Oekraïne – Тридцять чотири тижнів війни / Vierendertig weken oorlog

Twee vlaggen vandaag. Vlag 2:

Ook deze week werd weer gekenmerkt met Russische aanvallen met Iraanse kamikazedrones op Oekraïense energiecentrales en woonhuizen.
Bijna 1200 plaatsen in negen regio’s zitten inmiddels zonder stroom als gevolg van de aanvallen, waaronder steden als Donetsk, Charkov, Loehansk, Zaporizja en Mykolajiv.

Een Iraanse kamikazedrone boven het Oekraïense luchtruim (screenshot)

Iran raakt stilaan steeds verder betrokken bij de oorlog. Naast de leveringen van de kamikazedrones zijn er nu ook leden van de Iraanse Revolutionaire Garde )het elitekorps van het Iraanse regime) naar de door de Russen in 2014 geannexeerde Krim gestuurd om Rusland te helpen met het oplossen van problemen met de drones.
President Zelensky van Oekraïne noemde het Russische verzoek voor Iraanse hulp “een erkenning van hun militaire en politieke bankroet”.

President Volodymyr Zelensky tijdens een van zijn dagelijkse videoboodschappen (screenshot)

De NAVO maakte bekend dat het de komende dagen apparatuur voor luchtverdediging aan Oekraïne zal leveren, evenals anti-dronesystemen.

Cherson

Ondertussen wordt de situatie in Cherson (de eerste grote stad die de Russen veroverden in februari) penibel voor de Russen, wat de nieuwe Russische opperbevelhebber Sergej Soerovok op de Russische staats-tv moest toegeven.
Volgens Soerovok bestookt Oekraïne de stad met Himar-raketten en wordt de bevolking inmiddels geëvacueerd, het zou gaan om 50.000 tot 60.000 mensen.

Bord op de grens van de Cherson Oblast (vergelijkbaar met een provincie) (fotograaf onbekend)

Oekraïne weerspreekt de uitlatingen van Soerovok echter en liet gisteren weten dat Rusland de bewoners van Cherson bang probeert te maken met nepnieuws over beschietingen.

Staat van beleg

De Russische president Poetin kondigde gisteren een staat van beleg af in de door hem onlangs (illegaal) geannexeerde Oekraïense gebieden in de Donbas, die vandaag in moet gaan.
Dat houdt in dat de gebieden onder strenge militaire controle komen te staan, waarbij de vrijheden van burgers beperkt worden.

Slachtoffers

Zoals in elke oorlog stijgt het aantal slachtoffers nog steeds gestaag. Harde cijfers zijn er echter niet en per bron kunnen de aantallen ver uiteenlopen.
Kijken we allereerst naar het aantal burgerslachtoffers: Oekraïne schat dit aantal op 7.000 tot ruim 29.000. Gezien het verschil van 22.000 bij deze cijfers zien we reeds dat er eigenlijk weinig zeker is.
De Verenigde Naties zitten dicht bij de laagste Oekraïnse schatting: ruim 6.000 tot 9.000 slachtoffers.

In september werden bij de op de Russen heroverde stad Izjoem massagraven gevonden (screenshot)

Het aantal gesneuvelde Oekraïense militairen: volgens Oekraïne gaat het dan om 10.000 doden en 30.000 gewonden, 7.200 vermisten (waarvan 56.000 in Russische krijgsgevangenschap).
Volgens Rusland ligt het aantal Oekraïense gesneuvelden echter veel hoger: ruim 61.000 doden en bijna 50.000 gewonden.

Rusland houdt aantal gesneuvelden van zijn eigen leger op 5.937, volgens Oekraïne ligt dat aantal echter veel hoger: ruim 65.000.
Een Amerikaanse schatting zit tussen die cijfers in: 20.000 gesneuvelde Russen en 50.000 tot 60.000 gewonden.

De vlag

Vlag van Oekraïne (1992-heden)

De vlag van Oekraïne bestaat uit twee even brede horizontale banen van blauw en geel.

