Tagarchief: Suriname

Nederland – Koninkrijksdag (1954)

Hoewel Koninkrijksdag geen officiële feestdag is (geen vrije dag dus), wordt er bij overheidsgebouwen wel gevlagd.

Herdenkingspostzegel van 25 cent uit 1969 bij het 25-jarig jubileum van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden (publiek domein)

De dag herdenkt de 15e december 1954, toen Koningin Juliana in de Ridderzaal het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden tekende. De dag van vandaag staat dan ook wel bekend onder de naam Statuutdag.

Koningin Juliana (1909-2004) tekent het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden in de Ridderzaal, onder toeziend oog van de Directeur van het Kabinet der Koningin, Marie Anne Tellegen (1893-1976) en ceremoniemeester Dirk Georg de Graeff (1905-1986) (publiek domein)

Het Statuut regelde de verhoudingen tussen drie koninkrijksdelen: Nederland, Suriname en de Nederlandse Antillen.
Eén deel van het koninkrijk viel hierbuiten: Nederlands Nieuw-Guinea. De soevereiniteit over dit gebied (een ‘overblijfsel’ van de kolonie Nederlands-Indië) werd in 1962, zij het niet van harte, overgedragen aan Indonesië.

De pagina’s 1 en 4 van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden, met het Grootzegel van het Koninkrijk, de handtekening van Koningin Juliana zien we op pagina 4 bovenaan (publiek domein)

Heel kort gezegd: in het Statuut werd de gelijkheid van de rijksdelen geregeld, een juridische regeling waar zelfs de Nederlandse Grondwet ondergeschikt aan was.

Links: Close-up van het Grootzegel van het Koninkrijk der Nederlanden onder Koningin Juliana, het is 12 bij 6,7 cm en toont de Koningin staand ten voeten uit met rijksappel en scepter (publiek domein) / Rechts: Herdenkingspostzegel van 10 cent uit 1954 t.g.v. de ondertekening van het Statuut voor het Koninkrijk, een ontwerp van Sem Hartz (1912-1995) (publiek domein)

Reeds voor de Tweede Wereldoorlog werd duidelijk dat de klassieke koloniale verhoudingen tussen Nederland en zijn overzeese gebiedsdelen aan vernieuwing toe was.
Voor wat de grootste Nederlandse kolonie Nederlands-Indië betrof: dit land wenste zich na de Japanse bezetting tijdens de Tweede Wereldoorlog niet langer te schikken naar de Nederlandse wensen en bevelen en riep op 17 augustus 1945 de onafhankelijkheid uit onder de naam Indonesië (en het zou nog tot 27 december 1949 duren eer Nederland officieel de soevereiniteit overdroeg).

Zoals gezegd: het uitgangspunt bij deze staatswijziging was de gelijkwaardigheid van Nederland, Suriname en de Nederlandse Antillen. De verschillende landsdelen werden voortaan als ‘land’ aangeduid. Ieder land behield een gouverneur ter vertegenwoordiging van de Koning, behalve Nederland, want daar zetelde de Koning zelf.

Kaart van Suriname uit de “Schoolatlas der gehele aarde” door P.R. Bos en J.F. Niermeyer, uitgave J.B. Wolters, 1932

Ieder land kreeg een geheel eigen regering en alle landen behalve Nederland, stuurden een gevolmachtigd minister naar Nederland als vertegenwoordiger van de eigen regering voor overleg voor wat betrof de zaken van het Koninkrijk, zoals wijzigingen aan het Statuut, aan de Grondwet (voor zover het zaken van het koninkrijk aanging) en de rijkswetten.

Kaart van de West-Indische Eilanden, oftewel de Nederlandse Antillen, met het Noord-Hollandse eiland Wieringen (nu onderdeel van de Wieringermeer) ter vergelijking van de grootte, uit de “Schoolatlas der gehele aarde” door P.R. Bos en J.F. Niermeyer, uitgave J.B. Wolters, 1932

In principe waren de drie landen hiermee autonoom, op de zogenaamde koninkrijksaangelegenheden na, zoals Buitenlandse Zaken en Defensie.

Herdenkingspostzegels van 7½ cent van de Nederlandse Antillen en Suriname t.g.v. de ondertekening van het Statuut voor het Koninkrijk, een ontwerp van Sem Hartz (1912-1995) (publiek domein)

Het juridisch ontwerp voor de regeling was het werk van Wim van der Grinten, de toenmalige staatssecretaris belast met publiekrechtelijk bedrijfsorganisatie.

V.l.n.r.: Wim van der Grinten (1913-1994) / Willem Kernkamp (1899-1956) / Leendert Donker (1899-1956) (publiek domein)

Verdere betrokkenen bij de totstandkoming van het Statuut waren de ministers Willem Kernkamp (minister van Overzeese Rijksdelen), Leendert Donker (minister van Justitie) en Louis Beel (minister van Binnenlandse Zaken) namens Nederland, Archibald Currie (minister van Algemene Zaken) namens Suriname en Moises Frumencio da Costa Gomez (voorzitter van de Regeringsraad) namens de Nederlandse Antillen.

V.l.n.r.: Louis Beel (1902-1977) / Archibald Currie (1889-1986) / Moises Frumencio da Costa Gomez (1907-1994) (publiek domein)

Groot ceremonieel in de Ridderzaal

De bekrachtiging en ondertekening van het Statuut vonden plaats tijdens een gezamenlijke bijeenkomst van de Staten Generaal, plus uiteraard de vertegenwoordigers van Suriname en de Nederlandse Antillen.

De plechtigheid werd groots aangepakt. Met groot ceremonieel als ware het een Prinsjesdag in december.
Koningin Juliana en Prins Bernhard arriveerden met de Gouden Koets, voorafgegaan door de Koninklijke Militaire Kapel.

Koningin Juliana en Prins Bernhard luisteren naar de rede van premier Willem Drees (screenshot)
Koningin Juliana op de troon tijdens de plechtigheid, zoals in die tijd te doen gebruikelijk werd door de Rijksvoorlichtingsdienst naar buiten gebracht wat de Koningin op deze dag droeg: een bleu-damasten robe met een stola van zilvervos en een taupe-kleurig kapje met sierlijke paradijsveren (screenshot)

Na aankomst begaven Koningin en Prins zich naar de troonzetels en volgde een toespraak van premier Willem Drees.

De Koningin daalt het troonplatform af voor de ondertekening van het Statuut, ceremoniemeester De Graeff staat klaar om de stoel aan te schuiven (screenshot)

Hierna was het tijd voor de ondertekening en begaf de Koningin zich naar een ronde tafel aan de voet van het troonplatform. De Koningin kreeg de akte voorgelegd door haar Directeur van het Kabinet van de Koningin, Marie Anne Tellegen, onder het toeziend oog van ceremoniemeester Jonkheer Dirk Georg de Graeff.

Links: Koningin Juliana heeft het Statuut getekend en lijkt te peilen of mevrouw Tellegen het zo goed vindt / Rechts: Koningin Juliana legt de pen neer (screenshots)

Na ondertekening van het document liep de Koningin terug naar de troonzetel en tekenden de vertegenwoordigers van de drie landen.

