigde Staten van Amerika, ondertekend op 8 oktober 1782, waarmee Nederland (toen nog onder de naam Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden) de V.S. officieel erkende, naast het lakzegel rechts zien we de handtekening van John Adams, de Nederlandse ondertekenaars zijn George van Randwyck, Bartolomeus van den Santheuvel, Pieter van Bleiswijk (de raadspensionaris), Willem Carel Hendrik van Lynden van Blitterswijk, Derk Jan van Heeckeren van Brandenburg,, Joan van Kuffeler, Frederik Gijsbert van Dedem en Herman Tjassens (Collectie Nationaal Archief, Den Haag)
In Reagan’s rede in 1982 memoreerde hij dat de ononderbroken relatie tussen Nederland en de Verenigde Staten de langste en vreedzaamste van alle Amerikaanse betrekkingen met andere landen was.
Vervolgens zei hij: ‘Als erkenning voor deze lange en vruchtbare relatie tussen onze landen en volken, stel ik hierbij de 19e april in als Dutch American Friendship Day en roep alle Amerikanen op deze dag in acht te nemen met daarvoor geschikte ceremonies en activiteiten’.
Het was waarschijnlijk het ene oor in en het andere uit bij de Amerikanen (én de Nederlanders dito trouwens), want het is een van die sluimerende herdenkingsdagen die wel op papier bestaan en verder slechts bij een handjevol mensen bekend is.
De vlag
Vlag van de Verenigde Staten van Amerika (The Stars and Stripes), 1960-heden
De vlag van de Verenigde Staten is ongetwijfeld één van de bekendste in de wereld. Hij begon z’n leven als Britse vlag, de 13 rood-witte strepen waren in die vlag al aanwezig, maar het blauwe vlak aan de broekingszijde, waar nu de 50 sterren te zien zijn, bevatte toen de Engelse vlag.
Links: Grand Union Flag (1775-1777) / Rechts: Replica van de Grand Union Flag (publiek domein)
Op 14 juni 1777 werd de vlag officieel veranderd, de Engelse vlag werd uit het kanton verwijderd. Ervoor in de plaats kwamen 13 sterren, die net als de strepen voor de 13 koloniën stonden. In de Flag Resolution werd echter niet gespecificeerd hoe de vlag er precies uit diende te zien. In plaats van 7 rode en 6 witte strepen, konden het ook 6 rode en 7 witte strepen zijn. Ook de rangschikking van de sterren stond niet vast, waardoor er verschillende versies ontstonden, zoals de voorbeelden hieronder: de Francis Hopkinson-variant en de Betsy Ross-versie.
Links: Francis Hopkinson (1737-1791) door een onbekende artiest, waarschijnlijk vóór 1850 (publiek domein) / Rechts: Betsy Ross (1752-1836), detail uit een chromolithografie uit 1893 door Charles W. Weisgeber (1856-1932) afkomstig uit “Birth of our nation’s flag” (publiek domein)
Francis Hopkinson was vlaggenontwerper (maar ook auteur en componist) bij de Marine, Betsy Ross uit Philadelphia was een stoffeerder voor het Continentale leger en produceerde uniformen, tenten en vlaggen.
Twee vlaggen uit de periode 1777-1795 – Links: De Francis Hopkinson-variant / Rechts: De Betsy Ross-variant
Toen in 1795 twee nieuwe staten zich bij de Unie voegden werd de vlag opnieuw veranderd: nu met 15 rood-witte strepen en 15 sterren.
Links: Versie met 15 sterren en 15 strepen (1795-1818) / Rechts: Versie met 20 sterren en 13 strepen (1818-1819)
Het volgende ontwerp dateert van 1817: inmiddels waren nog eens vijf nieuwe staten toegetreden, maar men leek het wat te gortig te vinden nog meer strepen toe te voegen. Er werd besloten terug te keren naar de oorspronkelijke 13 strepen en alleen het aantal sterren uit te breiden naar 20. Deze vlag werd officieel ingevoerd op 4 juli 1818.
Sinds die tijd zijn met het toetreden van steeds meer staten dus alleen sterren toegevoegd in het kanton. Hawaii was de laatste staat tot nu toe in 1959. Het huidige model met 50 sterren werd ingevoerd op 4 juli 1960.
Amerikaanse postzegels met de vlag erop zijn er in vele soorten en maten, links: First-Class postzegel uit 2007, rechts: Postzegel uit 2019, ontwerp van Antonio Alcala