Halloween

Twee vlaggen vandaag. Vlag 2:

De Engelse benaming Halloween of Hallowe’en komt van All Hallow’s Evening of All Hallow’s Eve, in het Nederlands Allerheiligenavond, de dag vóór Allerheiligen, 1 november.

De traditie gaat ver terug op Keltische oogstfeesten, met daaraan gekoppeld het geloof dat rond deze tijd de zielen van de doden terugkeerden naar hun huizen. De levenden deden er dan goed aan de doden gunstig te stemmen, door bijvoorbeeld aan tafel voor een extra gast te dekken of voedsel buiten te leggen.

Schermafbeelding 2019-10-25 om 10.51.13.png
De geesten gaan op pad (© freakingnew.com)

Vanaf de 16e eeuw werd het op de Britse eilanden gebruik om verkleed langs de deuren te gaan, vervolgens een liedje te zingen of een gedicht op te zeggen in ruil voor voedsel. Het verkleden in spookachtige kostuums had als achterliggende gedachte de echte dode zielen voor zich in te nemen.

Vanaf de 19e eeuw raakt het feest ook ingeburgerd in de Verenigde Staten, door de komst van grote groepen Ierse en Schotse immigranten. Vanaf dat moment gaat het steeds meer op het Halloween lijken dat we nu nog kennen, inclusief de uitgeholde pompoen.

Halloween pumpkins
Pompoenen! (© frbbq.com)

In eerste instantie is het vooral een feest voor kinderen die in enge kostuums langs de deuren gaan om daarmee iets lekkers te scoren, maar naarmate het feest steeds groter en commerciëler wordt, laten ook volwassenen zich niet onbetuigd met complete Halloween verkleedfeesten. Ook in Nederland is het feest inmiddels niet meer weg te denken.

Halloween garden.jpg
Tuin in Halloween-sfeer (© gardenclub.homedepot.com)

De vlag

Halloween-vlag.jpg
Halloween-vlag (ontwerper onbekend)

Dit is de Halloween-vlag van Vlagblog, maar er bestaan uiteraard eindeloos veel verschillende vlaggen!

halloween 01
Twee andere Halloween-vlaggen
Pompoenen tijdens Halloween in een tuin in de V.S. (fotograaf onbekend)

Nevada – Statehood / Toetreding tot de V.S. (1864)

Twee vlaggen vandaag. Vlag 1:

Voordat Nevada in 1864 als 36e staat van de V.S. werd toegelaten, was het gebied al talloze keren onderdeel van andere landen en/of gebieden.

Kaart van Nevada (© National Atlas)

Tussen 1535 en 1821 was het gebied wat we nu als Nevada kennen onderdeel van de het vice-koninkrijk Nieuw Spanje, een Spaanse kolonie.
Dit gebied strekte zich uit van het huidige Costa Rica tot zo ongeveer het complete westen van de tegenwoordige Verenigde Staten.
Na zijn onafhankelijkheidsoorlog kwam vrijwel het hele gebied in 1821 in handen van de nieuwe staat Mexico.
Vanaf 1824 ging het hele noordelijke deel van dit gebied verder als Mexicaans territorium, onder de naam Alta California, wat bestond uit de huidige staten Californië, Nevada en Utah en delen van Arizona, Wyoming, Colorado en Nieuw-Mexico.

Mexico in 1824 met Alta California in het noordwesten (© Gigette, naar kaarten van de United States Geological Survey en The Institute of Geography)

Vanaf de jaren veertig van de 19e eeuw begon de ‘Gold Rush’ na de vondst van goud in het noordwesten van Californië. Vele tienduizenden Amerikanen trokken westwaarts langs de zogenaamde California Trail, die door het noorden van Nevada liep.

“An encampment on the Humboldt River, 1859”, een tekening van Daniel A. Jenks (1827-1869), een kamp aan de oevers van de Humboldtrivier in westelijk Nevada, tijdens nadagen van de ‘Gold Rush’ (publiek domein)

Ten oosten van wat nu Nevada is was er ook activiteit: in 1847 vestigden zich bij het Grote Zoutmeer (Salt Lake) mormoonse pioniers.

Na de Mexicaans-Amerikaanse oorlog (1846-1848), waarbij Mexico de verliezende partij was, kwam vrijwel heel Alta California, waaronder Nevada, in Amerikaanse handen.
De mormonen hadden ondertussen niet stil gezeten en in 1849 startten zij het proces om hun staat Deseret als Amerikaanse staat te laten erkennen.
Uiteindelijk werd er in 1850 in Washington besloten van het gebied een territorium te maken, niet onder de naam Deseret, maar als Utah, naar de lokale Ute-indianenstam.
Op 9 september dat jaar, de dag waarop Californië als 31e staat tot de V.S. werd toegelaten, werd het Utah Territory in het leven geroepen. Het was een enorm gebied, bestaande uit de huidige staten Nevada en Utah, het westelijke deel van Colorado en de zuidwestelijke punt van Wyoming.

Silver City, Nevada, omstreeks 1870, dit stadje ontstond na de ontdekking van zilver in 1859 (gravure uit ‘American Pictures’, uitgave The Religious Tract Society, 1876) (publiek domein)

In het westelijke deel van het territorium bleef het aantal mormoonse kolonisten achter. Toen in 1859 belangrijke zilver- en goudvondsten werden gedaan ten noordwesten van de een jaar daarvoor gestichte stad Carson City, kwam er een migrantenstroom van tienduizenden vanuit het oosten van de V.S. op gang.
De mormonen, die in dit gebied al een minderheid vormden, kwamen verder in het gedrang en er ontstonden spanningen tussen mormonen en niet-mormonen.

Links: Abraham Curry (1815-1873) (publiek domein) / Rechts: Carson City, ets uit 1860 (publiek domein)

Abraham Curry, stichter van Carson City, die een grote afkeer had van de mormoonse invloed op de politiek van het Utah Territory, vatte het plan op om met een aantal gelijkgezinden het westen van het territorium af te splitsen tot een aparte staat. En zo geschiedde.

Staten en territoria van de Verenigde Staten van Amerika tussen 2 maart en 1 augustus 1861, roze: staten, bruin: territoria, groen: de zuidelijke Geconfedereerde staten (Amerikaanse Burgeroorlog), rood: ‘swing’ staten (© Golbez)

Op 2 maart 1861 scheidde de regio zich af als het Nevada Territory, met Carson City als hoofdstad.
In 1862 kwam daar nog een flinke strook bij, toen de oostgrens opschoof naar het oosten.

Links: Het Utah Territory in 1850, inclusief Nevada in het westen / Rechts: Het Utah Territory in 1861 (grijs), het nieuw gevormde Nevada Territory (geel), in roze het gedeelte wat Utah verliest aan het Colorado Territory (publiek domein)

Inmiddels lag er een aanvraag om als Amerikaanse staat te worden erkend en dat werd ingewilligd, waarmee we de dag van vandaag hebben bereikt.
Op 31 oktober 1864, nog tijdens de Amerikaanse Burgeroorlog dus, werd Nevada de 36e staat van de Verenigde Staten. Het motto van de staat luidt dan ook Battle born.

Grenswijzigingen in het Utah Territory (grijs) ten gunste van het Nevada Territory in 1862 (links) en in 1866 (rechts, toen Nevada inmiddels een staat was geworden) (publiek domein)

Nieuwe grenswijzigingen waren er in 1866 en 1867. In 1866 werd de grens opnieuw naar het oosten opgeschoven, ten koste van Utah en in 1867 verwierf Nevada ook gebied in het zuiden, wat tot die tijd tot het Arizona Territory had behoord, toen er goud werd gevonden nabij het toekomstige Las Vegas. Men ging er vanuit dat Nevada met zijn ervaring met het toestromen van migranten en gelukszoekers die snel rijk hoopten te worden, hier beter handen en voeten aan kon geven.
Met de laatste grenswijziging had Nevada z’n definitieve vorm op de kaart.

Nogmaals de grenswijzigingen van 1862 en 1866 oostwaarts, maar op deze 19e eeuwse kaart zien we ook de grenswijziging naar het zuiden uit 1867, ten koste van Arizona (publiek domein)

De vlag

De vlag van Nevada (1991-heden)

De vlag van Nevada is kobaltblauw, met in de broektop een vijfpuntige zilveren (of witte) ster. Boven de ster is een gebogen oranje banderol, waarop in zwarte kapitalen BATTLE BORN.
Onder de ster in oranje kapitalen en eveneens licht licht gebogen, de naam van de staat: NEVADA.
Dit geheel wordt aan de onderkant omsloten door twee gekruiste takken alsem, de officiële plant van de staat.
Op een kleine wijziging uit 1991 na, stamt het basisontwerp voor deze vlag uit 1929.

Vlag van 1905

Nevada had echter tussen 1905 en 1929 twee eerdere vlaggen.
De eerste vlag werd ontworpen door gouverneur John Sparks en kolonel Sylvester “Henry” Day, assistent adjudant-generaal van de Nationale Garde. Hun ontwerp uit 1905 kunnen we gerust enigszins ongewoon noemen.