Premier Willem Drees (1886-1988) tekent voor Nederland (screenshot)

Hierna sprak de Koningin een rede uit. Hierin zei ze onder meer:

“In het huidige stadium, waarin wij verkeren, is het onbestaanbaar, dat een overeenkomst als deze, anders dan op basis van volledige vrijwilligheid gegrond zou zijn.
Wat onze drie landen, gelegen in hun grillige geografische driehoek, ook moge scheiden, al wat ons verbindt, kan voeren tot een vruchtbaar samenwerken in het belang van het samenstel der drie: het veelvoud, in het besef dat het heil daarvan altijd uitgaat boven dat der afzonderlijke landen: het enkelvoud”.

Met een driewerf “Leve de Koningin!” werd de ceremonie door de voorzitter van de verenigde vergadering besloten.

Na afloop van de ceremonie werd het ondertekende Statuut door een aantal hoofdrolspelers bekeken, v.l.n.r.: Efraïn Jonckheer (Nederlandse Antillen), Willem Drees (Nederland), Willem Kernkamp (Nederland) en Archibald Currie (Suriname) (publiek domein)

Toen Suriname in 1975 een onafhankelijke republiek werd, verliet dit land het Koninkrijk en daarmee ook het Statuut.
In 1986 gold het Statuut opnieuw voor drie landen toen Aruba het Antilliaanse staatsverband verliet en een eigen land werd.
De laatste wijziging was in 2010 toen de Nederlandse Antillen als entiteit werden opgeheven en Curaçao en Sint Maarten net als Aruba verder gingen als apart land binnen het Koninkrijk.
De overige drie eilanden Bonaire, Sint Eustatius en Saba werden “bijzondere gemeenten” van Nederland.

De vier landen van het Koninkrijk der Nederlanden waar het Statuut momenteel betrekking op heeft (publiek domein)

Sindsdien heeft het Statuut dus betrekking op vier landen: Nederland, Aruba, Curaçao en Sint Maarten.

De vlag

Vlag van Nederland

De Nederlandse vlag stamt in oorsprong uit de 16e eeuwse vrijheidsstrijd onder Willem van Oranje tegen de Spaanse overheersers. De eerste versie is de Prinsenvlag, die verschillende verschijningsvormen kende, met een wisselend aantal strepen, maar in het begin bijna altijd met oranje in plaats van het nu gebruikte rood. De kleuren oranje, wit en blauw zelf zouden van de livreikleuren van Willem van Oranje kunnen komen, maar ook zijn er theorieën dat  de kleuren ontleend zijn aan het wapen van Zeeland.

Links: Prinsenvlag met 11 banen / Rechts: Nederlandse vlag met oranje baan

Zeker is in ieder geval, dat geleidelijk aan, tussen 1597 en 1630 het oranje steeds meer werd vervangen door het rood. De reden daarvoor is waarschijnlijk dat de oranje baan in de vlag de neiging had te snel te verkleuren en daarmee bijna onzichtbaar werd. Ook op zee was de oranje baan in de vlag vaak moeilijk te onderscheiden. Rood had dat probleem als ‘sprekender’ kleur niet.

Pas op 19 februari 1937 werden de kleuren van de Nederlandse vlag bij Koninklijk Besluit vastgelegd: De kleuren van de vlag van het Koninkrijk der Nederlanden zijn rood, wit en blauw. Op 16 augustus 1948 werden de exacte kleuren ten behoeve van de marine iets exacter vastgesteld: helder vermiljoen, wit en kobaltblauw.

Vlag Spaanse Nederlanden

Om in het kort iets te zeggen over twee vlaggen die ook ooit nationale vlaggen waren in wat nu Nederland is:
Vóór de Nederlandse opstand tegen de Spaanse overheersing (de Tachtigjarige Oorlog, 1568-1648) stonden het tegenwoordige Nederland en België sinds 1482 bekend onder de naam Habsburgse of Spaanse Nederlanden.

Links: Vlag van de Habsburgse of Spaanse Nederlanden / Rechts: Kaart van de Spaanse Nederlanden (in oranje), donkerpaars: het Prins-bisdom Luik, roze: het Prinsdom van Stavelot-Malmédy, lichtpaars: het Prins-bisdom van Cambrésis

De vlag die toen gevoerd werd was wit met een rood Bourgondisch kruis, schuingeplaatst in de vorm van twee knoestige stokken. Het lijkt daarmee op het andreaskruis (dat kruis heeft echter geen knoesten).
Met de revolutie van de Noordelijke Nederlanden (nu Nederland) ging dit gebied stukje bij beetje over op het oranje-wit-blauw (zie ook boven).
De Zuidelijke Nederlanden (nu België) bleven de vlag met het kruis gebruiken tot aan 1715, toen dit gebied overging naar Oostenrijk onder de naam Oostenrijkse Nederlanden (met een andere vlag).

Kaart van de Bataafse Republiek in 1801 (door Joostik, gebaseerd op de “Groote historische schoolatlas ten gebruike bij het onderwijs in de vaderlandsche en algemene geschiedenis”, door H. Hattema, 1920) (publiek domein)

Vlag van de Bataafse Republiek

De andere vlag was die van de Bataafse Republiek en daarmee komen we in de tijd van Napoleon.
Daags nadat stadhouder Willem V naar Engeland vluchtte (19 januari 1795) werd de Bataafse Republiek een feit. Hoewel het op papier een autonome republiek was, was het land in feite een vazalstaat van Frankrijk, eufemistisch een zusterrepubliek genoemd.
Het rood-wit-blauw van de vlag werd gehandhaafd maar in de broektop kwam een afbeelding te staan. Hoewel deze vlag oorspronkelijk als marinevlag werd ingevoerd, werd ze uiteindelijk ook aan land gevoerd.

Vlag van de Bataafse Republiek (1795-1806)

De afbeelding toont een zogenaamde Nederlandse of Bataafse maagd, ook wel de Vrijheidsmaagd genoemd. Haar gouden helm is getooid met veren in de kleur van de Nederlandse of Bataafse vlag. Naast haar zit de Nederlandse of Bataafse leeuw, die enigszins verbijsterd kijkt.
Beiden houden een speer vast, waar bovenop een vrijheidshoed balanceert.
De maagd houdt aan haar andere zijde een schild vast met daarop een Romeinse roedenbundel met bijlen (fasces).
Het hele tafereel is geplaatst op een groene ondergrond met struikgewas en gezien de wapperende sjaal, verentooi en leeuwenmanen lijkt het flink te waaien!

Afbeelding op de vlag van de Bataafse Republiek

De afbeelding op de rode baan kwam weer te vervallen in 1806 toen de Bataafse Republiek door Napoleon werd vervangen door het Koninkrijk Holland, waarbij hij zijn derde broer, Lodewijk Napoleon, op de troon zette.
Dit koninkrijk was maar een kort leven beschoren, Napoleon was ontevreden met zijn broer als koning, die hij ‘te Hollands’ vond worden. Hij zette Lodewijk Napoleon in 1810 af en lijfde Nederland bij zijn in 1804 gevormde Franse Keizerrijk in, waardoor de officiële vlag in Nederland de Franse tricolore werd.

Detail uit een kaart van het Franse Keizerrijk in 1810 na inlijving van Nederland (© Andrein, 2015)

Na een desastreus verlopen veldslag van Napoleon in Rusland, begon het keizerrijk te imploderen en verlieten de Fransen Nederland en werd door de geallieerde Europese machten (het Verenigd Koninkrijk, Rusland, Oostenrijk en Pruisen) in 1813 het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden in het leven geroepen: Nederland, België en Luxemburg samen onder Koning Willem I, zoon van de laatste stadhouder Willem V.
En daarmee keerde de Nederlandse driekleur definitief terug.

