Oekraïne – Чотири тижні війни / Vier weken oorlog

Twee vlaggen vandaag. Vlag 2:

Vier weken oud is Poetin’s oorlog en hoewel het aantal slachtoffers, vluchtelingen en verwoestingen alsmaar toeneemt, is er in de Russische opmars in de afgelopen week nauwelijks enige progressie te bespeuren.

De kaart met de verschillend fronten is nauwelijks veranderd sinds een week geleden, we zien hier de vier fronten: (1) Vanuit Wit-Rusland (Belarus) naar hoofdstad Kiev (Kyiv), (2) Het noordoostelijke front rond Soemy (Sumy) en Charkov (Kharkiv), (3) Vanuit de door de Russen bezette Krim langs de kust naar Marioepol (Mariupol) en de rivier de Dnjepr en (4) Eveneens vanuit de Krim naar Cherson (Kherson), daarnaast zijn de Russen ook aanwezig in de zelfverklaarde volksrepublieken Luhansk en Donetsk (alleen erkend door Rusland)

Slachtoffers

Over aantallen slachtoffers is nog steeds weinig met zekerheid te zeggen: de getallen lopen per bron nogal uiteen.
Voor wat Oekraïense burgerslachtoffers betreft: de Oekraïense regering houdt het op 3.094 tot 3.360 of meer, de Verenigde Naties houden het op 953 doden en 1.557 gewonden.
Oekraïense militairen: volgens de Oekraïense regering rond de 1.300 gesneuvelden, Amerikaanse inlichtingendiensten schatten het aantal dode militairen op 2.000 tot 4.000.

Voor wat het aantal gesneuvelde Russische militairen betreft: vorige week stond dat getal volgens Rusland op 498 en sindsdien is dat cijfer niet meer aangepast. Dat het er echter veel meer moeten zijn blijkt wel uit de schattingen (hoe onzeker ook) van de Amerikaanse inlichtingendiensten en de NAVO.
De Amerikanen schatten het aantal gedode Russische militairen tussen de 3.000 en 10.000, de NAVO gaat uit van 7.000 tot 15.000.
Dat het Russische regime het cijfer bewust heel “laag” houdt, heeft uiteraard alles te maken met het draagvlak voor de “militaire operatie”, zoals Poetin deze oorlog eufemistisch noemt. Het kan zeer zeker niet de bedoeling zijn dat de gewone Rus lucht krijgt van deze enorme aantallen gesneuvelde Russen.

Marioepol

Kaart van Marioepol, waar de omsingeling van de Russen op is aangegeven: de gebieden in rozerood zijn bezet door de Russen, het gele gebied is nog in Oekraïense handen en de olijfgroene kleur tussen die twee gebieden geeft terrein weer dat door beide partijen betwist wordt (© Rr016)

De aan de Zee van Azov gelegen havenstad Marioepol is inmiddels symbool komen te staan voor de niets ontziende oorlogsmachine van Poetin. De stad moet koste wat kost in Russische handen komen, om de gehele kustlijn van de Krim tot en met de opstandige regio Donetsk te verbinden.

Drone-beeld van de verwoestingen in Marioepol (screenshot)

De stad is inmiddels vrijwel totaal verwoest. In de woorden van president Zelensky: “Er is daar niets meer, alleen ruïnes”.
Er wordt geschat dat daarbij zo’n 2.000 burgers om het leven kwamen. Mondjesmaat, met horten en stoten hebben mensen de laatste weken de stad proberen te ontvluchten, wat soms wel, soms niet lukte. Hoewel er geregeld vlucht-corridors waren afgesproken met de Russen, werden afspraken daarover met enige regelmaat totaal genegeerd en kwamen vluchtende burgers alsnog onder vuur te liggen.

Drone-beeld van Marioepol in de richting van de Zee van Azov (screenshot)

Zo’n 100.000 burger zitten nu nog in de belegerde stad, die ondanks de aanhoudende bombardementen en beschietingen nog steeds niet door de Russen is ingenomen.
De stad ontbreekt het momenteel aan alles: er is geen elektriciteit meer, geen gas, nauwelijks eten en geen schoon drinkwater.

Oorlogsmisdaden

Hoewel het voor ieder weldenkend mens die niet in een dictatuur (zoals Rusland) leeft, duidelijk is dat her Russische regime via zijn leger aan de lopende band oorlogsmisdaden begaat, reageert Rusland furieus als het van oorlogsmisdaden beticht wordt.
Feit is natuurlijk wel dat iedere begane oorlogsmisdaad uiteraard eerst bewezen moet worden.