Links: Eerste vlag van Nevada (1915-1915) / Rechts: John Sparks (1843-1908), 10e gouverneur van Nevada en mede-ontwerper van de eerste vlag van Nevada (publiek domein)

Het ging om een blauwe vlag met in het midden de naam NEVADA in forse, zilveren kapitalen, aan beide zijden geflankeerd door een vijfpuntige, zilveren ster.
Bovenin in iets kleinere en ietwat gedrongener kapitalen het woord SILVER in zilver.
Dezelfde kapitalen zien we onderin bij het woord GOLD in goud.
Direct onder en direct boven SILVER en GOLD acht vijfpuntige zilveren sterren en net boven en onder NEVADA negen gouden vijfpuntige sterren.
Als we alle sterren bij elkaar optellen komen we op 36. Dat getal verwijst naar Nevada als 36e staat.

Voor zover bekend bestaat er maar één exemplaar van deze vlag. In eerste instantie bevond de vlag zich in het kantoor van gouverneur Sparks, maar gedurende het lopende parlementaire jaar van 1905 verhuisde de vlag naar een van de Kamers.
Aan het einde van dit parlementaire jaar werd de vlag door gouverneur Sparks voor $ 30,65 aan de Nevada National Guard verkocht en verhuisde naar hun onderkomen.

Foto van het enige exemplaar van Nevada’s eerste vlag (Collectie Nevada Historical Society)

In 1923 (toen Nevada al acht jaar lang een andere vlag had) werd de eerste vlag door kolonel Day geschonken aan de Nevada Historical Society. In de jaren ’90 van de vorige eeuw werd dit unieke exemplaar gerestaureerd.

Vlag van 1915

In 1915 werd er een nieuw vlag ontworpen door Clara M. Crisler (1882-1957), een lerares en historica uit Carson City.
Opnieuw was de vlag blauw met daarop het wapen (state seal) van Nevada. Boven het wapen in zilveren kapitalen NEVADA en eronder ALL FOR OUR COUNTRY in goud.
Bovenaan de vlag een gebogen rij van 18 vijfpuntige gouden sterren en onderin een gebogen rij van 18 vijfpuntige zilveren sterren.

Links: Tweede vlag van Nevada (1915-1929) / Rechts: Ontwerpster Clara M. Crisler (1882-1957), als jong meisje (publiek domein)

Het wapen stamt uit 1864 en werd geformaliseerd op 24 februari 1866 en is een ontwerp van Alanson W. Nightingill.
Het is gevat in een sierlijke rococo-rand een laat een landschap in natuurlijke kleuren zien. We zien een bergketen op de achtergrond (de Sierra Nevada), daarachter zien we nog net de zon. Op de voorgrond een ploeg en paard en wagen, rechts een zilvermijn. Een stoomlocomotief rijdt over een viaduct dat twee heuvels met elkaar verbindt.
(Het wapen is inmiddels gemoderniseerd en rond van vorm, maar verschilt voor wat de afbeelding betreft niet veel met het oorspronkelijke ontwerp).

Links: Oorspronkelijke uitvoering van het wapen van Nevada uit 1864, ontworpen door Alanson W. Nightingill (1826-1870), de eerste staatscontroleur (state controller) van Nevada (publiek domein) / Rechts: Het moderne, inmiddels aangepaste ontwerp van het wapen van Nevada, met in de rand 36 sterren, een verwijzing naar Nevada als 36e staat (publiek domein)

Hoewel men zeer tevreden was met het ontwerp, zijn er van deze vlag slechts enkele exemplaren gefabriceerd. De vlag was met zo’n 30 kleuren kostbaar om te maken, ze moest geappliceerd en met de hand geverfd en vanwege de teksten ook dubbel worden uitgevoerd.

Vexilloloog (vlaggendeskundige) James Ferrigan tijdens een verhandeling over de 1915-vlag van Nevada (© hollandreno.org)

In juni 1926 kondigde luitenant-gouverneur Maurice J. Sullivan een ontwerpwedstrijd voor een nieuwe vlag aan. Vanuit zowel de Senaat als het Huis van Afgevaardigden werden leden gekozen om een commissie te vormen die de inzendingen moesten beoordelen.
De winnaar van de wedstrijd kon $ 25 (zo’n $ 400 anno nu) als prijs tegemoet zien, maar volgens Sullivan zou de eer belangrijker moeten zijn dan de geldsom.

Links: Maurice Joseph Sullivan (1884-1953), luitenant-gouverneur van Nevada (publiek domein) / Rechts: Cada Castolas Boak (1870-1954) (© Who’s Who in Nevada, 1907, Home Printing Co.)

Uit de honderden inzendingen werd op 27 januari 1927 een winnaar gekozen: een ontwerp van “Don” Louis Schellbach III, een overheidsambtenaar.
Vervolgens duurde het nog tot 19 februari 1929 voordat in Senate Bill 51 het ontwerp wettelijk werd goedgekeurd. Deze vlag is op een detail na dezelfde als die Nevada nu nog voert.
Op het vlagontwerp van Schellbach ontbrak de naam ‘Nevada’ en in het wetsontwerp werd dit toegevoegd: tussen elk van de zes letters van de punten van de ster werd een letter geplaatst, waarbij de beginletter N bovenin stond.
In een amendement van Cada C. Boak werd de plek van de letters vervolgens gewijzigd: ‘Nevada’ werd in een boog onder de takken geplaatst. Helaas werd het amendement “vergeten” bij de vlagfabricage, waardoor de letters alsnog tussen de sterpunten terechtkwamen!

Vlag van Nevada tussen 1929 en 1991

Opnieuw leidde de nieuwe vlag jarenlang een ondergronds leven: er werden er slecht zes gefabriceerd. Om daar verandering in aan te brengen werd in 1935 de Nevada State Flag Association opgericht om geld in te zamelen om meer vlaggen te vervaardigen, wat ook daadwerkelijk gebeurde.
Vanaf die tijd raakte de vlag eindelijk ingeburgerd.

Vlagcorrectie

In 1989 ontdekte parlementair onderzoekster Dana R. Bennett dat het amendement aangaande de naam ‘Nevada’ uit 1929 niet was uitgevoerd, waardoor de letters op de verkeerde plaats terecht waren gekomen.
De letterlijke tekst aangaande ‘Nevada’ luidde: “Het woord ‘Nevada’ zal ook vermeld worden en wel onmiddellijk onder de twee takken in zilveren Romeinse letters, conform de letters in de woorden ‘Battle born”.

Links: Dana R. Bennett (1963) (fotograaf onbekend) / Rechts: Koepel van het Nevada Capitool in Carson City, met de vlag van Nevada onder die van de Verenigde Staten, volgens de vlag-etiquette (publiek domein)

De ‘fout’ werd in 1991 alsnog hersteld, met een kleine aanpassing: ‘Nevada’ kwam tussen de ster en de takken alsam in te staan.
Op 25 juli 1991 werd de huidige, iets gewijzigde vlag ingevoerd.

In 2001 onderzocht de Amerikaanse vlaggenvereniging North American Vexillological Association (NAVA) hoe het stond met de populariteit van de staten en territoria-vlaggen en de provincievlaggen van Canada. Van de in totaal 72 vlaggen eindigde Nevada op een niet al te beste 55e plaats.

Gouverneursvlag

Vlag van de gouverneur van Nevada (1991-heden)

Nevada heeft officieel een gouverneursvlag, een variatie op de statenvlag: de symbolen staan hier in het midden van de vlag, terwijl er in iedere hoek een een vijfpuntige ster is toegevoegd.
Het curieuze van deze vlag is dat ze nooit te zien is. Als gouverneur Steve Sisolak in beeld wordt gebracht in zijn kantoor wordt hij steevast geflankeerd door de vlag van de V.S. en de Nevada statenvlag.

Gouverneur Joe Lombardo (1962) samen met Senaat meerderheidsleider Nicole Cannizzaro, geflankeerd door de nationale vlag en die van de staat (met franjerand), achter de gouverneur het wapen van Nevada (foto: Nicole Cannizzaro Office)

Toen er een aantal jaren terug navraag naar werd gedaan bij het kantoor van de gouverneur, bleek men geen weet te hebben van het bestaan van de vlag!

Met dank aan Sheryln Hayes-Zorn van de Nevada Historical Society in Reno, Nevada

Oekraïne – Три роки і тридцять шість тижнів війни / Drie jaar en zesendertig weken oorlog

Heftige gevechten in en om Pokrovsk

Hoewel er inmiddels meer dan een jaar om de bij het front gelegen stad Pokrovsk wordt gevochten, was de stad tot voor kort nog altijd in Oekraïense handen.

Kaart van een deel van het front in het oosten van Oekraïne van 28 oktober, de oranjegele gebieden zouden door Rusland zijn veroverd, de drie blauwe gebieden zou Oekraïne op zijn beurt heroverd hebben op de Russen; Pokrovsk ligt op de kaart net iets links van het midden (© kaart door George Barros, Kateryna Stepanenko, Daniel Mealie, Harrison Hurwitz, Benjamin Corola, David Schulert, Quinn Deutschendorf, Lea Corticchiato. Megan Ewert, Nathaniel Kramer, Carolyn Weinstein, Braden Barnett & Ethan Lloyd voor het Institute for the Study of War)

De gevechten zijn de laatste weken echter sterk geïntensiveerd, waarbij het groepen Russen inmiddels gelukt zou zijn de stad binnen te dringen. President Zelensky noemde de situatie in de stad afgelopen weekend “extreem lastig”. Uit dronebeelden bleek dat er ongeveer 200 Russische militairen in de stad zijn binnengedrongen, zo liet de president gisteren weten.