Geuzen

Links: Geus van de Koninklijke Marine (‘dubbele of prinsengeus’) / Rechts: Geus van de watersport (‘enkele geus’ of ‘geusje’)

Tot slot een bekende verschijning op het water: de van de Nederlandse vlag afgeleide geus. Een geus is een vlag die op een schip gevoerd wordt.
We kennen in Nederland twee geuzen.

De eerste, de dubbele of prinsengeus wordt gebruikt door de Koninklijke Marine.
Het is een zogenaamde gegeerde vlag met twaalf segmenten in rood-wit-blauw, de kleuren van de nationale vlag, die krachtens Koninklijk Besluit 315 van 20 juli 1931 officieel werd vastgesteld, maar is terug te voeren tot de Tachtigjarige Oorlog.

De dubbele of prinsengeus wordt gebruikt als een schip op zon- en feestdagen voor anker of aan de kade ligt, als er een buitenlands marineschip in de haven ligt en als een Nederlands marineschip in een buitenlandse haven ligt, maar dus niet als een schip onderweg is.

Twee marineschepen aan de kade in Willemstad, Curaçao, van het linkerschip (de Hr.Ms. Karel Doorman) zien we de achtersteven met de Nederlandse vlag, het schip rechts voert de dubbele of prinsengeus op de boeg (fotograaf onbekend)

Het eenvoudiger ‘broertje’ van de dubbele of prinsengeus is de enkele geus of geusje, eveneens een gegeerde vlag in rood-wit-blauw, maar dan met acht segmenten in plaats van twaalf.
Deze geus wordt gebruikt binnen de watersport en wel door ronde- en platbodemjachten op de botteloef of kluiverboom en door kotters en andere traditioneel getuigde schepen en jachten op de boegspriet.
Ook motorjachten kunnen de enkele geus voeren en wel op het voorschip, maar alleen indien men eveneens de verenigingsstandaard of clubvlag in de top van een mast en hoger dan de geus heeft gezet.

De watersportetiquette in beeld met drie vlaggen: de Nederlandse vlag op de achtersteven, de verenigingsstandaard of clubvlag hoog aan de mast en de enkele geus of geusje op de boeg (fotograaf onbekend)


Suriname – Onafhankelijkheidsdag / Srefidensi Dey (1975)

47 jaar geleden werd Suriname op deze dag een onafhankelijk land. Nederland had het sinds de koloniale tijd (1667) voor het zeggen hier. Pas in 1954 trad er met de invoering van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden* een theoretische gelijkstelling van de verschillende koninkrijksdelen in werking, waarbij Suriname en de Nederlandse Antillen als gelijkwaardige partners van Nederland werden behandeld, met meer autonomie.

Suriname Statuut 1954.jpg
15 december 1954: Koningin Juliana ondertekent het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden in de Ridderzaal onder het toeziend oog van Marie Anne Tellegen, directeur van het Kabinet van de Koningin (screenshot)

Met het verstrijken der jaren werd het verlangen naar een onafhankelijke staat in Suriname echter steeds sterker. Toen in 1974 het progressieve kabinet Den Uyl aantrad was de tijd rijp. In een achteraf gezien behoorlijk rap tempo werden de verschillende hordes genomen om het land politiek en praktisch los te weken van Nederland. Op 24 november waren Prinses Beatrix, Prins Claus en premier Den Uyl er bij toen tijdens een avond van festiviteiten de Nederlandse vlag voor het laatst gestreken werd en de Surinaamse gehesen. Om middernacht, bij het begin van de 25e november barstte er een groot volksfeest los.

Schermafbeelding 2019-11-22 om 10.38.52.png
25 november 1975, 00.00 uur, in het André Kamperveen Sportstadion in Paramaribo: de Nederlandse vlag is zojuist voor het laatst gestreken (rechts) en de nieuwe Surinaamse vlag gehesen (screenshot)
surinemw 01
Links: Johan Ferrier, de laatste gouverneur van Suriname en vanaf dat moment de eerste president van het land, valt in de armen van parlementsvoorzitter Jagernath Lachmon (screenshot) / Rechts: V.l.n.r.: Minister van Districtsbestuur en Decentralisatie (tevens vice-minister-president) Olton van Gelderen (1921-1990), Kroonprinses Beatrix (1938), President Johan Ferrier (1910-2010) en parlementsvoorzitter Jagernath Lachmon (1916-2001) (screenshot)

Tegelijkertijd werd in Nederland door koningin Juliana in de Oranjezaal van Paleis Huis ten Bosch het soevereiniteitsverdrag ondertekend in het bijzijn van vice-premier Van Agt en minister Van der Stoel van Buitenlandse Zaken.

suriname 02
De plechtigheid in Nederland: Koningin Juliana tekent in de Oranjezaal van Paleis Huis ten Bosch de onafhankelijkheidsverklaring van Suriname. Op het linkse screenshot is het kabinet Den Uyl achter de vorstin te zien, naast haar de directeur van het Kabinet van de Koningin, mr. Fuus de Graaff (screenshots)

In haar korte toespraak zei de koningin onder meer: “Een wens wordt werkelijkheid nu Suriname zelfstandig en onafhankelijk is geworden. Deze staatkundige ontwikkeling is iets waar ieder volk recht op heeft”.

De vlag

Vlag Suriname
Vlag van Suriname (1975-heden)

De vlag van Suriname werd ingevoerd op 25 november 1975, de dag dat het land onafhankelijk werd van Nederland. Voor het ontwerp was een wedstrijd uitgeschreven waarvoor meer dan 270 inzendingen binnenkwamen. Geen van deze ontwerpen werd uiteindelijk gekozen. Wel kwamen verschillende onderdelen van verschillende inzenders uiteindelijk terug in de vlag.

De gele ster in het midden staat voor eenheid en hoop. De twee groene en één rode baan staan voor de kleuren van de politieke partijen die ten tijde van de onafhankelijkheid aan de macht waren. Het rood staat tevens voor de liefde. De twee witte stroken daartussen staan voor gerechtigheid en vrijheid.

Over de positie van de ster ontstond nog enige discussie. Uiteindelijk werd gekozen voor een placering met twee punten naar beneden, of zoals toenmalig president John Ferrier het zei: “Met beide benen stevig op de grond”.

Eerste vlag

Om kort nog iets te zeggen over de vorige vlag van Suriname: deze was in gebruik tussen 29 december 1954 (tekening van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden*) en 25 november 1975.

Vlag van Suriname (1954-1975)

Deze vlag was wit met vijf vijf-puntige sterren in een ellips, verbonden door een zwarte lijn. De kleuren van de sterren stonden voor de verschillende bevolkingsgroepen: zwart voor de Creolen, bruin voor de Indiërs, geel voor de Chinezen, rood voor de Indianen en wit voor de blanke Europeanen.

Frank Essed
Frank Essed (1919-1988)

Het ontwerp was van politicus en bosbouwkundige Frank Essed (1919-1988).

Aanbieding van de vorige vlag van Suriname door de gevolmachtigd minister van Suriname in Nederland, Raymond Henri Pos (1910-1964) aan koningin Juliana op 15 december 1959 in Paleis Soestdijk (foto: Herbert Behrens/© Anefo)

*Het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden was een staatshervorming waarbij 3 verschillende koninkrijksdelen (Nederland, Suriname en de Nederlandse Antillen) gelijkwaardige partners werden. Alleen Nederlands Nieuw-Guinea bleef buiten het statuut.

