Niue – Constitution Day / Grondwetdag (1974)

Twee vlaggen vandaag. Vlag 2:

Niue is een hoog gelegen koraaleiland in de Grote Oceaan, van 260 km², met een bevolking van ruim 1600 inwoners. Het is geen onafhankelijk land, maar heeft autonomie in een vrije associatie met Nieuw-Zeeland, net als de zuidelijker gelegen Cookeilanden. Aangezien Nieuw-Zeeland als Gemenebest-lid de Britse koningin Elizabeth II als staatshoofd heeft, is dat ook het geval bij Niue.

niue 01
Links: Locatie van Niue in de Grote Oceaan (ten oosten van Tonga) / Links: Kaart van Niue

De eerste Europeanen die het eiland in het zicht kregen waren de Britse kapitein James Cook en zijn bemanning in 1774. Cook deed drie pogingen om aan land te komen, maar de inwoners verboden hem te landen. Hij gaf het eiland de naam Savage Island. Overigens had het eiland allang een naam, Niuē (‘Aanschouw de kokosnoot’) en deze naam kreeg het eiland uiteindelijk weer terug rond het begin van de 20e eeuw.

Ten tijde van kapitein Cook was Niue al bijna een eeuw een koninkrijk, Rond 1700 was Puni-mata de eerste koning of patu-iki. Een eeuw later was de tijd rijp voor buitenlands contact. Zoals ook bij vele andere eilanden in de regio gebeurde, werd in de 19e eeuw door missionarissen het christelijke geloof verbreid. Voor Niue was dat vanaf 1846 door de London Missionary School. De eerste christelijke koning was Tui-toga, hij regeerde van 1875 tot 1887.
Zijn opvolger, koning Fata-a-iki wilde graag Britse bescherming tegen ‘imperialistische machten’ en hij stuurde koningin Victoria in 1889 een brief met het verzoek om van Niue een Brits protectoraat te maken. Er kwam echter geen antwoord van de vorstin en ook een tweede brief uit 1895 bleef onbeantwoord. Ondertussen trad de nieuwe koning Togia-Pulu-toaki aan in 1896.

niue 01
Links: Koning Fata-a-iki met een Niuese wapenstok, de katoua / Rechts: Koning  Togia-Pulu-toaki

Ook de Cookeilanders zochten de Britse ‘bescherming’ middels een aan de koningin gerichte petitie, waarin ook de wens van Niue nog eens onder de aandacht werd gebracht. In een bijgevoegd document gedateerd 19 oktober 1900, gaven de Niuers “koningin Victoria (…) toestemming bezit te nemen van dit eiland”. Ditmaal ging er een officiële aanbeveling bij van de Britse gouverneur-generaal in Nieuw-Zeeland, Uchter Knox, 5th Earl of Ranfurly.
De uitkomst was dat de annexatie een feit werd en geantidateerd werd op de datum van 19 oktober 1900, vandaag 119 jaar geleden. De Britse annexatie werd overigens al heel snel ‘overgedaan’ aan het dichterbij gelegen Nieuw-Zeeland, op 11 juni 1901. Hiermee kwam er ook een einde aan de lijn van Niuese koningen. De laatste koning Togia-Pulu-toaki had zijn taken neergelegd na de annexatie, maar bleef tot 1903 nog wel symbolisch staatshoofd. Zijn zoon, kroonprins Haetaua werd dus geen koning. Zijn nazaten echter worden tot op de dag van vandaag aangeduid als Kahui pata-iki (Koninklijke familie van de laatste monarch).

In 1974 werd er een referendum gehouden waarbij Niue kon kiezen tussen onafhankelijkheid, autonomie, of continuering als een Nieuw-Zeelands territorium. Een meerderheid koos voor autonomie in vrije associatie met Nieuw-Zeeland. Dat land is nu verantwoordelijk voor Niue’s militaire en buitenlandse zaken. De datum voor deze nieuwe staatsvorm met nieuwe Grondwet, werd symbolisch op 19 oktober bepaald. Het vieren van de Grondwetdag van vandaag verwijst dan ook naar die datum in 1974 en niet naar die in 1900. Daarmee is Niue vandaag 47 jaar autonoom.