Pokrovsk onder Russisch vuur, waarbij goed te zien is dat de stad al flink beschadigd is (screenshot van de Indiase nieuwszender WION)

De strategisch gelegen stad van 80.000 inwoners werd vorig jaar al geëvacueerd en was tot die tijd een belangrijk knooppunt van wegen en spoorwegen, van groot belang voor herbevoorrading van de troepen.
De bevoorrading loopt al een tijdlang dan ook niet meer via de stad, waardoor het strategische belang voor de Russen niet meer zo groot is.
Psychologisch echter zou de val van de zwaar beschadigde stad er flink inhakken bij de Oekraïners.

De stadsgrens van Pokrovsk (screenshot van de Indiase nieuwszender WION)

Voor zover nu bekend zijn er nu zowel Russische als Oekraïense troepen in de stad aanwezig. Pokrovsk wordt deels beschermd door drones, die. Maar ook Russische drones zijn hier actief: ze jagen op Oekraïense voertuigen.

Een Russische aanvalsdrone (middenonder deels zichtbaar) jaagt op een Oekraïens militair voertuig in Pokrovsk (screenshot)

Ook nu wordt er door Russische propaganda klinklare onzin verspreid: zo beweerde opperbevelhebber generaal Gerasimov dat in Pokrovsk 31 Oekraïense bataljons zijn omsingeld. Daar een bataljon doorgaans zo’n 600 man telt, zou het dan om ruim 18.000 soldaten gaan, een getal dat gewoonweg niet klopt en zelfs de immer actieve Russische oorlogsbloggers geloven dit narratief niet.
Dat het er wel eens op of onder zou kunnen worden voor de stad is echter bepaald niet denkbeeldig.

Doden en gewonden in Kiev

Ook het afgelopen weekend kregen Oekraïense steden te maken met Russische raketten en aanvalsdrones.

Twee mannen uit de wijk Desnianskyi zoeken troost bij elkaar de nachtelijke aanval op hun flatgebouw (screenshot)

In de hoofdstad Kiev kwamen daarbij in de wijk Desnianskyi drie mensen om het leven er raakten er minstens 32 gewond.
Volgens burgemeester Klitsjko werden er twee torrenflats getroffen bij de aanvallen, onder de gewonden waren zes kinderen.

Orbán wil anti-Oekraïne alliantie

De Hongaarse premier Viktor Orbán wil proberen een ‘anti-Oekraïne- alliantie’ binnen de EU aan te gaan met Andrej Babiš, wiens rechts-populistische partij de recente parlementsverkiezingen in Tsjechië heeft gewonnen en met de Slowaakse premier Robert Fico, om hun standpunten op één lijn te brengen voorafgaand aan de bijeenkomsten van EU-leiders, waaronder het houden van bijeenkomsten voorafgaand aan een top.

V.l.n.r.: Viktor Orbán (© Goszei / publiek domein), Andrej Babiš (© Basque mapping / publiek domein) & Robert Fico (© Ahah12Q / publiek domein)

Zowel Fico als Babiš steunen het standpunt van de Hongaarse leider ten aanzien van Oekraïne en pleiten voor een dialoog met Moskou in plaats van economische druk.
Babiš kreeg kritiek vanwege zijn publieke scepsis over de voortzetting van de Europese steun aan Kiev.

Opvallende uitspraken Belgische defensieminister

Ongetwijfeld zullen hier en daar wenkbrauwen gefronst zijn na opvallende uitspraken van de Belgische minister van Defensie Theo Francken. In een vraaggesprek met de krant “De Morgen” werd hem de vraag gesteld of hij vreesde dat de Russische president ooit een niet-nucleaire raket op Brussel zou kunnen afvuren.

Theo Francken (1978), de Belgische minister van Defensie en Buitenlandse Handel (screenshot)

Francken antwoordde daarop: “Nee, want dan valt hij het hart van de NAVO aan en vegen we Moskou van de kaart.” Hij vervolgde: “Ik maak me meer zorgen over scenario’s in de grijze zone: kleine ‘groene mannetjes’ (Russische geheim agenten) in Estland die de Russischtalige minderheid ophitsen tegen ‘het naziregime’. Voor je het weet hebben ze een deel van Estland geannexeerd.”

De Russische ambassade in België, in Ukkel (© Google Maps)

De Russische ambassade in België heeft een verklaring uitgegeven waarin Franckens woorden “provocerend” en “onverantwoordelijk” worden genoemd.
“Franckens avonturisme is helaas de belichaming van een militaristische afwijking die steeds meer aanhang krijgt binnen de Europese partij van de oorlog”, aldus de ambassade.

De vlag

Vlag van Oekraïne (1992-heden)

De vlag van Oekraïne bestaat uit twee even brede horizontale banen van blauw en geel.

Er zijn voldoende aanwijzingen dat de kleuren blauw en geel van de vlag ver terug gaan, zelfs tot de 15e eeuw. De kleuren gaan er echter pas echt toe doen wanneer de twee keizerrijken waar Oekraïne onderdeel van uitmaakte (het Russische en het Oostenrijks-Hongaarse), ophouden te bestaan.

Ook in 1918/1919 lag Oekraïne (toen de West-Oekraïense Nationale Republiek) onder vuur, zoals op deze prent wordt weergegeven: een Russische bolsjewiek in het noorden, een Rus van het Witte Leger (anti-sovjet) in het oosten met de Russische vlag met dubbelkoppige adelaar, een Poolse soldaat (liggend) naast een Hongaarse (in het rood) in het westen en twee Roemeense soldaten in het zuiden; we zien in het midden een vroege afbeelding van de Oekraïense vlag, de tekst onderin luidt “Wereldvrede in Oekraïne” (publiek domein)

De West-Oekraïense Nationale Republiek gebruikt tussen 1918 en 1919 de blauw-gele vlag. De vlag wordt gecontinueerd  bij het samengaan van de twee Oekraïnes tot de Oekraïense Staat.

Tot aan 1949 heeft Oekraïne als Russische sovjet-republiek verschillende variaties van egaal rode vlaggen met de letters YCCP (Ukrayinskaya Sotsialisticheskaya Sovetskaya Respublika – oftewel Socialistische Sovjet Republiek Oekraïne) erop.

In 1949 krijgen alle Russische republieken een vlag-‘make-over’, variaties op de vlag van de Sovjet-Unie met eigen accenten. Die van Oekraïne heeft een blauwe balk aan de onderkant.

De grootste Oekraïense vlag meet 40 x 60 meter en weegt 300 kilo, hier zijn we die vlag vóór de oorlog in Charkov (fotograaf onbekend)

Vanaf 1990, dus nog vóór de onafhankelijkheid, wordt de blauw-gele vlag her en der al aarzelend waargenomen. Met het opnieuw zelfstandig worden, wordt de vlag officieel ingevoerd. Wettelijke status krijgt de vlag op 28 januari 1992.
De eerste vlag die ooit boven het Verchovna Rada (het Oekraïnse parlement) wapperde is nu in het parlementsmuseum te zien.

Het blauw in de vlag symboliseert de hemel, het geel de uitgestrekte tarwevelden.

OLYMPUS DIGITAL CAMERA
De tentoongestelde ‘eerste’ vlag in het parlementsmuseum van Oekraïne (© rada.gov.ua)
Nog een foto van de ‘eerste’ vlag in een andere vitrine, in de hal van het parlement tentoongesteld, onder het toeziend oog van de toenmalige voorzitter van de Verchovna Rada, Andriy Parubiy (2016-2019) (© rada.gov.ua)
Nóg een groot exemplaar van de nationale vlag (foto: Angelina Shostak, Facebook)

Symbool

Sinds het begin van de Oekraïense oorlog op 20 februari 2022, is de nationale vlag een symbool van hoop en verzet geworden.

Oekraïense troepen met de nationale vlag (© mil.gov.ua)

Exmoor – Introduction of the Flag / Invoering van de Vlag (2014)

Twee vlaggen vandaag. Vlag 2:

Exmoor is een gebied in zuidwest-Engeland dat tot 1818 een koninklijk jachtgebied was, maar sinds 1954 een nationaal park.
Exmoor National Park is vernoemd naar de rivier de Exe, die in het park ontspringt.

Locatie van Exmoor National Park, de dunne donkergrijze lijn is de grens tussen de graafschappen Devon en Somerset (© Ordnance Survey OpenData / publiek domein)

Het westelijk deel van het park (29%) ligt in het graafschap Devon, terwijl het grotere oostelijke deel (71%) in het graafschap Somerset is gesitueerd.
Het park heeft een oppervlakte van 700 km² en grenst aan de noordkant aan het Bristol Channel, de kustlijn van het park is 55 km lang.