Antony Blinken (1962), de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken (screenshot)

Dat gezegd hebbende: de Amerikaanse regering stelt inmiddels officieel vast dat het Russische leger oorlogsmisdaden heeft gepleegd in Oekraïne. Dit werd bekend gemaakt door minister van Buitenlandse Zaken Antony Blinken.
Volgens zijn ministerie zijn er sinds het begin van de invasie tal van bewijzen van doelgerichte aanvallen op burgers.
Onder meer wordt verwezen naar de verwoestende aanval op het Donetsk Regionaal Dramatheater in Marioepol op 16 maart.

Blinken liet weten dat een strafhof zich uiteindelijk zal moeten buigen over de oorlogsmisdaden: “De Amerikaanse regering zal doorgaan met het onderzoeken van meldingen van oorlogsmisdaden en zal daarover informatie delen met bondgenoten, partners en internationale instituten en organisaties”, aldus Blinken.

Vluchtelingen

De vluchtelingencrisis die dankzij Poetin is ontstaan is ongekend. Volgens de laatste cijfers hebben naar schatting nu 3,6 miljoen Oekraïense burgers hun land verlaten, het merendeel vrouwen en kinderen, heel veel mannen blijven om tegen de Russen te vechten.
Daarnaast zijn in Oekraïne zelf zo’n 6,48 miljoen burgers op de vlucht, veelal naar het nog relatief veilige westen van het land.

Oekraïense vluchtelingen worden opgevangen in het grens-treinstation van Przemyśl Główny, Polen (© Pakkin Leung)

Het merendeel van de naar het buitenland gevluchte Oekraïners is momenteel in Polen, ruim 2 miljoen mensen worden er opgevangen. Deze landen delen een relatief lange grens met elkaar.
Datzelfde geldt voor Roemenië, waar nu meer dan 1/2 miljoen vluchtelingen verblijft.
Zelfs het kleine Moldavië, met een inwoneraantal van 2,6 miljoen heeft inmiddels een kleine 400.000 vluchtelingen binnen de grenzen.

Opvang voor Oekraïense vluchtelingen in het Manej-atletiekcentrum in de Moldavische hoofdstad Chișinău (© Gikü)

Dieren

Niet alleen mensen zijn het slachtoffer van deze zinloze oorlog, de beelden van vluchtende Oekraïeners met huisdieren zijn schrijnend.

Een gevluchte Oekraïense vrouw arriveert op het Poolse grensstation Przemyśl Główny met haar huisdier (screenshot)

En daar blijft het niet bij, zo zijn er ook reddingsacties op touw gezet voor dieren afkomstig uit dierentuinen en -parken.
Om maar één voorbeeld te noemen: de Stichting Leeuw heeft met veel moeite twee mannetjesleeuwen van 3,5 en 1,5 jaar oud, een tijgermannetje van 6 maanden en een tijgerin van 5 jaar oud, uit de buurt van Charkov naar Nederland kunnen halen, waar ze nu zijn opgevangen op Landgoed Hoenderdaell in Anna Paulowna.

De tijgerin bij aankomst op Landgoed Hoenderdaell op 19 maart (screenshot)

Volgens directeur Robert Kruijff hadden de dieren het zwaar door de beschietingen: “Er wordt steeds gebombardeerd, dus de verzorgers durfden de dieren niet meer te voeren”.

“Rust, reinheid en regelmaat zijn nu het belangrijkst voor de dieren”, aldus directeur Kruijff van Hoenderdaell (screenshot)

Het vervoer uit Oekraïne verliep dramatisch, volgens de directeur. Het transport werd beschoten en twee mensen werden dodelijk geraakt.
De tijgerin is er volgens Kruijff slecht aan toe: “Ze is mager, ziek en heel bang voor mensen en zwaar getraumatiseerd”, vertelde hij aan de regionale zender NH Nieuws.

De vlag

Vlag van Oekraïne (1992-heden)

De vlag van Oekraïne bestaat uit twee even brede horizontale banen van blauw en geel.

Er zijn voldoende aanwijzingen dat de kleuren blauw en geel van de vlag ver terug gaan, zelfs tot de 15e eeuw. De kleuren gaan er echter pas echt toe doen wanneer de twee keizerrijken waar Oekraïne onderdeel van uitmaakte (het Russische en het Oostenrijks-Hongaarse), ophouden te bestaan.
De West-Oekraïense Nationale Republiek gebruikt tussen 1918 en 1919 de blauw-gele vlag. De vlag wordt gecontinuëerd  bij het samengaan van de twee Oekraïnes tot de Oekraïense Staat.