Suriname – Keti Koti (1863)

Drie vlaggen vandaag, die alle drie met het afschaffen van de slavernij te maken hebben. Vlag 3:

Keti Koti is een nationale feestdag in Suriname. De naam komt uit het Sranantongo en betekent zoveel als ‘gebroken ketenen’. Het herdenkt de afschaffing van de slavernij door Nederland op 1 juli 1863 in Suriname en de Nederlandse Antillen.

suriname
Links: Keti Koti in Paramaribo / Rechts: Het Kwakoe-standbeeld in Paramaribo, onthuld op 1 juli 1963, een eeuw na de afschaffing van de slavernij. Het laat een slaaf zien die zijn ketenen verbreekt. Het werd gemaakt door beeldhouwer Jozef Klas (1923-1966) (© sunriname.nu)

Het duurde echter nog tien jaar voordat men werkelijk vrij was. Tot 1873 gold er een overgangsperiode waarin de 40.000 ‘voormalige’ slaven gedwongen werden tegen een hongerloontje op de plantages te blijven werken. Na de ‘echte bevrijding’ in 1873 trokken de meeste van hen naar Paramaribo een nieuw leven tegemoet.

De vlag

Vlag van Suriname (1975-heden)

De vlag van Suriname werd ingevoerd op 25 november 1975, de dag dat het land onafhankelijk werd van Nederland. Voor het ontwerp was een wedstrijd uitgeschreven waarvoor meer dan 270 inzendingen binnenkwamen. Geen van deze ontwerpen werd uiteindelijk gekozen. Wel kwamen verschillende onderdelen van verschillende inzenders uiteindelijk terug in de vlag.

De gele ster in het midden staat voor eenheid en hoop. De twee groene en één rode baan staan voor de kleuren van de politieke partijen die ten tijde van de onafhankelijkheid aan de macht waren. Het rood staat tevens voor de liefde. De twee witte stroken daartussen staan voor gerechtigheid en vrijheid.

Over de positie van de ster ontstond nog enige discussie. Uiteindelijk werd gekozen voor een placering met twee punten naar beneden, of zoals toenmalig president John Ferrier het zei: “Met beide benen stevig op de grond”.

Om kort nog iets te zeggen over de vorige vlag van Suriname: deze was in gebruik tussen 29 december 1954 (tekening van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden*) en 25 november 1975.

Vlag van Suriname (1954-1975)

Deze vlag was wit met vijf vijf-puntige sterren in een ellips, verbonden door een zwarte lijn. De kleuren van de sterren stonden voor de verschillende bevolkingsgroepen: zwart voor de Creolen, bruin voor de Indiërs, geel voor de Chinezen, rood voor de Indianen en wit voor de blanke Europeanen.

Frank Essed
Frank Essed (1919-1988)

Het ontwerp was van politicus en bosbouwkundige Frank Essed (1919-1988).

Aanbieding van de vorige vlag van Suriname door de gevolmachtigd minister van Suriname in Nederland, Raymond Henri Pos (1910-1964) aan koningin Juliana op 15 december 1959 in Paleis Soestdijk (foto: Herbert Behrens/© Anefo)

*Het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden was een staatshervorming waarbij 3 verschillende koninkrijksdelen (Nederland, Suriname en de Nederlandse Antillen) gelijkwaardige partners werden. Alleen Nederlands Nieuw-Guinea bleef buiten het statuut.

Guadeloupe – L’Abolition de l’Esclavage / Afschaffing van de Slavernij (1848)

Na Frans Guyana, de tweede vlag van vandaag, die van Guadeloupe, met dezelfde historische achtergrond

Een belangrijke feestdag in het Franse overzeese departement Guadeloupe in de Cariben, is de 27e mei: herdenking van de afschaffing van de slavernij in 1848. Het curieuze is dat de slavernij op het eiland twee keer is afgeschaft!

Kaart van Guadeloupe, inzet linksboven: locatie in het Caribisch gebied, inzet rechtsonder: locatie in de Kleine Antillen (© orangesmile.com)

Slaven

Guadeloupe werd door Frankrijk geannexeerd in 1635 om er tabaksplantages op te zetten. Het grootste deel van de inheemse bevolking werd tussen 1636 en 1639 door de Fransen over de kling gejaagd. In 1654 was 80% van de bevolking van Europese origine, waarvan tweederde contractarbeiders.

Guadeloupe oude kaart
Guadeloupe op een eind 18e eeuwse kaart (publiek domein)

Dit getal zou in de tweede helft van de 17e eeuw drastisch veranderen met de ‘import’ van Afrikaanse slaven, nadat vanaf 1674 suikerrietplantages van start gingen. In 1671, drie jaar daarvóór dus, telde Guadeloupe 4.267 slaven, in 1700 waren dat er naar schatting 15.000.

Guadeloupe portretten
Victor Hugues (1762-1826) (© Karaibes.com) / Napoleon Bonaparte (1769-1821) (publiek domein)

In de chaos van de Franse Revolutie (1789-1799) schafte de gouverneur van Guadeloupe, Victor Hugues, de slavernij af. Onder Napoleon werd de slavernij echter opnieuw ingevoerd in 1802. Napoleon moest uiteindelijk het onderspit delven, maar de slavernij bleef. Het is mede aan de inspanningen van de Fransman Victor Schœlcher te danken dat er een draagvlak kwam voor afschaffing van de slavernij.

Politicus

Victor Schœlcher

Victor Schœlcher (1804-1893) (© senat.fr)

Hoewel erfgenaam (en later eigenaar) van een grote porseleinfabriek, was Schœlcher vooral journalist. In 1834 richtte hij een vereniging op tot afschaffing van de slavernij en publiceerde om de haverklap artikelen over het onderwerp tussen 1833 en 1847. In plaats van slavernij moesten er grote centrale fabrieken  op Guadeloupe (en de andere Franse kolonies in de Cariben) komen, met werknemers. Zijn werk werd zodanig politiek, dat hij uiteindelijk ook politicus werd: in 1848 werd hij staatssecretaris van de marine.

Onder zijn invloed (en na jarenlang lobbyen) nam de Franse regering in datzelfde jaar, op 27 april, de beslissing om de slavernij in de kolonies definitief af te schaffen. Het decreet werd door Schœlcher zelf geschreven. De implementatie was uiteindelijk één maand later, op 27 mei 1848. Om het tekort aan arbeidskrachten op te vullen werden er contractarbeiders uit India aangetrokken.

Cote : BB/30/1125/A/296
Voorpagina van het decreet waarin de slavernij in de Franse overzeese gebieden wordt afgeschaft (© Archives Nationales)

De feestdag wordt normaliter uitbundig en uitgebreid gevierd op het eiland, maar vieringen zijn dit jaar niet aan de orde, Guadeloupe zit vanwege het coronavirus net als vrijwel overal ter wereld in een gedeeltelijke lockdown. Tot nu toe zijn er 143 bevestigde besmettingen. 67 personen zijn inmiddels weer opgeknapt, 8 personen zijn overleden.