Een van de bezienswaardigheden in Exmoor National Park zijn de zogenaamde Tar Steps, een klepelbrug over de rivier de Barle, die bij benadering uit 1000 voor Christus stamt (© Vlagblog)

Het is een open heidelandschap, maar er zijn ook bosgebieden. Naast grote aantallen schapen, die vrij rond kunnen lopen, net als runderen en Exmoor pony’s, is hét symbool van Exmoor National Park het edelhert.

Het symbool van Exmoor National Park: het edelhert (Cervus elaphus) (foto: Andrew Turner)

In 2011 kreeg het park als eerste Europese locatie de toekenning van Dark Sky Preserve. In dergelijke gebieden heerst een natuurlijke nachtelijke leefomgeving en ook het zicht op de nachthemel is er van hoge kwaliteit.
In Nederland zijn twee van dergelijke parken te vinden: Dark Sky Boschplaat op Terschelling (2015) en Dark Sky Lauwersmeer (2016).

De vlag

Vlag van Exmoor (2014-heden)

Sinds begin deze eeuw zijn er in het Britse vlaggenlandschap veel nieuwe vlaggen bijgekomen, vooral voor de graafschappen.
En ook de vlag voor de Exmoor-regio is recent en stamt uit 2014.

De vlag kwam er naar aanleiding van het 60-jarige jubileum van het nationale park, middels een ontwerpwedstrijd.
Die ging in juni 2014 van start met een speciale vlaggenbijeenkomst op de Dulverton Middle School met een informatieve presentatie door Robin Ashburner, niet alleen inwoner van Exmoor, maar ook voormalig president van The Flag Institute.

De aftrap van de ontwerpwedstrijd vond plaats op de Dulverton Middle School middels een presentatie door vlag-expert Robin Ashburne (links op de foto), met een rijtje Britse vlaggen, v.l.n.r. Engeland, Gloucestershire, Somerset, Devon, Cornwall, Scillyeilanden en Wales (fotograaf onbekend)

De wedstrijd werd op grote schaal gepromoot met posters in de Exmoor-regio, een campagne op sociale media, regionale en lokale berichtgeving in de pers en interviews op regionale radiozenders, waaronder BBC Radio Devon en Somerset.
De inzendingstermijn liep van 16 juni tot 21 juli 2014.

De Exmoor Flag Competition liep van 16 juni tot 21 juli 2014

In totaal werden er 261 ontwerpen ingediend, voornamelijk uit de regio, maar ook kwamen er inzendingen uit Australië en de Verenigde Staten. De jongste inzender (in dit geval een vader of moeder waarschijnlijk!) was 2 jaar oud, de oudste 93.
Er was een beoordelingscommissie van acht personen, waaronder Robin Ashburne, die de lijst uiteindelijk terugbrachten tot vijf (hoewel het oorspronkelijke plan was een shortlist van vier te hebben).

De vijf finalisten met hun ontwerpen, op de dag van de uitslag, op het perron van het treinstation van Minehead, v.l.n.r: Martin Shoots, Kevin Sandiford, Jamie Loudon, Kathryn Roseveare en Jenny Stevens (fotograaf onbekend)

De vijf ontwerpen werden vervolgens aan het publiek voorgelegd: tussen 20 augustus en 10 september kon er op de ontwerpen gestemd worden.

De vier ontwerpen die het niet werden waren van Martin Shoots (linksboven), Kevin Sandiford (rechtsboven), Jamie Loudon (linksonder) en Kathryn Roseveare (rechtsonder)

Op 29 oktober werd de uitslag op het station van het aan de rand van Exmoor National Park gelegen Minehead, bekend gemaakt, in aanwezigheid van de vijf finalisten.

Jenny Stevens, ontwerpster van de vlag van Exmoor, met haar ontwerp naast een stoomlocomotief op het spoorwegstation van Minehead (fotograaf onbekend)

Winnares was Jenny Stevens uit Londen die Exmoor al sinds haar tienerjaren bezoekt en het een “fantastische plek” vindt.
Ze was met haar gezin op vakantie in Devon toen haar man de wedstrijd in de krant zag en haar voorstelde om eraan mee te doen.
Ze nam de uitdaging aan en “zes uur later was het daar”, herinnert ze zich. “Ik probeerde de zee, de heide en het landschap te laten zien”.

De vlag van Exmoor bij de haven van Minehead (© Vlagblog)

De vlag heeft een blauw veld met onderin vier horizontaal golvende lijnen in wit, paars, wit en groen.
In het blauw aan de broekingszijde de kop van een edelhert in wit met een vijfpuntige witte ster boven zijn gewei.

Moors in Exmoor met grazende schapen (© Vlagblog)

Het blauwe veld staat voor zowel de lucht als de zee. De golvende lijnen van wit, paars en groen vertegenwoordigen Exmoor als een plaats waar de zee kliffen, heidevelden en bossen ontmoet, evenals de vele wandelpaden in de regio.
De ster staat symbool voor de toekenning van de Dark Sky Preserve van 2011.

Exmoor National Park (© foto: Manfred Heyde / publiek domein)

De vlag van Exmoor is na goedkeuring door hoofd-vexilloloog Graham Bartram van The Flag Institute geregistreerd als officiële vlag van het Verenigd Koninkrijk.

Turkije – Cumhuriyet Bayramı / Dag van de Republiek (1923)

Twee vlaggen vandaag. Vlag 1:

De 29e oktober is een officiële feestdag in Turkije. Op deze dag in 1923 werd door Mustafa Kemal Atatürk de Turkse Republiek opgericht, waarvan hij de eerste president werd.

Mustafa Kemal Atatürk (1881-1938), die na zijn aantreden als president in 1923 nog drie maal werd herkozen en de functie tot aan zijn dood bekleedde, foto uit de jaren ’30 (fotograaf onbekend / publiek domein)

De staatkundige voorloper van Turkije was het Ottomaanse sultanaat, dat na de Eerste Wereldoorlog in 1918 tot de verliezers behoorde.
Mustafa Kemal was de belangrijkste figuur in de Turkse Onafhankelijkheidsoorlog (1919-1923) die daarna uitbrak en onder zijn leiding werd het sultanaat op 23 oktober 1923 afgeschaft, Hierna nam hij de naam Atatürk (‘vader van de Turken’) aan.

Mehmet VI (1861-1926), de laatste sultan (1918-1922) van het Ottomaanse Rijk (foto: Library of Congress / publiek domein)

Mehmet VI, de laatste sultan ging vervolgens in ballingschap en overleed drie jaar later in het Italiaanse San Remo. Hij werd begraven in Damascus, de hoofdstad van Syrië.

Affiche voor de Dag van de Republiek

De Dag v an de Republiek wordt altijd uitbundig gevierd met parades, lezingen, culturele elementen en veel vlagvertoon.

Een zee van vlaggen op de Dag van de Republiek (fotograaf onbekend)
Kaart van Turkije (© freeworldmaps.net)

De vlag

Vlag. van Turkije (1936-heden)

De vlag van Turkije is rood met een wassende maan met een vijfpuntige ster in wit en behoort zonder enige twijfel tot een van de herkenbaarste nationale vlaggen in de wereld door haar eenvoud en kleur.

Tekening met de maatvoering van de symbolen op de Turkse vlag

De Turkse Republiek werd uitgeroepen op 1 november 1922, toen het parlement een einde maakte aan het Ottomaanse Rijk, waarvan het huidige Turkije het centrum was.

Sjeikh ul-Islam Mustafa Hayri (1867-1921) (de belangrijkste islamitische rechtsgeleerde van het Ottomaanse Rijk) deelt de oorlogsverklaring (jihad) van sultan Mehmed V mee in Constantinopel (het huidige Istanboel), november 1914, vanaf een podium behangen met een hele verzameling Ottomaanse vlaggen met een duidelijk kloeker formaat maan (publiek domein)

Dit voormalige wereldrijk verloor in de 19e eeuw gaandeweg steeds meer gebied en behoorde aan het einde van de Eerste Wereldoorlog in 1918 samen met de keizerrijken Duitsland en Oostenrijk-Hongarije tot de verliezers.

Vlag van het Ottomaanse Rijk (1844-1923), waarbij het verschil met de huidige vlag van Turkije moeilijk waarneembaar is (de wassende maan is iets groter)

De nieuwe republiek handhaafde de Ottomaanse vlag, die veertien jaar later dus gestandaardiseerd werd.
Het interessante is dus dat de vlag van het Ottomaanse Rijk nog steeds in gebruik is, zij het niet langer als vlag van een sultanaat.
Hoewel we weten dat de Ottomaanse vlag werd ingevoerd in 1844, werd ze waarschijnlijk al in de tweede helft van de 18e eeuw gebruikt.

Origineel exemplaar van een Ottomaanse vlag (220 x 150 cm) (fotograaf onbekend)

Vóór die tijd werden in het Ottomaanse Rijk (± 1299-1922) overigens ook al langere tijd rode vlaggen gebruikt.

Hoewel we de wassende maan tegenwoordig met de islam identificeren, heeft het symbool op de Turkse vlag van oorsprong geen religieuze betekenis.
De vlag staat bekend onder drie namen: ay yıldız, al bayrak en al sancak (respectievelijk maan-ster, de rode vlag en het rode vaandel).

