
Íslenski þjóðhátíðardagurinn is de IJslandse Onafhankelijkheidsdag. Op 17 juni 1944 kreeg IJsland zijn onafhankelijkheid van Denemarken en sindsdien is de 17e juni een IJslandse feestdag.

Vlaggenparade in Reykjavík (© whatson.is)
De vlag

Vlag van IJsland (1913/1915-heden)
Het is een dag met parades, veel vlaggen en speeches, maar daarna is het muziek wat de klok slaat, dansen en/of picknicken.

De vlag is van het Scandinavische model. Het veld is blauw met daarop een wit Scandinavisch kruis, waarbinnenin dan weer een rood kruis.
Het ontwerp stamt uit 1913 en was voor het eerst te zien op 19 juni 1915. De vlag was in eerste instantie alleen in gebruik op IJslandse vaartuigen binnen de territoriale wateren. Tot 1918 was IJsland onderdeel van Denemarken. Vanaf dat jaar kreeg het land zelfbestuur, maar bleef wel in een personele unie met Denemarken verbonden, waarbij de Deense koning nog steeds het staatshoofd was.
In 1919 was dat koning Christiaan X, die in dat jaar zijn goedkeuring aan de vlag gaf.

Koning Christiaan X van Denemarken (1870-1947) (© kongernessamlin.dk)
Op 17 juni 1944, vandaag 77 jaar geleden, werd IJsland definitief onafhankelijk en op dezelfde dag werd de vlag nog eens officieel bevestigd, waarbij de blauwe kleur iets donkerder werd dan tot dan toe gebruikelijk.
De vlag lijkt wat de kleuren betreft op de Noorse vlag, met de kleuren in de omgekeerde volgorde. Dat is geen toeval, want vóór de Deense overheersing had IJsland al historische banden met Noorwegen. Los daarvan worden de kleuren ook symbolisch uitgelegd: blauw voor de hemel en de zee, wit voor de geisers en de ijsbergen en rood voor de vulkanen en de lava.