Tot aan 1949 heeft Oekraïne als Russische sovjet-republiek verschillende variaties van egaal rode vlaggen met de letters YCCP (Ukrayinskaya Sotsialisticheskaya Sovetskaya Respublika – oftewel Socialistische Sovjet Republiek Oekraïne) erop.

In 1949 krijgen alle Russische republieken een vlag-‘make-over’, variaties op de vlag van de Sovjet-Unie met eigen accenten. Die van Oekraïne heeft een blauwe balk aan de onderkant.

Vanaf 1990, dus nog vóór de onafhankelijkheid, wordt de blauw-gele vlag her en der al aarzelend waargenomen. Met het opnieuw zelfstandig worden, wordt de vlag officieel ingevoerd. Wettelijke status krijgt de vlag op 28 januari 1992.
De eerste vlag die ooit boven het Verchovna Rada (het Oekraïnse parlement) wapperde is nu in het parlementsmuseum te zien.

Het blauw in de vlag symboliseert de hemel, het geel de uitgestrekte tarwevelden.

OLYMPUS DIGITAL CAMERA
De tentoongestelde ‘eerste’ vlag in het parlementsmuseum van Oekraïne (© rada.gov.ua)

Argentinië – Día de la Memoria por la Verdad y la Justicia / Herdenkingsdag voor Waarheid en Gerechtigheid (2002)

Twee vlaggen vandaag. Vlag 1:

De 24e maart is een officiële herdenkingsdag in Argentinië. De datum is die van de staatsgreep van 1976, die een burgerlijke/militaire dictatuur aan de macht bracht, onder de naam Proceso de Reorganización Nacional (Proces van Nationale Reorganisatie), vaak kortweg El Proceso (Het Proces) genaamd.
De dictatuur wist stand te houden tot 1983. Deze periode van staatsterrorisme staat bekend als de Vuile Oorlog (Guerra Sucia).

Affiche voor de 24e maart met portretten van desaparecidos (verdwenen personen) (publiek domein)

De herdenkingsdag werd op 1 augustus 2002 door het Nationaal Congres in het leven geroepen middels Wet 25633 en door de regering aangenomen op 22 augustus.
Vanaf 2006 is het tevens een officiële vrije dag.

Junta

Spil in de Vuile Oorlog was een militaire junta, die tot 1981 onder leiding stond van Jorge Videla, die president werd van een regering, waar naast militairen, ook burgers deel van uitmaakten.
Vanaf 1981 stond Leopoldo Galtieri aan het hoofd van het regime. Hij gaf opdracht de Britse Falklandeilanden te bezetten, wat uitmondde in de Falklandoorlog van 1982, die leidde tot een nederlaag van de Argentijnen, toen de Britten de eilanden heroverden.
Het was ook het begin van het einde van de dictatuur, Galtieri werd op 17 juni 1983 ontslagen en dat versnelde het eind van de militaire regering.

Isabel Perón (1931) (screenshot)

Isabel Perón

De staatsgreep was deels een gevolg van de chaotische regering van president Isabel Perón (de weduwe en opvolgster van Juan Perón) en de gewelddadige strijd binnen het peronisme, waar zij geen vat op kreeg.

Beeld van de staatsgreep op 24 maart 1976: een tank voor het Casa Rosada, het presidentieel paleis in Buenos Aires (publiek domein)

Nadat zij bij de militaire staatsgreep was afgezet, was het land dan ook in eerste instantie hoopvol dat er nu rust en orde komen.
Orde kwam er, maar niet van de soort waarop gehoopt was, al snel liet de militaire junta zien hoe de wind zou gaan waaien.

Installatie van Jorge Videla (1925-2013) als president van Argentinië, 24 maart 1976, de top van de junta bestond uit drie man: naast Videla waren dat Emilio Eduardo Massera (1925-2010) (links op de foto) en Orlando Agosti (1924-1997) (op de foto rechts) (publiek domein)

Jorge Videla

Het uiterst rechtse regime, met Jorge Videla als leider, verklaarde Argentinië weer veilig te maken, ongeacht hoeveel mensen hiervoor moesten sterven.
Onder de junta waren vakbonds- en politieke activiteiten verboden. Iedereen die actief was in een vakbond of een andere politieke ideologie aanhing, was een ‘subversief element’: Dit betekende dat hij of zij een gevaar voor de samenleving en de militaire junta was. Deze ‘elementen’ werden hardhandig verwijderd.