Vlag van de president

Vlag van de president van Turkije

De vlag van de president van Turkije is een variatie op de nationale vlag en werd ingevoerd in 1923. In de top van de broekzijde van de vlag is het goudkleurige presidentiële symbool toegevoegd: een zon met acht lange en acht korte stralen met daaromheen zestien vijfpuntige sterren.

Het presidentiële symbool van Turkije

De zon staat symbool voor de oneindigheid van Turkije, de zestien sterren symboliseren de zestien historische Turkse rijken, inclusief het Ottomaanse Rijk.

Albullah Gül (1950), president van Turkije van 2007 tot en met 2014 poseert voor de presidentiële vlag van Turkije, met achter hem een portret van Kemal Atatürk, de eerste president en grondlegger van de Turkse republiek (fotograaf onbekend)

Tsjechië – Den Vzniku Samostatného Československého Státu / Nationale Feestdag van de Tsjechische Republiek (1918)

Twee vlaggen vandaag. Vlag 2:

De Nationale Feestdag van de Tsjechische Republiek viert het ontstaan van het land in 1918, toen nog onder de naam Tsjechoslowakije.

Kaart van Tsjechoslowakije van voor de Tweede Wereldoorlog, toen nog mét Roethenië (publiek domein)

Met het einde van de Eerste Wereldoorlog viel de dubbelmonarchie Oostenrijk-Hongarije uit elkaar. De Oostenrijkse delen Bohemen en Moravië (nu Tsjechië) werden samengevoegd met de Hongaarse delen Slowakije en Roethenië (deze laatste regio werd na de Tweede Wereldoorlog ingelijfd door de Sovjet-Unie en hoort na het uiteenvallen van deze staat in 1991 bij Oekraïne).

De verjaardag van het ontstaan van Tsjechoslowakije werd vanaf 1939 verboden, nadat Nazi-Duitsland in maart dat jaar het land had bezet. Na de Tweede Wereldoorlog en het herstel van de soevereiniteit werd de viering weer opgepakt.
Vanaf 1951 werd de naam van de feestdag veranderd in Den Znárodnění (Nationalisatiedag). In 1988 werd de oude naam heringevoerd.
Na de vreedzame scheiding tussen Tsjechië en Slowakije op 1 januari 1993 bleef de feestdag op de vertrouwde datum gevierd worden, nu als Nationale Feestdag van de Tsjechische Republiek.

Op deze dag wordt altijd een militaire parade gehouden bij het Nationale Monument op de Vítkov-heuvel in Praag. Tevens wordt een krans bij het monument gelegd en een minuut stilte in acht genomen.

Deel van het Nationaal Monument op de Vitkov-heuvel in Praag, met het ruiterstandbeeld van de Tsjechische generaal Jan Žižka (±1360-1424) (© Wakowik)

Ook is er een ceremonie in de Praagse Burcht waar de president (sinds 28 januari 2023 is dat Petr Pavel) onderscheidingen uitreikt aan zowel burgers en militairen die zich ingespannen hebben voor de goede zaak.

De Praagse Burcht (© Stefan Bauer)

Ook wordt er op deze dag een krans gelegd bij zowel het graf (in Praag) van de eerste president van Tsjechoslowakije, Tomáš Masaryk, alswel bij zijn standbeeld op het Comeniusplein in Brno.

Links: Graf van de familie Masaryk in Praag, waaronder ook Tomáš Garrigue Masaryk (1850-1967) / Rechts: Standbeeld van Masaryk in Brno (© CDG123)

De vlag

Vlag van Tsjechië (1993-heden), eerder de vlag van Tsjechoslowakije (1920-1939) (1945-1992)

De vlag van Tsjechië is een horizontale tweekleur in wit-rood. Vanuit de broekingszijde een blauwe driehoek, waarvan de punt in het exacte midden van de vlag eindigt.

De Tsjechische vlag is exact dezelfde als die van Tsjechoslowakije, totdat dit land in 1993 in twee delen gesplitst werd als Tsjechië en Slowakije.
De Tsjechisch-Slowaakse combinatie stamde uit 1918 bij het uiteenvallen van het keizerrijk Oostenrijk-Hongarije, waarbij de Oostenrijkse delen Bohemen en Moravië werden samengevoegd met de Hongaarse delen Slowakije en Roethenië.

Links: Vlag van Bohemen / Rechts: Vlag van Slowakije (1993-heden)

De eerste vlag van Tsjechoslowakije was een wit-rode horizontale tweekleur: de vlag van Bohemen. Dit was niet handig, want Polen gebruikte een dergelijke vlag al als nationale vlag.
Vanaf 1920 werd een blauwe driehoek toegevoegd. Met een korte onderbreking in de Tweede Wereldoorlog, bleef dit de vlag van Tsjechoslowakije. Vanaf 1 januari 1993 is het de vlag van Tsjechië. Slowakije voerde zijn eigen vlag in.

Griekenland – Επέτειος του Οχι / Dag van het Nee (1940)

Twee vlaggen vandaag. Vlag 1:

Een interessante naam voor een feestdag: de Dag van het ‘Nee’, in het Grieks ‘Επέτειος του Οχι’ (Epétios tou Óchi).

Kaart van Griekenland (© freeworldmaps.net)

De dag herdenkt 28 oktober 1940, toen om 3.00 uur in de ochtend de Italiaanse ambassadeur Emanuele Grazzi de Griekse premier Ioannis Metaxas thuis bezocht en hem een ultimatum stelde: Griekenland diende zich binnen drie uur over te geven, anders zou Italië het land binnenvallen en bezetten. Het antwoord van Griekenland op dit ultimatum was een onmiddellijk ‘nee’.

griekenland 01
Links: Emanuele Grazzi (1891-1961) (publiek domein) / Rechts: Ioannis Metaxas (1871-1941) (© www2db.com)

Veel Grieken meldden zich als vrijwilliger om bij een Italiaanse inval mee te vechten. Italië begon zijn aanval op Griekenland op dezelfde dag nog vanuit Albanië, toen een Italiaans protectoraat. In het bergachtige gebied was het weer slecht en winters, waardoor de Italiaanse luchtmacht niet in actie kon komen, wat in het voordeel van de Grieken was. Aan beide kanten vielen echter veel slachtoffers. De Grieken wisten weerstand te bieden en op 14 november werden de Italianen teruggedreven, ver Albanië in.

Affiche Dag vh nee
Affiche voor Óchi-dag (© radio-paris.gr)

Italië had aan bondgenoot Duitsland willen tonen dat ze niet voor hen onderdeden, maar slaagde hier dus niet in. Het was dan ook het Duitse leger dat Griekenland binnenviel op 6 april 1941 en het land uiteindelijk vier jaar lang zou bezetten.

73ç ÅÐÅÔÅÉÏÓ ÁÐÏ ÔÇÍ ÁÐÅËÅÕÈÅÑÙÓÇ ÔÇÓ ÁÈÇÍÁÓ(EUROKINISSI/ÓÔÅËÉÏÓ ÌÉÓÉÍÁÓ)
Óchi-dag met de oude vlag bij de Akropolis in Athene (© ekirikas.com)

Vanaf 1942 wordt Óchi-dag door Grieken overal ter wereld herdacht en na de Tweede Wereldoorlog werd het een officiële feestdag. Het is een dag met veel parades van militairen en scholieren, herdenkingsbijeenkomsten en veel vlagvertoon.

Griekenland - dag vj nee 2
Óchi-dag-parade met vlagvertoon (© kitenimerosi.gr)

De vlag

Griekenland vlag
Vlag van Griekenland, 1833-heden

De vlag heeft in een kanton een wit kruis op een blauw vlak. De rest van het veld wordt ingenomen door vijf blauwe en vier witte horizontale strepen, om en om. Op 15 maart 1822 werd deze vlag ingevoerd, maar was toen alleen nog maar te zien op schepen. Tegelijkertijd werd er nog een vlag ingevoerd: deze toonde het blauw-witte kruis solo. Dit was de nationale vlag voor gebruik aan land. Deze vlag heeft lang bestaan naast die met de strepen, maar werd in 1969 afgeschaft. maar wordt nog wel door de marine gebruikt als geus.

Griekenland vlag 1822-1969
Variant van de Griekse vlag, 1822-1969

De streepvlag werd in 1833 gepromoveerd tot nationale vlag (naast de kruisvlag dus). Het kruis in de vlag herinnert aan het christelijke geloof, de kleuren gaan terug op de eerste Griekse koning Otto I. De strepen worden op verschillende manieren uitgelegd. Ze staan voor de lucht en de zee (blauw) en de rechtvaardigheid van de vrijheidsstrijd (wit). Dat er negen stepen zijn  verwijst naar de vrijheidsleus van toen, Vrijheid of dood, die in het Grieks negen lettergrepen heeft. Het duidt ook op de negen jaar die de vrijheidsstrijd duurde. Als laatste link zou Achilles negen strepen op zijn schild gehad hebben.

De vlag staat ook bekend onder de namen I Galanolefki (de Blauw-witte) en I Kyanolefki (de Azuurblauw-witte).

