Na gisteren Heroes’ Day gevierd te hebben, is het vandaag tijd voor Unity Day in Zambia.
De dag werd ingesteld door Zambia’s eerste president Kenneth Kaunda, om het gevoel van een nationale identiteit te versterken en wordt altijd op de eerste dinsdag in juli gevierd.

De bevolking van Zambia bestaat uit zo’n 70 etnische groepen. Een meerderheid van de Zambianen behoort tot de 9 belangrijkste groeperingen, namelijk de Chewa, Tonga, Bemba, Tumbuka, Luvale, Lumba, Lozi, Nkoya en Kaonde. De twee grootste groepen zijn de Bemba en de Tonga, maar geen enkele groep maakt meer dan 10% van de bevolking uit.

Het motto bij deze dag is die van het land zelf: One Zambia, one nation (Eén Zambia, één land). Op deze dag zijn er naast vlagvertoon ook altijd (politieke) speeches. Zo zal president Edgar Lungu het volk toespreken.
De vlag
De vlag van Zambia is groen met bovenin het uitwaaiende gedeelte een Afrikaanse zeearend (Haliaeetus vocifer) in oranje. Daaronder een rechthoek van drie verticale banen in rood-zwart-oranje.
De Zambiaanse vlag is daarmee nogal ongewoon. In ‘vlaggenland’ is het erg ongebruikelijk om de symbolen op een vlag aan de vluchtzijde te zetten. De reden daarvoor is eigenlijk vrij simpel: bij weinig wind is het uitwaaiende gedeelte van de vlag nauwelijks of niet te zien, daarom wordt er meestal gekozen voor de mastzijde of anders middenin.
De kleuren groen en oranje zijn overgenomen van de vlag van de al eerder genoemde United National Independence Party (UNIP), waarvan Kenneth Kaunda tussen 1960 en 1964 voorzitter van was.

Deze vlag had een groen veld, aan drie zijden omzoomd met een donkeroranje rand. Middenin de vlag is in zwart een Afrikaanse schoffel of hak afgebeeld.

Terug naar de nationale vlag. De kleur groen staat voor de natuurlijke rijkdommen van het land en de vegetatie, rood voor de vrijheidsstrijd, zwart voor de bevolking en oranje voor de rijkdom aan delfstoffen (waarvan koper de belangrijkste is).
De zeearend staat voor de vrijheid en voor het vermogen van de bevolking om over problemen heen te komen. Overigens komt de vogel ook op het staatswapen voor.
De vlag is een ontwerp van Gabriel Ellison, een Zambiaanse kunstenares die tussen de jaren ’60 en ’80 van de vorige eeuw ook veel postzegels ontwierp.

In 1996 kreeg de vlag een iets lichtere kleur groen.
De eerste vlag van Zambia was die van de British South Africa Company (BSAC), het eerder genoemde bedrijf voor het exploiteren van de minerale rijkdommen van Zuidelijk Afrika, opgericht in 1889 door Cecil Rhodes, een man waar later Noord- en Zuid-Rhodesië naar werden vernoemd.

De vlag is een Union Flag of Union Jack met middenin de badge met het logo van de BSAC. Op deze rood-omcirkelde badge zien we een op een rood-geel gekleurd koord ‘gaande’ Britse leeuw, die in zijn rechterpoot een slagtand van een olifant omklemt, met daaronder in kapitalen de letters “B.S.A.C.”. Deze vlag was in gebruik tussen 1890 en 1924.
Toen het land in 1924 een Britse kroonkolonie werd, onder de naam Noord-Rhodesië, moest er ook een koloniale vlag komen, een blue ensign met het wapen als badge in het uitwaaiende gedeelte.,

Het duurde echter nog tot 1927 voordat er een wapen was ontworpen. Officiële goedkeuring volgde in 1928. De bovenkant van het wapen laat de Afrikaanse zeearend met gespreide vleugels zien tegen een blauwe achtergrond, met een vis in de klauwen. De vogel is afgebeeld boven de Victoria-watervallen, die hier in de onderste helft van het schild worden afgebeeld in de vorm zwart-witte zigzag-lijnen.

Deze vlag bleef bestaan tot en met 1963, maar omdat Noord-Rhodesië tussen 1953 en 1963 tevens onderdeel werd van de Centraal-Afrikaanse Federatie, samen met Zuid-Rhodesië (Zimbabwe) en Nyasaland (Malawi), moest daar ook een vlag voor ontworpen worden.

En dat brengt ons bij de volgende blue ensign, één die delen van de drie wapens van de drie gebieden bovenop elkaar propte in de badge. Van boven naar beneden zien we een opkomende zon voor Nyasaland, een ‘gaande’ rode leeuw voor Zuid-Rhodesië en de Victoria-watervallen uit het wapen van Noord-Rhodesië.