Vlaggen in hoofdstad Kiev (fotograaf onbekend)

Er zijn voldoende aanwijzingen dat de kleuren blauw en geel van de vlag ver terug gaan, zelfs tot de 15e eeuw. De kleuren gaan er echter pas echt toe doen wanneer de twee keizerrijken waar Oekraïne onderdeel van uitmaakte (het Russische en het Oostenrijks-Hongaarse), ophouden te bestaan.
De West-Oekraïense Nationale Republiek gebruikt tussen 1918 en 1919 de blauw-gele vlag. De vlag wordt gecontinueerd  bij het samengaan van de twee Oekraïnes tot de Oekraïense Staat.

Tot aan 1949 heeft Oekraïne als Russische sovjet-republiek verschillende variaties van egaal rode vlaggen met de letters YCCP (Ukrayinskaya Sotsialisticheskaya Sovetskaya Respublika – oftewel Socialistische Sovjet Republiek Oekraïne) erop.

In 1949 krijgen alle Russische republieken een vlag-‘make-over’, variaties op de vlag van de Sovjet-Unie met eigen accenten. Die van Oekraïne heeft een blauwe balk aan de onderkant.

Vanaf 1990, dus nog vóór de onafhankelijkheid, wordt de blauw-gele vlag her en der al aarzelend waargenomen. Met het opnieuw zelfstandig worden, wordt de vlag officieel ingevoerd. Wettelijke status krijgt de vlag op 28 januari 1992.
De eerste vlag die ooit boven het Verchovna Rada (het Oekraïnse parlement) wapperde is nu in het parlementsmuseum te zien.

Het blauw in de vlag symboliseert de hemel, het geel de uitgestrekte tarwevelden.

OLYMPUS DIGITAL CAMERA
De tentoongestelde ‘eerste’ vlag in het parlementsmuseum van Oekraïne (© rada.gov.ua)

Symbool

Sinds het begin van de Oekraïense oorlog op 20 februari, is de nationale vlag een symbool van hoop en verzet geworden.

Beschadigde Oekraïense vlag (fotograaf onbekend)

Guatemala – Día de la Revolución / Dag van de Revolutie (1944)

Twee vlaggen vandaag. Vlag 1:

Deze dag herinnert aan de 20e oktober 1944, het begin van de Revolución de Guatemala (Guatemalteekse Revolutie), een periode die eindigde in in 1954.

Kaart van Midden-Amerika (© freeworldmaps.net)

Vanaf eind 19e eeuw tot najaar 1944 werd Guatemala bestuurd door een serie van autoritaire leiders, die de economie stimuleerden door de export van koffie grootser aan te pakken.
Zo gaf president Manuel Estrada Cabrera tussen 1898 en 1920 grote landconcessies aan de Amerikaanse United Fruit Company, waartegen lokale landeigenaren niets konden beginnen.

Links: Manuel José Estrada Cabrera (1857-1924) / Rechts: Jorge Ubico Castañeda (1878-1946) (beide publiek domein)

Onder Jorge Ubico, president tussen 1931 en 1944, werd het nog erger. Door zijn dictatoriale regime veranderde Guatemala in een politiestaat en ging de bevolking gebukt onder erbarmelijke werkomstandigheden.

In juni 1944 kreeg een breed gedragen pro-democratische combinatie van studenten en vakbonden het voor elkaar Ubico te laten aftreden, na een week vol onlusten tussen demonstranten en het leger. Dit leidde tot grote feestvreugde op de straat.

Links: Juan Federico Ponce Vaides (1889-1956) / Rechts: De door Ubico benoemde junta van 1944, v.l.n.r. Eduardo Villagrán Ariza (1883-?), Buenaventura Pineda (?-1957) en Juan Federico Ponce Vaides (1889-1956) (beide publiek domein)

Helaas had men iets te vroeg gejuicht, want Ubico was niet van plan de democratie te herstellen. Bij zijn aftreden benoemde hij een driekoppige junta o.l.v. generaal Federico Ponce Vaides, die een overgangsregering moest leiden.
In de praktijk veranderde er niets: Ubico’s regime van onderdrukking werd voortgezet.