Vlag van de president

Vlag van de Griekse president (1979-heden)

De vlag van de president van Griekenland (officieel de Helleense Republiek) is vierkant met een blauw veld, in het midden het Griekse staatswapen, een gelijkarmig wit kruis op een blauw schild met een gouden rand.
Het wapen wordt omkranst door twee lauriertakken van goud, die elkaar onderaan kruisen.

De presidentiële vlag van Griekenland (met gouden franje) in het kantoor van Prokopis Pavlopoulos (1950), president van 2015-2020 (fotograaf onbekend)

De vlag werd ingevoerd in april 1979 middels Besluit 274, gepubliceerd in de Griekse staatscourant nummer 78, uitgave A, van 13-17 april.
President van Griekenland is sinds 13 maart 2025 Konstantinos Tasoulas.

Konstantinos Tasoulas (1959) net onder de Griekse vlag, bij zijn installatie als president van Griekenland op 13 maart 2025 (screenshot)

Amsterdam 750 jaar

De datum van 27 oktober voor de viering van 750 jaar Amsterdam is te wijten aan de oudste vermelding van de stad die bewaard is gebleven.
In het document van 27 oktober 1275 verleent graaf Floris V ‘Amestelledamme’  tolvrijheid.

Het document van 27 oktober 1275, waarin graaf Floris V Amsterdam tolprivileges verleent (Collectie Stadsarchief Amsterdam / Artanisen – publiek domein)

De Latijnse tekst van het tolprivilege luidt: “Florentius, comes Hollandie, universis presentes literas inspecturis salutem. Noverit uuiversitas vestra, quod nos homines, manentes apud Amestelledamme, in restitutionem damnorum, que nos et homines nostri ipsis fecimus, abhinc deinceps ab omni exaclione nostri telonii cum bonis suis propriis, que deduceid seu eleclueunt per totam terram nostram, duximus eximendos. In cujus rei testimonium presens scriptum sigillo nosiro fecimus communiri. Datum apud Leyden Dominica ante diem Symonis et Jude apostolorum, anno Domini MCC… ducentesimo septuagesimo quirdo.”

Penning (ook wel ‘kopje’ genoemd), met het portret van graaf Floris V (1254-1296), waarschijnlijk geslagen tussen 1256 en 1258, het randschrift luidt: +COMES HOLLANDIE (Graaf van Holland) (© Numinsantica / publiek domein)

Vertaling: “Floris, graaf van Holland, maakt hierbij aan alle mensen bekend dat wij onze mensen van Amestelledamme, vanwege de schade die wij en onze troepen hun hebben toegebracht, vrijstelling van tol geven. Zij mogen met hun eigen goederen tolvrij door ons land varen of terugkeren. Tot getuigenis hiervan hebben wij dit geschrift van ons zegel voorzien. Gegeven te Leiden op zondag, de dag vóór het feest van de apostelen Simon en Judas, in het jaar des Heren 1275.”

Met het verlenen van tolprivilege konden handelaren nu bijvoorbeeld hun eigen goederen voordeliger vervoeren over de Hollandse wateren. Als bewijs dat de kooplieden uit Amsterdam kwamen en dus geen tol hoefden te betalen, kregen ze een afschrift van het tolprivilege mee. De gunstige tolvrijstelling bleef van kracht toen Amsterdam in 1300 (of kort daarna) stadsrechten kreeg.

Artist impression van Amsterdam na het opwerpen van de dam in de Amstel (Mikko Kriek/BCL-Archeological Support)

Hoewel de viering van 750 jaar Amsterdam gevierd wordt, is de stad in werkelijkheid ouder. Rond het jaar 1000 werden de oevers van de rivier de Amstel waarschijnlijk al bewoond. Geschat wordt dat tussen 1250 en 1275 bij de monding van de Amstel in het IJ een dam met sluizen werd aangelegd, waar de stad zijn naam aan ontleend.

Beeltenis van Gwijde van Avesnes (±1253-1317), bisschop van Utrecht, op zijn graftombe in de Utrechtse Domkerk (© Pepijntje / publiek domein)

Zoals hierboven al vermeldt is niet exact bekend wanneer Amsterdam stadsrechten kreeg, maar het zou kunnen dat de Utrechtse bisschop Gwijde van Avesnes die stadsrechten verleende rond 1300-1301 omdat hij in een handvest uit die tijd spreekt over ‘onsen poiteren van Aemstelredamme’ (Onze poorters van Amsterdam). Hij noemt de burgers nadrukkelijk ‘poorters’, hetgeen erop wijst dat er stadsrechten waren verleend. 

Kaart van Amsterdam van 1662 of later: “Amstelodami veteris et novissimae urbis accuratissima delineatio” / geteeckent ende op ’t papier gebracht door Daniel Stalpaert, Stadts architect, ’t Amsteldam : gedruckt bij Nicolaes Visscher”, waarop te zien is dat de aanleg van de grachtengordels nog gaande is (Collectie Bibliotheek Universiteit van Amsterdam / Daniël Stalpaert – publiek domein)

Gedurende de Gouden Eeuw (een term die vanwege de slavernij bij sommigen tegenwoordig negatieve gevoelens oproept), die min of meer samenvalt met de 17e eeuw, groeide de stad uit tot de machtigste van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden en een van de belangrijkste haven- en handelssteden ter wereld.

Plattegrond van Amsterdam (© kaartenenatlassen.nl)

Tussen 1794 en 1813 werd Nederland bezet door Frankrijk. Toen Napoleon’s broer Lodewijk Napoleon als koning van het land werd aangesteld (Het Koninkrijk Holland), verklaarde deze bij zijn intrede op 23 juni 1806 in Den Haag, dat Amsterdam voortaan de hoofdstad zou zijn.

Aankomst van Willem I in Amsterdam in 1813

Vanaf 1813, als de zoon van de laatste stadhouder Willem V terugkeert, blijft het land een koninkrijk en wordt het samengevoegd met België en Luxemburg als het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden (onder koning Willem I), waarbij Amsterdam de rol van hoofdstad voortaan diende te delen met Brussel. Na de afscheiding van België in 1830, is Amsterdam opnieuw de enige hoofdstad, hoewel regering en hof in Den Haag zouden blijven.

Het officiële logo van Amsterdam 750 (amsterdam750.nl)

De viering

Met de eigenlijke ‘verjaardag’ van vandaag wordt het jubileumjaar ‘Amsterdam 750’ officieel afgesloten.

De muzikale finale van Amsterdam 750 vindt plaats op het Museumplein (iamsterdam.com)

De dag begint’s morgens vroeg al met een taart van 75 meter lengte, die om 7.50 uur op de Dam zal worden aangesneden door burgemeester Halsema. De in totaal 7.500 punten worden vervolgens op diverse plekken in de stad uitgedeeld.

Burgemeester Halsema deelt taart uit (screenshot)

De ‘Nationale Viering’ (zeg maar de grote finale) is ’s avonds op het Museumplein in aanwezigheid van het koninklijk paar en de prinses van Oranje.
Het zal bestaan uit een ‘gevarieerd muziekprogramma van klassiek tot pop en van Nederlandstalig tot dance’. Het moet een ode worden ‘van bekende Nederlandse artiesten aan de jarige stad’.

Onder de optredende artiesten zijn onder meer Bente, Roxeanne Hazes, Yves Berendse, Remy van Kesteren, Karsu, Kris Kross Amsterdam, Maan, Willeke Alberti en Wibi Soerjadi. Er zal in ‘verrassende duo’s’ worden opgetreden, ‘waarbij steeds één artiest optreedt op het podium van een grote koepeltent op het Museumplein en een andere artiest vanaf een iconische plek in de stad’.
Als ceremonieel einde van de viering ontsteekt de koning na afloop van de optredens symbolisch het licht van Amsterdam.

De vlag

De vlag van Amsterdam is een horizontale driekleur van rood-zwart-rood, met in de middelste baan drie korte, witte Andreaskruisen, ze werd officieel aangenomen op 5 februari 1975, hoewel de vlag al veel langer meegaat.

De kleur rood stamt van het wapen van Amsterdam, dat rond 1280 werd ingevoerd en dat door de eeuwen heen heel wat gedaanteverwisselingen heeft gehad, maar waarbij het wapen zelf altijd gelijk bleef, op de dikte van de kruisen na.

Wapen van Amsterdam (±1280-heden)

Het wapenschild is in feite een verticale versie van de vlag. De officiële beschrijving van de Hoge Raad van Adel luidt:

In keel* een pal van sabel*, beladen met drie verkorte St. Andrieskruisen van zilver*, paalsgewijze gerangschikt. Het schild gedekt met de Rudolphinische Keizerlijke kroon en van weêrszijden vastgehouden door twee van keel* getongde leeuwen in natuurlijke kleur, staande op een piedestal of console, vergezeld van het devies Heldhaftig Vastberaden Barmhartig.

*de heraldische termen keel, sabel en zilver staan voor rood, zwart en wit

Versie van het Amsterdamse wapen uit 1816

De kruisen

Hoewel het niet te bewijzen valt, gaan veel historici ervan uit dat de drie andreaskruisen afkomstig zijn van het wapen van de familie Persijn.
Zo moet Jan Persijn († 1283) bij de prille geschiedenis van Amsterdam betrokken zijn geweest en wordt hij als stichter van “die plaatse” (de huidige Dam) genoemd.