De vlag

Niue vlag
Vlag van Niue (1975-heden)

De vlag van Niue is geel met een Britse Union Flag of Union Jack in het kanton. In het midden van het rode Sint-Joriskruis is een blauwe cirkel geplaatst met een gele vijfpuntige ster erin. Vier kleinere gele vijfpuntige sterren zijn op de armen van het kruis geplaatst.

We kunnen rustig stellen dat de vlag van Niue een bijzondere is. Het is er een uit de Britse ‘ensign’-serie, maar wel een unieke. Het is een yellow ensign, die de Niuers zelf bedacht hebben, want zoiets bestaat strikt genomen niet. We kennen blue, red en white ensigns, maar dan is de koek wel op! Overigens bevindt Niue zich in goed gezelschap, omdat de eveneens in de Grote Oceaan gelegen Fiji- en Tuvalu-archipels ook hun eigen versies van ensigns hebben bedacht, door allebei voor lichtblauw te gaan.
Ook het plaatsen van sterren op de Britse unievlag is uniek.

Premier Dalton Tagelagi (1968) van Niue tijdens een tv-toespraak met de vlag (screenshot)

Hoewel de autonomie van Niue op 19 oktober 1974 inging, duurde het nog tot 15 oktober 1975 voor de eigen vlag geïntroduceerd werd. Tot die tijd werd de uit 1902 daterende vlag van Nieuw-Zeeland gebruikt.

Nieuw-Zeeland vlag
Vlag van Nieuw-Zeeland, tussen 1902 en 1975 ook de vlag van Niue

De symboliek achter de vlag wordt beschreven in de Niue Flag Act 1975. Het gele veld staat voor “de stralende zonneschijn van Niue en de warme gevoelens van de bevolking van Niue voor Nieuw-Zeeland”.
De vier sterren op de Union Flag of Union Jack stellen het sterrenbeeld Zuiderkruis voor en refereren daarmee aan de Nieuw-Zeelandse vlag, waar deze sterren ook te zien zien. De grote gele ster in het midden staat symbool voor het eiland Niue en de blauwe cirkel waarop de ster geplaatst is voor de Grote Oceaan.
Met dit alles laat de vlag een sterke verbondenheid met Nieuw-Zeeland zien.

Albanië – Dita e Nënë Terezës / Moeder Teresadag (2003)

Twee vlaggen vandaag. Vlag 1:

Sinds 19 oktober 2003, toen Moeder Teresa zalig werd verklaard, is deze datum een officiële feestdag in Albanië.

Ze werd geboren op 26 augustus 1910 als Anjezë Gonxhe Bojaxhiu in Skopje, toen onderdeel van het Ottomaanse Rijk, nu de hoofdstad van Noord-Macedonië. Haar familie was Kosovaars-Albanees.

albanie 02
Links: Jeugdfoto van Maria Teresa (toen nog Anjezë Gonxhe Bojaxhiu geheten) / Rechts: Moeder Teresa in haar latere jaren

Toen ze 18 was, vertrok ze voor een jaar naar Ierland, naar de Sisters of Loreto, om ervaring op te doen in het klooster en om Engels te leren. Op haar 19e vertrok ze naar Darjeeling in India. Ze leerde er Bengaals en ging aan het werk in de missie en ging het onderwijs in. Op 24 mei 1931 deed ze haar eerste religieuze geloften, waarbij ze de naam Teresa aannam, naar Thérèse de Lisieux, de beschermheilige van de missionarissen. Daar er in het klooster al een Thérèse was, koos ze voor de Spaanse variant Teresa.