Links: Jacobo Árbenz Guzmán (1913-1971) / Rechts: Francisco Javier Arana (1905-1949) (beide publiek domein)

Uiteindelijk lukte het twee legerofficieren, Jacobo Árbenz en Francisco Javier Arana om een militaire coup te plegen, nadat ze de steun van een groot deel van leger en politie kregen, geholpen door studenten en vakbonden. Op 20 oktober gaf generaal Ponce Vaides zich zonder voorwaarden over.
Zowel Ubico als Ponce Vaides werd het toegestaan het land te verlaten. Ubico vestigde zich in de Verenigde Staten, in New Orleans, waar hij twee jaar later zou overlijden.
Ponce Vaides ging in ballingschap in Mexico, maar keerde na de politieke omwenteling van 1954 terug naar Guatemala, waar hij in 1956 overleed.

Democratisch interbellum

De succesvolle coupplegers vormden zelf een junta en organiseerden vrije verkiezingen in december 1944.
Met een grote meerderheid werden deze verkiezingen gewonnen door Juan José Arévalo, een progressieve hoogleraar filosofie.
Onder zijn leiding kwamen er sociale hervormingen en een programma om het analfabetisme terug te dringen.

Links: Juan José Arévalo Bermejo (1905-1990) / Rechts: Jacobo Árbenz Guzmán (1913-1971) (beide publiek domein)

Bij de volgende verkiezingen in 1951 won voormalig coup-pleger Jacobo Árbenz ruimschoots. De beroepsmilitair bleek niet minder ambitieus dan zijn voorganger.
Hij vaardigde Decreto 900 (Decreet 900) uit, waarbij nog niet ontgonnen en bewerkte delen van de landconcessies (zo’n 85%), die de o.a. de United Fruit Company waren toegespeeld tussen 1898 en 1920, werden onteigend, waarna ze werden herverdeeld onder arme boeren. Zo’n 500.000 mensen profiteerden hiervan.

Links: Decreto 900 (Ley de reforma agraria) uit 1952 / Rechts: Jacobo Árbenz Guzmán (1913-1971) spreekt met een boer (beide publiek domein)

Operation PBSuccess

Dit bleek hoog spel, omdat hij nu openlijk in conflict kwam met de machtige United Fruit Company, die niet van plan was dit over hun kant te laten gaan.
Ze klopten aan het bij het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse Zaken. Minister van Buitenlandse Zaken John Foster Dulles had belangen in de United Fruit Company, net als zijn broer Allen Dulles, directeur van de CIA, en ze hadden het oor van de nieuw gekozen president Dwight Eisenhower.
Het tijdperk van de Koude Oorlog was inmiddels begonnen en daarmee ook de Amerikaanse jacht op communisten.

Links: John Foster Dulles (1888-1959) / Midden: Allen Dulles (1893-1969) / Rechts: Dwight David Eisenhower (1890-1969) (alle drie publiek domein)

Zo begon Operation PBSuccess, een geheime CIA-operatie om de regering van president Árbenz omver te werpen, geautoriseerd door Eisenhower in augustus 1953. De operatie kreeg in eerste instantie een budget van 2,7 miljoen dollar, maar de rekening zou uiteindelijk oplopen naar een (geschat) bedrag van tussen de 5 en 7 miljoen dollar voor “psychologische oorlogsvoering en politieke actie”.
Zo werd Árbenz afgeschilderd als een gevaarlijke communist, hoewel hij de communistische partij in Guatemala had verboden.

Daar de Amerikanen niet van plan waren zelf hun handen vuil te maken, zochten ze naar geschikte kandidaten om de regering Árbenz omver te werpen. Ze vonden hun man: Carlos Castillo Armas.
De CIA begon een genadeloze antiregerings-propaganda, waarbij het ze lukte legeronderdelen op te jutten tegen Árbenz.