De vlag

Vlag van Guadeloupe

Voor alle duidelijkheid: Guadeloupe is een overzees departement van Frankrijk, en daarmee onderdeel van het land zelf. De officiële vlag is dan ook die van Frankrijk (en de plaatselijke munt is de euro).

Tricolore
De Franse vlag, de tricolore

Dat wil natuurlijk niet zeggen dat het eiland geen eigen vlag ontworpen heeft gekregen! Sterker nog: het heeft er twee, nee zelfs drie! (Of vier?)

Ontwerp 1 en 2 zijn aan elkaar gelijk, de ene is echter zwart en de andere rood. Aan de mast van Vlagblog hangt de zwarte versie. De bovenkant van de vlag toont een donkerblauwe horizontale balk, die 1/3 van de vlag inneemt. Op de balk staan drie gele fleur-de-lys (Franse lelie), vanwege de band met Frankrijk. De rest van het veld is zwart (op variant 2 is dat helderrood). Vrijwel over het gehele zwarte (dan wel rode) veld is een suikerrietstengel in groen afgebeeld. Daaroverheen is een gele zon geplaatst, met 30 uitstekende zonnestralen.

guadeloupe zwart rood

De vlag is een samenkomst van twee (of eigenlijk drie) wapens. Het wapen van de grootste stad van Guadeloupe, Point-à-Pitre, is gelijk aan de vlag, maar dan wel aan de rode versie (de hoofdstad Basse-Terre heeft hetzelfde wapen, maar dan zonder het suikerriet). De kleur zwart komt van het wapen van Guadeloupe als eiland: identiek aan dat van Point-à-Pitre, maar in het zwart dus (en de zon heeft slechts 16 stralen).

guadeloupe wapens

Vlaggen 3 en 4

Nog meer vlaggen? Jawel, er bestaat ook een logo-vlag voor de regio Guadeloupe (het hoofdeiland plus drie kleine eilandjes). Het is een witte vlag, met daarop een gestileerde zon en een vogel, geplaatst over een vierkant in blauw en groen. Eronder de tekst Région Guadeloupe in kapitalen en daaronder een gele streep. Wellicht een klein terzijde: je kunt vexillologen (vlaggenkenners/specialisten) geen grotere gruwel aandoen dan een logo-vlag! Ze worden algemeen tot de lelijkste vlaggen ter wereld gerekend!

guadeloupe regio uplg suriname

Vlag 4 tot slot: dit betreft een vlagontwerp, cq voorstel, door de afscheidingsbeweging van Guadeloupe, de UPLG (l’Union Populaire pour la Libération de la Guadeloupe). Dit ontwerp is  vrijwel gelijk aan de vlag van Suriname. De groene balken zijn wat smaller, de rode balk breder en de gele ster is naar de mastzijde opgeschoven.

Frans Guyana – L’Abolition de l’Esclavage / Afschaffing van de Slavernij (1848)

Vandaag twee vlaggen. En niet toevalligerwijs met dezelfde historische achtergrond: de afschaffing van de slavernij. Vanmorgen Frans Guyana, vanmiddag Guadeloupe.

Kaart van Frans-Guyana (© Collectie Perry-Castañeda Library of the University of Texas at Austin)

Het gebied, wat nu Frans Guyana is, werd al duizenden jaren lang bewoond door indianen. De Fransen arriveerden in 1604 en een aantal jaren later, in 1637, werd Cayenne gesticht, nu de hoofdstad. Het gebied wisselde in de 17e eeuw een paar keer tussen de Franse en Nederlandse kolonisators.

Guyana old map
De zogenaamde ‘Wilde Kust’, het gebied van de drie Guyana’s in 1758: Guyana (het vroegere Brits Guyana), Suriname (vroeger ook wel Nederlands Guyana) en Frans Guyana (© antiquemapsandprints.com)

Hoewel het gebied o.a. ook gebruikt werd als strafkolonie, kwam het tot een echte economische bloei dankzij de plantages, die werden bewerkt door slaven. Het is mede aan de inspanningen van de Fransman Victor Schœlcher te danken dat er een draagvlak kwam voor afschaffing van de slavernij.

Antique-Map-BRITISH-GUYANA-SURINAM-FRENCH-Meyers-1895
De drie Guyana’s op een kaart uit 1920: Brits Guyana, Suriname en Frans Guyana (© antiquemapsandprints.com)

Politicus

Hoewel erfgenaam (en later eigenaar) van een grote porseleinfabriek, was Schœlcher vooral journalist. In 1834 richtte hij een vereniging op tot afschaffing van de slavernij en publiceerde om de haverklap artikelen over het onderwerp tussen 1833 en 1847. In plaats van slavernij moesten er grote centrale fabrieken in de Franse kolonies in de Cariben komen, met werknemers. Zijn werk werd zodanig politiek, dat hij uiteindelijk ook politicus werd: in 1848 werd hij staatssecretaris van de marine.

Victor Schœlcher
Victor Schœlcher (1804-1893) (© senat.fr)

Onder zijn invloed (en na jarenlang lobbyen) nam de Franse regering in datzelfde jaar, op 27 april, de beslissing om de slavernij in de kolonies definitief af te schaffen. Het decreet werd door Schœlcher zelf geschreven. De implementatie was uiteindelijk één maand later, op 27 mei 1848.

Cote : BB/30/1125/A/296
Voorpagina van het decreet waarin de slavernij in de Franse overzees gebieden af te schaffen (© Archives Nationales)

De vlag

Vlag van Frans Guyana (2010-heden)

De officiële vlag van Frans Guyana is de Franse tricolore, aangezien het een Frans overzees departement betreft. Het is zelfs de grootste EU-landmassa buiten Europa.

Tricolore
De Franse vlag, de tricolore

De vlag die echter in eerste instantie onofficieel geadopteerd werd als de landsvlag is die van de Union des Travailleurs Guyanais (de Guyanese Arbeiders Vakbond). De vlag stamt uit 1967.

Vakbond Frans Guyana
Logo en vlag van de Union des Travailleurs Guyanais

De vlag wordt diagonaal in tweeën gedeeld van de top van de mastzijde naar de onderkant van de vluchtzijde. Links geel, rechts groen, in het midden over de scheiding van de twee kleuren heen een rode ster met vijf punten.

Luchtfoto uit 2012 van hoofdstad Cayenne (© Spotting973)

Op 29 januari 2010 werd deze vlag aangenomen door de Algemene Raad van Frans Guyana, maar mag bij officiële gelegenheden alleen worden gehesen met de vlaggen van Frankrijk en die van de EU. De kleuren hebben inmiddels ook een symbolische waarde gekregen: het groen staat voor de bossen van het land, het geel voor de vele delfstoffen, waaronder goud en de rode ster staat voor de socialistische oriëntatie van het departement.

Tricolore en vlag Frans Guyana
De tricolore en de vlag van Frans Guyana gebroederlijk naast elkaar (© franceguyane.fr)

Nederland – Koninkrijksdag (1954)

Hoewel Koninkrijksdag geen officiële feestdag is (geen vrije dag dus), wordt er bij overheidsgebouwen wel gevlagd.

Herdenkingspostzegel van 25 cent uit 1969 bij het 25-jarig jubileum van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden (publiek domein)

De dag herdenkt de 15e december 1954, toen Koningin Juliana in de Ridderzaal het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden tekende. De dag van vandaag staat dan ook wel bekend onder de naam Statuutdag.