Een demonstrant wordt opgepakt in Buenos Aires tijdens de begindagen van de Vuile Oorlog (publiek domein)

Tijdens het militaire bewind werden systematisch mensenrechten geschonden. Zo werden tegenstanders van het regime zonder proces op grote schaal opgepakt, gemarteld en vermoord. Ook vonden er veel verdwijningen plaats. Volgens officiële gegevens zijn er tussen 1976 en 1983 ongeveer 9.000 mensen verdwenen, hoewel door mensenrechtenorganisaties dit aantal op 30.000 geschat werd.

Tableau met portretten van ‘desparecidos’, verdwenen burgers (publiek domein)

Dodenvluchten en babyroof

Ook werden er zogenaamde ‘dodenvluchten’ uitgevoerd, waarbij gevangenen en tegenstanders van het regime uit de weg geruimd werden, door ze te drogeren, uit te kleden en boven de Atlantische Oceaan uit een vliegtuig te gooien.

Een wijdverbreide praktijk tijdens deze Vuile Oorlog was de ‘babyroof’. Baby’s van vrouwelijke gevangenen werden weggenomen bij hun moeders en bij gezinnen geplaatst die de junta steunden. De moeders werden hierna vermoord. Op deze wijze werden er in Argentinië honderden kinderen ontvoerd.

Dwaze Moeders

De angst voor het regime was groot onder de bevolking en werd er nauwelijks openlijk geprotesteerd, uit angst voor de gevolgen.
Toch was er één groep die in actie kwam en spontaan ontstond: de Dwaze Moeders (Asociación Madres de Plaza de Mayo).
Het was (en is) een groep moeders van desaparecidos, verdwenen personen, in eerste instantie georganiseerd door initiatiefneemster Azucena Villaflor.

Azucena Villaflor (1924-1977), oprichtster van de Dwaze Moeders, ongedateerde foto (publiek domein)

Toen ze als groep van 14 moeders op zaterdag 30 april 1977 verhaal gingen halen bij de autoriteiten over hun verdwenen kinderen, werden ze niet ontvangen, waarna ze zwijgend over het Plaza de Mayo gingen lopen (stilstaan mocht niet van de politie).
Het Plaza de Mayo is het centrale plein in Buenos Aires, met het presidentieel paleis (het Casa Rosada), het oude stadhuis (El Cabildo), La Catedral Metropolitana, de Mei-piramide en het hoofdkantoor van de Nationale Bank.

Ongedateerde foto’s van een protest van de Dwaze Moeders en sympathisanten op het Plaza de Mayo, voor het presidentieel paleis, het Casa Rosada (publiek domein)

Arrestaties

De tweede ‘mars’ vond plaats op een vrijdag, de derde op een donderdag. Sinds die tijd is dit de dag waarop de Dwaze Moeders vanaf 15.30 u op het Plaza de Mayo steevast in stil protest rondjes lopen.
Op 10 december 1977 plaatste de groep een advertentie in de krant met daarin de namen van de verdwenen kinderen.
Diezelfde avond nog werd Villaflor gearresteerd en nooit meer teruggezien. Negen andere moeders overkwam hetzelfde.
Pas in 2003 werd Villaflor’s lichaam geïdentificeerd, samen met dat van vier andere vrouwen.

Een groep van Dwaze Moeders bij het graf van Azucena Villaflor op 11 september 2020, de tekst op de grafsteen luidt: Azucena Villaflor de De Vincent, 7-4-1924 – 10-12-1977, oprichtster van de Moeders van de Plaza de Mayo, vastgezet, verdwenen door de militaire dictatuur (© Isabellaoli)

Hun stille protesten gingen echter door en trokken internationaal sterk de aandacht. In Nederland zetten Liesbeth den Uyl en Mies Bouhuys zich voor hen in.

Ongedateerde foto van een protestmars van de Dwaze Moeders (of Abuelas (Oma’s) de Plaza de Mayo, zoals ze zichzelf ook wel noemen), de tekst op het spandoek luidt: ‘Waar zijn de honderden baby’s die in gevangenschap zijn geboren?’ (publiek domein)

Einde junta

In de nasleep van de desastreus verlopen Falklandoorlog stapte de junta o.l.v. Galtieri in 1983 op. en kwamen er verkiezingen.

Leopoldo Galtieri (1926-2003), officieel portret van 22 december 1981 (© Presidencia de la Nación Argentina)

Bij deze democratische verkiezingen stelde de nieuwe president Raúl Alfonsín, in december 1983 de Nationale Commissie op de Persoonsverdwijning in, om de begane misdaden tijdens de dictatuur te onderzoeken. Dit leidde tot het oppakken van diverse kopstukken van het voormalige regime en veroordelingen, waaronder ook Videla en Galtieri waren.