Moeder Teresa, circa eind jaren ’30 van de vorige eeuw (publiek domein)

Haar eeuwige geloftes legde ze af op 14 mei 1937. Inmiddels gaf ze toen les in Loreto, in het oosten van Calcutta (het tegenwoordige Kolkata). In 1944 werd ze schoolhoofd. Op 10 september 1946, onderweg van Calcutta naar Darjeeling, voor haar jaarlijkse rustperiode, hoorde zij een innerlijke stem die haar opriep het klooster te verlaten en tussen de armen van Calcutta te gaan leven en ze te helpen. Aldus geschiedde. In 1948 begon ze met haar missiewerk voor de arme bevolking. Ze deed een basistraining ziekenzorg en werd Indiaas staatsburger. Ze stichtte een school en kreeg in 1949 hulp van een aantal jonge vrouwen. Op 7 oktober 1950 kreeg ze toestemming van het Vaticaan om een congregatie op te richten, die uiteindelijk uitgroeide tot de Missionarissen van Naastenliefde.

In 1952 opende ze het eerste hospice, er zouden er nog vele volgen, waaronder verschillende voor lepralijders. Haar werk vond navolging in heel India en vanaf de jaren ’60 over de hele wereld. Weeshuizen volgden, opvang voor thuislozen, zorg voor AIDS-patiënten. In 1997 waren er 610 missies in 123 landen.

Moeder Teresa begrafenis
Begrafenis van Moeder Teresa in Kolkata (Calcutta), 13 september 1997 (screenshot)

In haar laatste jaren begon Moeder Teresa met haar gezondheid te kwakkelen en op 5 september 1997 overleed ze. Ze kreeg een staatsbegrafenis.

De vlag

Albanië vlag
Vlag van Albanië (2002-heden)

Shqipëria noemen de Albanezen hun land, “Land van de adelaars”, en dat is ook gelijk het symbool van het land, in dit geval een tweekoppige adelaar. Op de egaal rode vlag is deze vogel afgebeeld.

De adelaar wordt voor het eerst gebruikt door de nationale held van de Albanezen, Skanderberg (eigenlijke naam: Gjergj Kastrioti), die in de 15e eeuw tegen de Ottomanen streed. Bij de onafhankelijkheid in 1912 werd dit symbool dan ook prominent op de nieuwe vlag geplaatst.

De vlag is in de loop der jaren op details na (zoals een toegevoegde ster, een helm, bliksemschichten in de klauwen van de adelaar) onveranderd gebleven. De adelaar bleef waar hij was. Sinds 1992 is de vlag niet meer aangepast.

albanie 01
De vlag van Albanië in enkele van zijn vele verschijningsvormen, v.l.n.r.: 1912-1914, 1914-1920 en 1928-1939

De vlag wordt aangeduid als Flamuri Kombëtar (Nationale Vlag).

Vlag van de president

Sinds 10 juli 2014 heeft Albanië tevens een presidentiële vlag. Ze is bijna vierkant (140×100 cm).
Net als de nationale vlag is die van de president rood, met als centraal symbool de zwarte dubbelkoppige adelaar, hier in een iets afwijkende uitvoering.
De presidentiële vlag bevat echter een aantal extra elementen: een helm boven de adelaar en twee gekruiste eikentakken.

Standbeeld van Skanderberg (Gjergj Kastrioti) (±1405-1468), een werk van Odhise Paskali (1903-1985) uit 1968 op Het Skanderbergplein in Tirana (fotograaf onbekend)

De helm is afkomstig van nationale held Skanderberg en was ook al aanwezig op de nationale vlag tussen 1928 en 1939 (zie afbeelding eerder in deze tekst) en symboliseert onpartijdigheid en doorzettingsvermogen.
De eikentakken met ieder zes bladeren staan voor duurzaamheid, kracht en waardigheid.
De kleur goud in helm en eikentakken symboliseert kracht, voorspoed en vasthoudendheid.

Foto van de Albanese president Bujar Nashani (1966-2022) tijdens de ontvangst van de Koeweitse ambassadeur Mishari al-Jassem, in het presidentieel paleis op 17 december 2015, met op de achtergrond zowel de nationale als presidentiële vlag (beide met gouden franjeranden) (fotograaf onbekend)