Links: Carlos Castillo Armas (1914-1957) / Rechts: De junta van 1954, met Carlos Castillo Armas (met snor) (beide publiek domein)

Castillo Armas, op zijn beurt, trok vanuit Honduras Guatemala binnen.
Na een bombardement op Guatemala City op 25 juni 1954, waarbij de regerings-oliereserves werden vernietigd, werd de situatie precair.
Op een bevel van Árbenz aan het leger om boeren en burgers te bewapenen werd geen gehoor gegeven, waardoor hij in feite machteloos was.
Verslagen droeg Árbenz de macht over op 27 juni 1954.

Zwerftocht

Árbenz en zijn familie gingen vervolgens in ballingschap. Het zou het begin zijn van eindeloze omzwervingen die de rest van zijn leven bepaalden. Zo verbleven ze eerst in Mexico, daarna volgden Canada, en Zwitserland, Hier probeerde hij Zwitsers staatsburger te worden, maar dat werd afgewezen. Verder ging het, naar Nederland, Frankrijk, Tsjechoslowakije en de Sovjet-Unie. Terug ging het weer naar Tsjechoslowakije en Frankrijk. Uiteindelijk zou hij in 1957 naar Uruguay gaan als politiek vluchteling.

Links: Jacobo Árbenz Guzmán (1913-1971) met zijn vrouw María Cristina Vilanova Castro de Árbenz (1915-2009) / Rechts: De familie Árbenz op de vlucht (beide publiek domein)

Na de communistische omwenteling in Cuba in 1959, werd hij uitgenodigd daar te komen wonen, wat hij ook deed.
in 1965 pleegde zijn dochter Arabella zelfmoord. Árbenz raakte aan de drank. Na haar dood verhuisde de familie naar Mexico.
In 1970 werd hij ernstig ziek en in januari 1971 overleed hij. Hoewel nooit bewezen, leek zelfmoord niet uitgesloten.
Uiteindelijk zouden de stoffelijke resten van Árbenz en zijn vrouw in oktober 1995 terugkeren naar Guatemala en kreeg hij een postume onderscheiding.

Het graf van Árbenz op de Algemene Begraafplaats van Guatemala City. De tekst op de plaquette luidt: Monument gebouwd door de Universiteit van San Carlos de Guatemala voor de volkssoldaat Kol. Jacobo Árbenz Guzmán als erkenning voor zijn visie op een progressieve en democratische samenleving (foto: Esbin García, 2016)

Nasleep

Terug naar de omwenteling van 1954: Castilla Armas werd met Amerikaanse goedkeuring lid van de militaire junta en op 7 juli tot interim-president benoemd. Op 13 juli erkende de V.S. deze regering.
Vervolgens werden er in oktober verkiezingen gehouden waarbij alle politieke partijen verboden waren: Castilla Armas was de enige kandidaat.
Daarmee won hij “overtuigend” de verkiezingen met 99% van de stemmen. Een nieuw dictatoriaal regime was geboren.
Sociale hervormingen werden teruggedraaid en het duurde niet lang voordat Guatemala in een burgeroorlog was beland, die maar liefst tot 1996 zou duren.

Gezichten van in de Guatemalteekse Burgeroorlog verdwenen personen op een muur van de La Verbena-begraafplaats in Guatemala City, scène uit de film “Finding Oscar”, 2016 (© Ryan Suffern, regisseur / FilmRise)

In die jaren vielen er zo’n 200.000 burgerslachtoffers en eindeloze mensenrechtenschendingen, zoals massa-bloedbaden onder de burgerbevolking, verkrachtingen, luchtbombardementen en gedwongen verdwijningen.
Onderzoek naar dit tijdperk door Greg Grandin en Gilbert Joseph in 2010 leidde tot de conclusie dat 93% van deze wandaden door regeringstroepen met steun van het Amerikaanse militaire apparaat begaan waren.