Mars in 2011 ter herdenking van de 35e verjaardag van de militaire staatsgreep, met een groot spandoek met de gezichten van verdwenen personen (© Banfield)

Herdenkingen en marsen die onder de junta niet mogelijk waren, vonden plaats vanaf 1983, georganiseerd door mensenrechtenorganisaties en politieke partijen.
President Carlos Menem vaardigde in 1998 een decreet uit dat het onderwijs in Argentinië één dag speciaal wijdde aan een “kritische analyse” van de jaren van de Vuile Oorlog.
Dit leidde uiteindelijk tot het instellen van de speciale herdenkingsdag in 2002/2006 die we vandaag memoreren.

Op deze dag wordt er in het hele land stilgestaan bij de verschrikkingen van de dictatuur, middels optochten, doorgaans met foto’s van mensen die nog steeds vermist worden (het zoeken naar en identificeren van slachtoffers van de Vuile Oorlog gaat nog steeds door). De grootste manifestatie is altijd in Buenos Aires, op het Plaza de Mayo.

Kaart van Argentinië (© freeworldmaps.net)

De vlag

Vlag van Argentinië (1810/1816-heden)

De Argentijnse vlag is een horizontale driekleur in hemelsblauw, wit en hemelsblauw. Middenin de witte baan is de zogenaamde sol de mayo afgebeeld, een zon met een gezichtje in geel (of goud), omringd door 32 stralen, eindigend in punten.

Het zal niet verbazen dat de oorsprong van de vlag terug te voeren is op de gebeurtenissen voortvloeiend uit 1810. Op 25 mei dat jaar, na het aftreden van Cisneros (zie hierboven), werden op het marktplein in Buenos Aires blauw-witte kokardes uitgedeeld. Op deze bewuste middag was het in eerste instantie bewolkt, toen het echter plotseling opklaarde en de zon tevoorschijn kwam, werd dat als symbolisch gezien. Vanaf die tijd geldt de sol de mayo (meizon) als het nationale symbool van Argentinië.

In de daarop volgende onafhankelijkheidsstrijd voerde de succesvolle Argentijnse generaal Manuel Belgrano zijn troepen aan met vlaggen in blauw-wit-blauw, die teruggrepen op de gebeurtenissen van  25 mei 1810.

Manuel Belgrano (1770-1820) door een onbekende artiest (publiek domein)

In eerste instantie was het dus een oorlogsvlag. Op 25 juli 1816 werd door het toenmalige collectief van volksvertegenwoordigers, het Congres van Tucumán, de vlag uitgeroepen tot nationale vlag. Op 25 februari 1818 wordt dit nog eens bevestigd door het congres (inmiddels gevestigd in Buenos Aires). Tevens wordt op die dag de sol de mayo toegevoegd.

In de 19e eeuw was de kleur blauw overigens in het algemeen donkerder. Pas vanaf 1861 is het uitsluitend hemelsblauw.

Donkerblauwe versie van de Argentijnse vlag

De kleuren van de vlag worden tegenwoordig ook symbolisch uitgelegd: het blauw voor zowel de hemel als de oceaan en het wit voor de besneeuwde toppen van het Andes-gebergte.

Het presidentieel paleis (het Casa Rosada), met daarvoor de Argentijnse vlag, op het Plaza de Mayo, Buenos Aires, foto genomen op 14 februari 2014 (© Lars Curfs / publiek domein)

Andere landen

Tot slot: de Argentijnse vlag heeft direct invloed gehad op vlagontwerpen van andere Midden- en Zuid-Amerikaanse staten. De van 1823 tot 1838 bestaande staat Provincias Unidas del Centro de América (Verenigde Provincies van Centraal Amerika) gebruikte een vlag die in wezen een kopie was van die van Argentinië, zij het met zijn eigen staatswapen. Toen deze staat uiteenviel in 1838 in de huidige nog bestaande landen Guatemala, Honduras, El Salvador, Nicaragua en Costa Rica, namen alle vijf landen de blauwe strepen (in verschillende tinten) mee naar hun eigen vlaggen, alleen Costa Rica voegde een rode streep toe. Verder is ook de vlag van Uruguay op die van Argentinië gebaseerd, niet alleen het blauw-wit, maar ook de sol de mayo. Ook de vlag van Paraguay zou afgeleid kunnen zijn van de Argentijnse vlag, maar waarschijnlijker zijn de theorieën dat de Franse tricolore de inspiratiebron was, en wellicht zelfs de Nederlandse vlag.

afgeleiden argentinie 2
De vlaggen van Nicaragua, Costa Rica, Uruguay en Paraguay
afgeleiden argentinie 1
De vlaggen van Guatemala, Honduras en El Salvador