Het familiewapen van Persijn met negen andreaskruisen

Amstelveen en Ouder-Amstel, die ook bezit waren van de familie Persijn, hebben vergelijkbare wapens en vlaggen.

De vlaggen van Amstelveen en Ouder-Amstel

Er zijn ook andere theorieën: zo zouden de kruisen kunnen staan voor drie doorwaadbare plaatsen in de Amstel. Of voor de drie plagen waar de stad gedurende de geschiedenis mee te kampen had: vuur, water en de pest (maar deze theorie is op het merendeel van dorpen en steden in de Lage Landen van toepassing).

Verschijningsvormen

De vlag heeft nogal wat verschijningsvormen gehad, hieronder staan een aantal varianten:

Links: Stadsvlag op een vlaggenkaart van 1785 / Rechts: Stadsvlag op een vlaggenkaart uit circa 1710-1715
Links: 17e eeuw / Rechts: 16e eeuw
Links: Rood-wit-blauwe variant / Rechts: 17e eeuw

En hoewel de vlag dus pas in 1975 officieel werd vastgesteld, was het de rood-zwarte-rode versie die gedurende de 20e eeuw de standaardversie werd.

Dagprogramma van 11 augustus 1928 van de Olympische Spelen in Amsterdam, waarop we de huidige versie van de Amsterdamse vlag zien afgebeeld (© International Olympic Committee / publiek domein)

De vlag is uitermate populair en is dan ook overal in Amsterdam aan te treffen en is op ontelbare souvenirs en T-shirts afgebeeld en de andreaskruisen zijn niet weg te denken op de bekende amsterdammertjes.

Amsterdammertjes (fotograaf onbekend)

Nauru – Angam Day / Angamdag (1932/1949)

Twee vlaggen vandaag. Vlag 2:

Nauru is een eilandstaat in de Grote Oceaan en is met een oppervlakte van 21 km² een van de kleinste landen ter wereld (ter vergelijking: Waddeneiland Schiermonnikoog is met 40.5 km² een keer zo groot).

Kaart van Oceanië, Nauru zien hier iets links van het midden onder Micronesia (© freeworldmaps.net)

Slechts twee landen zijn nog kleiner dan Nauru: Monaco en Vaticaanstad.
Het ligt zo’n 56 km ten zuiden van de evenaar.

Kaart van Nauru (© Tschubby / publiek domein)

Het eiland werd relatief laat ‘ontdekt’ door de Britse zee- en walvisvaarder John Fearn, op 8 november 1798, hij noemde het eiland Pleasant Island.*
De bevolking op het afgelegen eiland bestond uit Polynesiërs en Melanesiërs.
In tegenstelling tot de meeste eilanden in de Grote Oceaan werd Nauru hierna niet gekoloniseerd. De dagelijkse leiding was in handen van de verschillende stamhoofden, van wie er één als leider fungeerde.

*Hoewel het een sympathieke naam is, beklijfde deze benaming niet en bleef de inheemse naam Nauru in gebruik

Kapitein John Fearn (±1768-?), de Britse ontdekker van Nauru (fantasieportret), met links zijn schip de Snow Hunter, op een herdenkingspostzegel uit 1998

Duits, Japans en Australisch bestuur

Toch kon ook Nauru uiteindelijk niet aan kolonisatie ontkomen en wel door Duitsland, dat zich pas na de Duitse unificatie van 1871 ging inlaten met het zich toe-eigenen van gebieden in Afrika en de Grote Oceaan.

Kaart uit 1920 van de Duitse bezittingen in de Grote Oceaan, waarvan het noordoostelijke deel van Nieuw-Guinea (Kaiser Wilhelmsland geheten) het grootste gebiedsdeel was, Nauru is als ‘los’ eiland moeilijk op de kaart terug te vinden, maar het ligt net onder de letter N van STILLER OZEAN) (© Verlag von Quelle & Meyer, Leipzig / ub.bildarchiv-dkg.un-frankfurt.de)

In 1884 werd de kolonie Duits-Nieuw-Guinea een feit, dat toen nog bestond uit het noordoostelijke deel van het eiland Nieuw-Guinea, inclusief de Bismarck-archipel (New Britain, New Ireland en verschillende kleinere eilanden), ten noorden van Nieuw-Guinea.
De noordelijke Salomonseilanden werden in 1885 tot Duits protectoraat verklaard.
Het gebied werd steeds verder uitgebreid: zo werden in 1899 de Carolinen, Palau en de Marianen (behalve Guam) van Spanje gekocht.
In 1906 annexeerde Duits-Nieuw-Guinea het (sinds 1888) afzonderlijke Duitse protectoraat van de Marshalleilanden, waartoe ook Nauru behoorde.

Koning Aweida (± 1850-1821), in het midden van een groep landgenoten op 3 oktober 1888, op de dag dat Nauru een Duits protectoraat werd, poserend voor de vlag van het Rijkskoloniaal Ministerie, de zwart-wit-rode vlag van het Duitse Keizerrijk met de Duitse adelaar in het midden (publiek domein)

Duitsland liet het systeem van stamhoofden met één prominente leider intact. Die leider was op dat moment Aweida, die vanaf 1906 de titel ‘koning van Nauru’ gebruikte.
Aweida was als leider aangetreden rond circa 1875.

Koning Aweida in 1916 met aan zijn zijde de koninklijke pandanus (schroefpalmfruit) drager (foto van Thomas John McMahon (1864-1933 / Collectie National Archives of Australia / publiek domein)

Na de voor Duitsland desastreus verlopen Eerste Wereldoorlog (1914-1918) verloor Duitsland zijn kolonies. Vanaf 1920 werd het eiland beheerd door Australië.
Kort daarna overleed koning Aweida, waarna de monarchie werd afgeschaft.

Amerikaans bombardement op het door Japan bezette Nauru door Liberator bommenwerpers van de Seventh Air Force, 1943 (© Collectie Library of Congress – catalog number: 55-60002 / publiek domein)

Gedurende de Tweede Wereldoorlog werd Nauru door Japan bezet, van 26 augustus 1942 tot 13 september 1945. Vanaf die tijd nam Australië het bestuur weer over.
In 1947 werd een overeenkomst gesloten met de Verenigde Naties waarin werd bepaald dat Nauru in 1968 zelfstandig zou worden, tot die tijd zou de soevereiniteit rouleren tussen Australië, Nieuw-Zeeland en het Verenigd Koninkrijk. In de praktijk kwam daar niets van terecht en bleef Australië Nauru’s zaken beheren tot het eiland op 31 januari 1968 een onafhankelijk eilandstaat werd.

Fosfaat

Normaliter zou zo’n klein eiland als staat nauwelijks bestaansrecht hebben, ware het niet dat vanaf het begin van de twintigste eeuw werd begonnen met het ontginnen van fosfaten op het eiland.
Dit bleek dermate lucratief dat het industrieel werd aangepakt, het zorgde ervoor dat Nauru zeer welvarend werd.
Vrijwel het hele binnenland van Nauru had fosfaatafzettingen en die werden in dagbouw ontgonnen.
Maar gezien de grootte van het eiland kon dit niet eeuwig duren: in de jaren ’80 en ’90 van de vorige eeuw bleek het einde in zicht, de voorraad raakte uitgeput en de resterende reserves waren economisch niet rendabel voor winning.

Het grootste deel van het binnenland van Nauru is veranderd in een troosteloos landschap (fotograaf onbekend)

Het binnenland van Nauru is door deze jarenlange ontginning inmiddels in een maanlandschap veranderd, waardoor alleen de kuststrook bewoond wordt.
Een trust, opgericht om de verzamelde mijnbouwrijkdommen van het eiland te beheren, voor het moment dat de reserves uitgeput zouden raken, daalde in waarde. Om toch inkomsten te genereren, werd Nauru korte tijd een belastingparadijs en een illegaal witwas-centrum.

Nauru vanuit de lucht: het binnenland is een doodse woestenij geworden (screenshot)

Maar liefst 23% van de bevolking (van in totaal ruim 12.000 inwoners) is werkloos (in Nederland is dat cijfer 3,6%). 95% van de mensen die wél een baan hebben, werkt voor de overheid.

Vrijwel alle Nauranen wonen in de kuststrook (screenshot)

Asielzoekerscentrum

Wat ook geld in het laatje brengt is een door Australië opgezet en uitgebaat peperduur asielzoekerscentrum, dat enige jaren gesloten is geweest, maar in 2012 weer werd heropend.
Nauru krijgt in ruil van Australië een bedrag van 1,7 miljard Australische dollar (ruim 1 miljard euro), wat in 2012 in een vermeerdering van het Nauruaanse BNP met een factor 450 resulteerde.
Nauru is het land dat het hoogste aantal asielprocedures afhandelt voor een ander land.

Het overvolle interieur van het asielzoekerscentrum op Nauru (screenshot)

Er is internationaal kritiek op deze constructie vanwege de slechte omstandigheden in het centrum en omdat Australië hiermee haar verantwoordelijkheid zou afschuiven, de asielzoekers in eigen land op te vangen. Ook in het Australische parlement heeft dit tot hoogoplopende discussies geleid.
Een delegatie van Amnesty International die het kamp in 2012 bezocht, beschreef het als een ramp voor de mensenrechten.