Koningin Juliana (1909-2004) tekent het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden in de Ridderzaal, onder toeziend oog van de Directeur van het Kabinet der Koningin, Marie Anne Tellegen (1893-1976) en ceremoniemeester Dirk Georg de Graeff (1905-1986) (publiek domein)

Het Statuut regelde de verhoudingen tussen drie koninkrijksdelen: Nederland, Suriname en de Nederlandse Antillen.
Eén deel van het koninkrijk viel hierbuiten: Nederlands Nieuw-Guinea. De soevereiniteit over dit gebied (een ‘overblijfsel’ van de kolonie Nederlands-Indië) werd in 1962, zij het niet van harte, overgedragen aan Indonesië.

De pagina’s 1 en 4 van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden, met het Grootzegel van het Koninkrijk, de handtekening van Koningin Juliana zien we op pagina 4 bovenaan (publiek domein)

Heel kort gezegd: in het Statuut werd de gelijkheid van de rijksdelen geregeld, een juridische regeling waar zelfs de Nederlandse Grondwet ondergeschikt aan was.

Links: Close-up van het Grootzegel van het Koninkrijk der Nederlanden onder Koningin Juliana, het is 12 bij 6,7 cm en toont de Koningin staand ten voeten uit met rijksappel en scepter (publiek domein) / Rechts: Herdenkingspostzegel van 10 cent uit 1954 t.g.v. de ondertekening van het Statuut voor het Koninkrijk, een ontwerp van Sem Hartz (1912-1995) (publiek domein)

Reeds voor de Tweede Wereldoorlog werd duidelijk dat de klassieke koloniale verhoudingen tussen Nederland en zijn overzeese gebiedsdelen aan vernieuwing toe was.
Voor wat de grootste Nederlandse kolonie Nederlands-Indië betrof: dit land wenste zich na de Japanse bezetting tijdens de Tweede Wereldoorlog niet langer te schikken naar de Nederlandse wensen en bevelen en riep op 17 augustus 1945 de onafhankelijkheid uit onder de naam Indonesië (en het zou nog tot 27 december 1949 duren eer Nederland officieel de soevereiniteit overdroeg).

Zoals gezegd: het uitgangspunt bij deze staatswijziging was de gelijkwaardigheid van Nederland, Suriname en de Nederlandse Antillen. De verschillende landsdelen werden voortaan als ‘land’ aangeduid. Ieder land behield een gouverneur ter vertegenwoordiging van de Koning, behalve Nederland, want daar zetelde de Koning zelf.

Kaart van Suriname uit de “Schoolatlas der gehele aarde” door P.R. Bos en J.F. Niermeyer, uitgave J.B. Wolters, 1932

Ieder land kreeg een geheel eigen regering en alle landen behalve Nederland, stuurden een gevolmachtigd minister naar Nederland als vertegenwoordiger van de eigen regering voor overleg voor wat betrof de zaken van het Koninkrijk, zoals wijzigingen aan het Statuut, aan de Grondwet (voor zover het zaken van het koninkrijk aanging) en de rijkswetten.

Kaart van de West-Indische Eilanden, oftewel de Nederlandse Antillen, met het Noord-Hollandse eiland Wieringen (nu onderdeel van de Wieringermeer) ter vergelijking van de grootte, uit de “Schoolatlas der gehele aarde” door P.R. Bos en J.F. Niermeyer, uitgave J.B. Wolters, 1932

In principe waren de drie landen hiermee autonoom, op de zogenaamde koninkrijksaangelegenheden na, zoals Buitenlandse Zaken en Defensie.

Herdenkingspostzegels van 7½ cent van de Nederlandse Antillen en Suriname t.g.v. de ondertekening van het Statuut voor het Koninkrijk, een ontwerp van Sem Hartz (1912-1995) (publiek domein)

Het juridisch ontwerp voor de regeling was het werk van Wim van der Grinten, de toenmalige staatssecretaris belast met publiekrechtelijk bedrijfsorganisatie.

V.l.n.r.: Wim van der Grinten (1913-1994) / Willem Kernkamp (1899-1956) / Leendert Donker (1899-1956) (publiek domein)

Verdere betrokkenen bij de totstandkoming van het Statuut waren de ministers Willem Kernkamp (minister van Overzeese Rijksdelen), Leendert Donker (minister van Justitie) en Louis Beel (minister van Binnenlandse Zaken) namens Nederland, Archibald Currie (minister van Algemene Zaken) namens Suriname en Moises Frumencio da Costa Gomez (voorzitter van de Regeringsraad) namens de Nederlandse Antillen.

V.l.n.r.: Louis Beel (1902-1977) / Archibald Currie (1889-1986) / Moises Frumencio da Costa Gomez (1907-1994) (publiek domein)

Groot ceremonieel in de Ridderzaal

De bekrachtiging en ondertekening van het Statuut vonden plaats tijdens een gezamenlijke bijeenkomst van de Staten Generaal, plus uiteraard de vertegenwoordigers van Suriname en de Nederlandse Antillen.

De plechtigheid werd groots aangepakt. Met groot ceremonieel als ware het een Prinsjesdag in december.
Koningin Juliana en Prins Bernhard arriveerden met de Gouden Koets, voorafgegaan door de Koninklijke Militaire Kapel.

Koningin Juliana en Prins Bernhard luisteren naar de rede van premier Willem Drees (screenshot)
Koningin Juliana op de troon tijdens de plechtigheid, zoals in die tijd te doen gebruikelijk werd door de Rijksvoorlichtingsdienst naar buiten gebracht wat de Koningin op deze dag droeg: een bleu-damasten robe met een stola van zilvervos en een taupe-kleurig kapje met sierlijke paradijsveren (screenshot)

Na aankomst begaven Koningin en Prins zich naar de troonzetels en volgde een toespraak van premier Willem Drees.

De Koningin daalt het troonplatform af voor de ondertekening van het Statuut, ceremoniemeester De Graeff staat klaar om de stoel aan te schuiven (screenshot)

Hierna was het tijd voor de ondertekening en begaf de Koningin zich naar een ronde tafel aan de voet van het troonplatform. De Koningin kreeg de akte voorgelegd door haar Directeur van het Kabinet van de Koningin, Marie Anne Tellegen, onder het toeziend oog van ceremoniemeester Jonkheer Dirk Georg de Graeff.

Links: Koningin Juliana heeft het Statuut getekend en lijkt te peilen of mevrouw Tellegen het zo goed vindt / Rechts: Koningin Juliana legt de pen neer (screenshots)

Na ondertekening van het document liep de Koningin terug naar de troonzetel en tekenden de vertegenwoordigers van de drie landen.

Premier Willem Drees (1886-1988) tekent voor Nederland (screenshot)

Hierna sprak de Koningin een rede uit. Hierin zei ze onder meer:

“In het huidige stadium, waarin wij verkeren, is het onbestaanbaar, dat een overeenkomst als deze, anders dan op basis van volledige vrijwilligheid gegrond zou zijn.
Wat onze drie landen, gelegen in hun grillige geografische driehoek, ook moge scheiden, al wat ons verbindt, kan voeren tot een vruchtbaar samenwerken in het belang van het samenstel der drie: het veelvoud, in het besef dat het heil daarvan altijd uitgaat boven dat der afzonderlijke landen: het enkelvoud”.

Met een driewerf “Leve de Koningin!” werd de ceremonie door de voorzitter van de verenigde vergadering besloten.