De vlag

guatemala 01 vlaggen
Vlag van Guatemala, met en zonder wapen

De vlag van Guatemala is een verticale driekleur in hemelsblauw-wit-hemelsblauw, met midden op de witte baan het wapen van Guatemala. De vlag bestaat ook zonder wapen.

Net als de andere vier Midden-Amerikaanse landen is de vlag van Guatemala gebaseerd op die van de ‘superstaat’ die tussen 1823 en 1841 bestond, de República Federal de Centroamérica (Federale Republiek van Centraal Amerika), ook wel Provincias Unidas del Centro de América (Verenigde Provincies van Centraal Amerika) geheten. De vlag van deze staat was op zijn beurt weer gebaseerd op die van Argentinië.

guatemala 01 vlaggen naast elkaar
Vlaggen van Guatemala: 1851-1858 (links) en 1858-1871 (rechts)

Na het opdoeken van de superstaat behield Guatemala wel de horizontale banen en de kleur blauw, maar dan een stuk donkerder. De vlag veranderde aanzienlijk in 1851 en 1858, toen de kleuren rood en geel werden toegevoegd (zie afbeeldingen).
De huidige vlag stamt uit 1871 en kwam vóór 1920 ook in een variant voor.

Guatemala vlag variant
Variant van de Guatemalteekse vlag (1871-1920)

De blauwe banen in de vlag staan voor de twee oceanen waar Guatemala aan grenst, de Atlantische en Stille Oceaan, maar tevens voor de hemelsblauwe lucht boven het land. De witte baan staat voor puurheid en vrede.

Guatemalteekse postzegel uit 1938 met een afbeelding van de vlag (© Correos de Guatemala)

Het wapen van Guatemala is net zo oud als de vlag en werd ontworpen door de sinds 1854 in Guatemala wonende Zwitserse graveur en kunstenaar Johann-Baptist Frener. Hij mocht niet zo maar wat verzinnen, hij kreeg van generaal president Miguel García Granados officiële aanwijzingen waar het wapen uit diende te bestaan, beschreven in Presidentieel Decreet 33 van 18 november 1871.

guatemala 03 portretten
Links: President Miguel García Granados (1809-1878) (© villegaseditores.com) / Rechts: Johann-Baptist Frener (1821-1892) (© geni.com)

Het curieuze is dat hoewel Frener van alle attributen die er in moesten een fraai geheel maakte, er één wezenlijk onderdeel ontbrak, hoewel het specifiek stond genoemd in het decreet en normaliter een standaard-onderdeel van een wapen is: het schild! Of president Granados het niet opmerkte of dat hij het wel oké vond, vermeldt de historie niet. Feit is dat het ontwerp zonder schild het officiële staatswapen werd en ook als zodanig op de vlag terechtkwam, maar volgens heraldische regels eigenlijk helemaal geen wapen is.

Wapen Guatemala
Wapen van Guatemala (1871-heden)

Het ‘wapen’ toont een quetzal (Pharomachrus mocinno), de nationale vogel van Guatemala, hij symboliseert de vrijheid. Om dit nog duidelijker te maken is de vogel gezeten op een perkamenten rol waarop in gouden kapitalen de tekst LIBERTAD 15 DE SEPTIEMBRE DE 1821 (‘Vrijheid 15 september 1821’), de datum waarop Guatemala onafhankelijk werd van Spanje.

Hierachter twee gekruiste Remington-geweren met bajonet, symbool voor de bereidheid het land met geweld te verdedigen. Daarachter twee gekruiste degens, symbool voor de eer. Dit alles is gevat in een krans van laurierbladeren en -bessen, symbool voor de overwinning.

Het origineel van Fremer zag er overigens minder gestileerd uit dan de huidige versie, maar is in basis sinds 1871 hetzelfde gebleven.

Origineel wapen Guatemala
Het originele ontwerp van Guatemala’s wapen (© aprendre.guatemala.com)