Arenibek ligt aan de Buada Lagoon (© foto Lorrie Graham / publiek domein)

Bijna iedereen op Nauru woont in de kuststrook van het ovaalvormige eiland, op Arenibek na, dat als een groene oase in het afgegraven fosfaatlandschap ligt.

Het parlementsgebouw van Nauru met vlag en staatswapen (fotograaf onbekend)

Nauru heeft geen hoofdstad, maar het parlement is te vinden in het district Yaren, in het zuiden van het eiland, bij het internationale vliegveld.

Nauru International Airport, links van de start- en landingsbaan bevinden zich de overheidsgebouwen (© Cedric Favero / publiek domein)

Nauru heeft een éénkamer-parlement met 19 parlementsleden, waarvan er één fungeert als president en regeringsleider tegelijk. Die functie wordt sinds 30 oktober 2023 uitgeoefend door David Adeang, wiens vader Kennan Adeang maar liefst drie termijnen als president volmaakte.
Adean junior is de 17e president van de eilandstaat.

President en regeringsleider van Nauru, David Adeang (1969), poseert hier met de vlag (fotograaf onbekend)

Angam Day

Angam Day is een officiële feestdag op Nauru.
Het Nauruaanse woord “angam” betekent “gejubel”, “viering”, “over alle ontberingen gezegevierd” of “een bepaald doel bereikt hebben” of “thuiskomen”.

Aankondiging voor Angam Day (publiek domein)

Angam Day is een feestdag en een tijd van bezinning voor het Nauruaanse volk. Twee keer in zijn geschiedenis daalde de bevolking onder de 1.500, en werd de Nauruaanse etnische groep met uitsterven bedreigd.
Bij beide gelegenheden (1932 en 1949) herstelde de bevolking zich. Nadat het bevolkingscijfer boven de 1.500 mensen uitkwam (een aantal dat werd beschouwd als het minimum aantal mensen dat nodig was om het bestaan op het eiland te waarborgen), werd Angam Day als feestdag ingesteld.

De vlag

Vlag van Nauru (1968-heden)

De vlag van Nauru werd ingevoerd bij het verkrijgen van de onafhankelijkheid op 31 januari 1968.
De vlag heeft een koningsblauw veld met een gele (of gouden) streep in het midden en een witte ster met twaalf punten aan de broekingszijde onder de streep.

Debuut van de vlag op Nauru’s onafhankelijkheidsdag, 31 januari 1968, op de foto vertegenwoordigers van de drie trustee-landen van Nauru – v.l.n.r: D. J. Carter (een Nieuw-Zeelandse parlementaire ondersecretaris), Charles Barnes (Australische minister van Territoria) en Charles Johnson (Verenigd Koninkrijk) en Hammer DeRoburt (1922-1992), eerste president van het nieuwe onafhankelijke Nauru (fotograaf onbekend)

De vlag was het resultaat van een ontwerpwedstrijd. De naam van de ontwerper zelf is vooralsnog niet terug te vinden, het enige dat we weten is dat het ging om een inwoner van Nauru die werkte voor de Australische vlaggenfabrikant Evans.
Het winnende ontwerp symboliseert de locatie van Nauru in de Stille Oceaan ten opzichte van de evenaar, slechts één graad bezuiden de denkbeeldige lijn.

De heren nogmaals en in kleur (fotograaf onbekend)

Het blauw staat voor de Stille Oceaan, de gele streep voor de evenaar en de witte ster voor Nauru zelf. Het wit werd gekozen vanwege de (toen nog) rijke fosfaatafzettingen op het eiland.
De twaalf punten van de ster symboliseren de traditionele twaalf stammen: Deiboe, Eamwidara, Eamwit, Eamwitmwit, Eano, Eaoru, Emangum, Emea, Irutsi, Iruwa, Iwi en Ranibok.

De weg langs het vliegveld met een woud aan Nauru-vlaggen, met eronder afbeeldingen van de landenvlaggen van de mede-Oceaniërs (screenshot)

Oostenrijk – Nationalfeiertag / Nationale Feestdag (1955)

Twee vlaggen vandaag (met één extra). Vlag 1:

Net als Duitsland werd Oostenrijk na de Tweede Wereldoorlog opgedeeld door de vier geallieerde bezettingsmachten: het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie. Hetzelfde gebeurde met de hoofdstad Wenen (net als Berlijn dus).

Oostenrijk verdeling.png
Verdeling van Oostenrijk (en Wenen) in vier bezettingszones, 1945-1955 (© kaart door Master Uegly)

Na de dood van Stalin en het staakt-het-vuren in de Korea-oorlog (1953) kwamen de vier partijen bijeen om de toekomst van Oostenrijk te bespreken. De besprekingen waren succesvol en op 15 mei 1955 werd het Staatsverdrag getekend, waarin werd vastgelegd dat Oostenrijk permanent neutraal diende te blijven.

Oostenrijk - Staatsverdrag
Het Staatsverdrag van 15 mei 1955, met de handtekeningen van de vier ministers van Buitenlandse Zaken van de vier bezettingsmachten: Vjatsjeslav Molotov voor de Sovjet-Unie (linksboven), Harold Macmillan voor het Verenigd Koninkrijk (derde links), John Foster Dulles voor de Verenigde Staten (rechtsboven) en Antoine Pinay voor Frankrijk (derde rechts) (© Österreichisches Staatsarchiv)

In ruil daarvoor herkreeg het land zijn onafhankelijkheid. De laatste geallieerde troepen vertrokken op 25 oktober 1955. De dag erna, de 26e dus, werd de Verklaring van Neutraliteit afgelegd en was Oostenrijk weer baas in eigen land.

Oostenrijk - Verklaring Neutraliteit
De Verklaring van Neutraliteit in het Bundesgesetzblatt (De Oostenrijkse Staatscourant) van 26 oktober 1955 (© Reichsinformationssystem des Bundes)

26 oktober werd daarmee een belangrijke herdenkingsdag, die tot 1965 gekenmerkt werd door het hijsen van de nationale vlag. Vanaf dat jaar echter werd de herdenkingsdag uitgeroepen tot nationale feestdag. Nu is het een vrije dag in Oostenrijk met overal allerlei evenementen, parades, tentoonstellingen en veel vlagvertoon.

Kaart van Oostenrijk (© freeworldmaps.net)

De vlag

oostenrijk 04
Vlag van Oostenrijk, zonder en met wapen

De Oostenrijkse vlag is een horizontale driekleur in rood-wit-rood, Het is een van de oudste vlaggen ter wereld en kan tot zeker 1230 teruggevoerd worden. De vlag wordt zowel met als zonder staatswapen gebruikt. Bij Vlagblog wapperen vandaag beide vlaggen.

In eerste instantie werd de vlag nog niet als nationale vlag gebruikt, maar werd gevoerd als symbool van de Oostenrijkse monarchie. In 1786 bepaalde Keizer Josef II dat de driekleur (met wapen) voortaan als nationale vlag moest dienen. Vanaf die tijd is er dus een scheiding tussen nationale vlag en Keizerlijke Standaard.

oostenrijk 02
Links: Keizerlijke Standaard tot 1915 / Rechts: Keizerlijke Standaard 1915-1918

Deze standaard werd gebruikt tot 1915. Een nieuwe standaard werd in de Eerste Wereldoorlog ingevoerd, maar werd samen met het keizerrijk afgeschaft in 1918.

oostenrijk 01
Links: Vlag van Oostenrijk 1786-1869 / Rechts: Vlag van de Oostenrijks-Hongaarse dubbelmonarchie, 1869-1918

Tussen 1869 en 1918 weerspiegelt de nationale vlag dat Oostenrijk met Hongarije een dubbelmonarchie vormt: een combinatie van de Oostenrijkse en Hongaarse vlaggen met ook twee staatswapens. Vanaf 1919, na het einde van het keizerrijk, werd de vlag zonder wapen gevoerd. De vlag mét wapen was vanaf die tijd voorbehouden aan de president, ministers en andere hoge functionarissen. Hoewel dit strikt genomen nog steeds zo is, is de versie mét wapen niet langer ongebruikelijk in het straatbeeld.

oostenrijk 03
Links: Het keizerlijke wapen van Oostenrijk-Hongarije tot 1915 / Rechts: Wapen van Oostenrijk sinds 1945

Het rijkswapen gaat ook ver terug: de adelaar tot de 12e eeuw, het rood-wit-rode schild tot de 13e eeuw. Tot en met het einde van het keizerrijk was de adelaar getooid met een keizerskroon, met in zijn klauwen een zwaard en een scepter. Bij de invoering van de republiek kreeg de adelaar een muurkroon, als symbool van de burgerij. Zwaard en scepter werden vervangen door een sikkel en een hamer, symbolen voor boeren en arbeiders. Na de zogenaamde Anschluss bij Duitsland (1938) en gedurende de Tweede Wereldoorlog werd de Nazi-vlag met het hakenkruis ingevoerd. Vanaf 1945 keerde de adelaar terug met als toevoeging een gebroken keten in beide klauwen.