Na afloop van de ceremonie werd het ondertekende Statuut door een aantal hoofdrolspelers bekeken, v.l.n.r.: Efraïn Jonckheer (Nederlandse Antillen), Willem Drees (Nederland), Willem Kernkamp (Nederland) en Archibald Currie (Suriname) (publiek domein)

Toen Suriname in 1975 een onafhankelijke republiek werd, verliet dit land het Koninkrijk en daarmee ook het Statuut.
In 1986 gold het Statuut opnieuw voor drie landen toen Aruba het Antilliaanse staatsverband verliet en een eigen land werd.
De laatste wijziging was in 2010 toen de Nederlandse Antillen als entiteit werden opgeheven en Curaçao en Sint Maarten net als Aruba verder gingen als apart land binnen het Koninkrijk.
De overige drie eilanden Bonaire, Sint Eustatius en Saba werden “bijzondere gemeenten” van Nederland.

De vier landen van het Koninkrijk der Nederlanden waar het Statuut momenteel betrekking op heeft (publiek domein)

Sindsdien heeft het Statuut dus betrekking op vier landen: Nederland, Aruba, Curaçao en Sint Maarten.

De vlag

Vlag van Nederland

De Nederlandse vlag stamt in oorsprong uit de 16e eeuwse vrijheidsstrijd onder Willem van Oranje tegen de Spaanse overheersers. De eerste versie is de Prinsenvlag, die verschillende verschijningsvormen kende, met een wisselend aantal strepen, maar in het begin bijna altijd met oranje in plaats van het nu gebruikte rood. De kleuren oranje, wit en blauw zelf zouden van de livreikleuren van Willem van Oranje kunnen komen, maar ook zijn er theorieën dat  de kleuren ontleend zijn aan het wapen van Zeeland.

Links: Prinsenvlag met 11 banen / Rechts: Nederlandse vlag met oranje baan

Zeker is in ieder geval, dat geleidelijk aan, tussen 1597 en 1630 het oranje steeds meer werd vervangen door het rood. De reden daarvoor is waarschijnlijk dat de oranje baan in de vlag de neiging had te snel te verkleuren en daarmee bijna onzichtbaar werd. Ook op zee was de oranje baan in de vlag vaak moeilijk te onderscheiden. Rood had dat probleem als ‘sprekender’ kleur niet.

Pas op 19 februari 1937 werden de kleuren van de Nederlandse vlag bij Koninklijk Besluit vastgelegd: De kleuren van de vlag van het Koninkrijk der Nederlanden zijn rood, wit en blauw. Op 16 augustus 1948 werden de exacte kleuren ten behoeve van de marine iets exacter vastgesteld: helder vermiljoen, wit en kobaltblauw.

Vlag Spaanse Nederlanden

Om in het kort iets te zeggen over twee vlaggen die ook ooit nationale vlaggen waren in wat nu Nederland is:
Vóór de Nederlandse opstand tegen de Spaanse overheersing (de Tachtigjarige Oorlog, 1568-1648) stonden het tegenwoordige Nederland en België sinds 1482 bekend onder de naam Habsburgse of Spaanse Nederlanden.

Links: Vlag van de Habsburgse of Spaanse Nederlanden / Rechts: Kaart van de Spaanse Nederlanden (in oranje), donkerpaars: het Prins-bisdom Luik, roze: het Prinsdom van Stavelot-Malmédy, lichtpaars: het Prins-bisdom van Cambrésis

De vlag die toen gevoerd werd was wit met een rood Bourgondisch kruis, schuingeplaatst in de vorm van twee knoestige stokken. Het lijkt daarmee op het andreaskruis (dat kruis heeft echter geen knoesten).
Met de revolutie van de Noordelijke Nederlanden (nu Nederland) ging dit gebied stukje bij beetje over op het oranje-wit-blauw (zie ook boven).
De Zuidelijke Nederlanden (nu België) bleven de vlag met het kruis gebruiken tot aan 1715, toen dit gebied overging naar Oostenrijk onder de naam Oostenrijkse Nederlanden (met een andere vlag).

Kaart van de Bataafse Republiek in 1801 (door Joostik, gebaseerd op de “Groote historische schoolatlas ten gebruike bij het onderwijs in de vaderlandsche en algemene geschiedenis”, door H. Hattema, 1920) (publiek domein)

Vlag van de Bataafse Republiek

De andere vlag was die van de Bataafse Republiek en daarmee komen we in de tijd van Napoleon.
Daags nadat stadhouder Willem V naar Engeland vluchtte (19 januari 1795) werd de Bataafse Republiek een feit. Hoewel het op papier een autonome republiek was, was het land in feite een vazalstaat van Frankrijk, eufemistisch een zusterrepubliek genoemd.
Het rood-wit-blauw van de vlag werd gehandhaafd maar in de broektop kwam een afbeelding te staan. Hoewel deze vlag oorspronkelijk als marinevlag werd ingevoerd, werd ze uiteindelijk ook aan land gevoerd.

Vlag van de Bataafse Republiek (1795-1806)

De afbeelding toont een zogenaamde Nederlandse of Bataafse maagd, ook wel de Vrijheidsmaagd genoemd. Haar gouden helm is getooid met veren in de kleur van de Nederlandse of Bataafse vlag. Naast haar zit de Nederlandse of Bataafse leeuw, die enigszins verbijsterd kijkt.
Beiden houden een speer vast, waar bovenop een vrijheidshoed balanceert.
De maagd houdt aan haar andere zijde een schild vast met daarop een Romeinse roedenbundel met bijlen (fasces).
Het hele tafereel is geplaatst op een groene ondergrond met struikgewas en gezien de wapperende sjaal, verentooi en leeuwenmanen lijkt het flink te waaien!

Afbeelding op de vlag van de Bataafse Republiek

De afbeelding op de rode baan kwam weer te vervallen in 1806 toen de Bataafse Republiek door Napoleon werd vervangen door het Koninkrijk Holland, waarbij hij zijn derde broer, Lodewijk Napoleon, op de troon zette.
Dit koninkrijk was maar een kort leven beschoren, Napoleon was ontevreden met zijn broer als koning, die hij ‘te Hollands’ vond worden. Hij zette Lodewijk Napoleon in 1810 af en lijfde Nederland bij zijn in 1804 gevormde Franse Keizerrijk in, waardoor de officiële vlag in Nederland de Franse tricolore werd.

Detail uit een kaart van het Franse Keizerrijk in 1810 na inlijving van Nederland (© Andrein, 2015)

Na een desastreus verlopen veldslag van Napoleon in Rusland, begon het keizerrijk te imploderen en verlieten de Fransen Nederland en werd door de geallieerde Europese machten (het Verenigd Koninkrijk, Rusland, Oostenrijk en Pruisen) in 1813 het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden in het leven geroepen: Nederland, België en Luxemburg samen onder Koning Willem I, zoon van de laatste stadhouder Willem V.
En daarmee keerde de Nederlandse driekleur definitief terug.

Geuzen

Links: Geus van de Koninklijke Marine (‘dubbele of prinsengeus’) / Rechts: Geus van de watersport (‘enkele geus’ of ‘geusje’)

Tot slot een bekende verschijning op het water: de van de Nederlandse vlag afgeleide geus. Een geus is een vlag die op een schip gevoerd wordt.
We kennen in Nederland twee geuzen.

De eerste, de dubbele of prinsengeus wordt gebruikt door de Koninklijke Marine.
Het is een zogenaamde gegeerde vlag met twaalf segmenten in rood-wit-blauw, de kleuren van de nationale vlag, die krachtens Koninklijk Besluit 315 van 20 juli 1931 officieel werd vastgesteld, maar is terug te voeren tot de Tachtigjarige Oorlog.

De dubbele of prinsengeus wordt gebruikt als een schip op zon- en feestdagen voor anker of aan de kade ligt, als er een buitenlands marineschip in de haven ligt en als een Nederlands marineschip in een buitenlandse haven ligt, maar dus niet als een schip onderweg is.

Twee marineschepen aan de kade in Willemstad, Curaçao, van het linkerschip (de Hr.Ms. Karel Doorman) zien we de achtersteven met de Nederlandse vlag, het schip rechts voert de dubbele of prinsengeus op de boeg (fotograaf onbekend)

Het eenvoudiger ‘broertje’ van de dubbele of prinsengeus is de enkele geus of geusje, eveneens een gegeerde vlag in rood-wit-blauw, maar dan met acht segmenten in plaats van twaalf.
Deze geus wordt gebruikt binnen de watersport en wel door ronde- en platbodemjachten op de botteloef of kluiverboom en door kotters en andere traditioneel getuigde schepen en jachten op de boegspriet.
Ook motorjachten kunnen de enkele geus voeren en wel op het voorschip, maar alleen indien men eveneens de verenigingsstandaard of clubvlag in de top van een mast en hoger dan de geus heeft gezet.

De watersportetiquette in beeld met drie vlaggen: de Nederlandse vlag op de achtersteven, de verenigingsstandaard of clubvlag hoog aan de mast en de enkele geus of geusje op de boeg (fotograaf onbekend)


Suriname – Onafhankelijkheidsdag (1975)

46 jaar geleden werd Suriname op deze dag een onafhankelijk land. Nederland had het sinds de koloniale tijd (1667) voor het zeggen hier. Pas in 1954 trad er met de invoering van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden* een theoretische gelijkstelling van de verschillende koninkrijksdelen in werking, waarbij Suriname en de Nederlandse Antillen als gelijkwaardige partners van Nederland werden behandeld, met meer autonomie.

Suriname Statuut 1954.jpg
15 december 1954: Koningin Juliana ondertekent het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden in de Ridderzaal onder het toeziend oog van Marie Anne Tellegen, directeur van het Kabinet van de Koningin (screenshot)

Met het verstrijken der jaren werd het verlangen naar een onafhankelijke staat in Suriname echter steeds sterker. Toen in 1974 het progressieve kabinet Den Uyl aantrad was de tijd rijp. In een achteraf gezien behoorlijk rap tempo werden de verschillende hordes genomen om het land politiek en praktisch los te weken van Nederland. Op 24 november waren Prinses Beatrix, Prins Claus en premier Den Uyl er bij toen tijdens een avond van festiviteiten de Nederlandse vlag voor het laatst gestreken werd en de Surinaamse gehesen. Om middernacht, bij het begin van de 25e november barstte er een groot volksfeest los.

Schermafbeelding 2019-11-22 om 10.38.52.png
25 november 1975, 00.00 uur, in het André Kamperveen Sportstadion in Paramaribo: de Nederlandse vlag is zojuist voor het laatst gestreken (rechts) en de nieuwe Surinaamse vlag gehesen (screenshot)
surinemw 01
Links: Johan Ferrier, de laatste gouverneur van Suriname en vanaf dat moment de eerste president van het land, valt in de armen van parlementsvoorzitter Jagernath Lachmon (screenshot) / Rechts: V.l.n.r.: Minister van Districtsbestuur en Decentralisatie (tevens vice-minister-president) Olton van Gelderen (1921-1990), Kroonprinses Beatrix (1938), President Johan Ferrier (1910-2010) en parlementsvoorzitter Jagernath Lachmon (1916-2001) (screenshot)

Tegelijkertijd werd in Nederland door koningin Juliana in de Oranjezaal van Paleis Huis ten Bosch het soevereiniteitsverdrag ondertekend in het bijzijn van vice-premier Van Agt en minister Van der Stoel van Buitenlandse Zaken.

suriname 02
De plechtigheid in Nederland: Koningin Juliana tekent in de Oranjezaal van Paleis Huis ten Bosch de onafhankelijkheidsverklaring van Suriname. Op het linkse screenshot is het kabinet Den Uyl achter de vorstin te zien, naast haar de directeur van het Kabinet van de Koningin, mr. Fuus de Graaff (screenshots)

In haar korte toespraak zei de koningin onder meer: “Een wens wordt werkelijkheid nu Suriname zelfstandig en onafhankelijk is geworden. Deze staatkundige ontwikkeling is iets waar ieder volk recht op heeft”.

De vlag

Vlag Suriname
Vlag van Suriname (1975-heden)

De vlag van Suriname werd ingevoerd op 25 november 1975, de dag dat het land onafhankelijk werd van Nederland. Voor het ontwerp was een wedstrijd uitgeschreven waarvoor meer dan 270 inzendingen binnenkwamen. Geen van deze ontwerpen werd uiteindelijk gekozen. Wel kwamen verschillende onderdelen van verschillende inzenders uiteindelijk terug in de vlag.

De gele ster in het midden staat voor eenheid en hoop. De twee groene en één rode baan staan voor de kleuren van de politieke partijen die ten tijde van de onafhankelijkheid aan de macht waren. Het rood staat tevens voor de liefde. De twee witte stroken daartussen staan voor gerechtigheid en vrijheid.

Over de positie van de ster ontstond nog enige discussie. Uiteindelijk werd gekozen voor een placering met twee punten naar beneden, of zoals toenmalig president John Ferrier het zei: “Met beide benen stevig op de grond”.

Om kort nog iets te zeggen over de vorige vlag van Suriname: deze was in gebruik tussen 29 december 1954 (tekening van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden*) en 25 november 1975.

Vlag van Suriname (1954-1975)

Deze vlag was wit met vijf vijf-puntige sterren in een ellips, verbonden door een zwarte lijn. De kleuren van de sterren stonden voor de verschillende bevolkingsgroepen: zwart voor de Creolen, bruin voor de Indiërs, geel voor de Chinezen, rood voor de Indianen en wit voor de blanke Europeanen.

Frank Essed
Frank Essed (1919-1988)

Het ontwerp was van politicus en bosbouwkundige Frank Essed (1919-1988).

Aanbieding van de vorige vlag van Suriname door de gevolmachtigd minister van Suriname in Nederland, Raymond Henri Pos (1910-1964) aan koningin Juliana op 15 december 1959 in Paleis Soestdijk (foto: Herbert Behrens/© Anefo)

*Het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden was een staatshervorming waarbij 3 verschillende koninkrijksdelen (Nederland, Suriname en de Nederlandse Antillen) gelijkwaardige partners werden. Alleen Nederlands Nieuw-Guinea bleef buiten het statuut.

Suriname – Keti Koti (1863)

Op 1 juli vermeldt de agenda van Vlagblog maar liefst 8 vlaggen. Het is veel, toch doen we opnieuw een poging vandaag om ze alle 8 te laten wapperen. Nummer 4 in de rij: Suriname.

Keti Koti is een nationale feestdag in Suriname. De naam komt uit het Sranantongo en betekent zoveel als ‘gebroken ketenen’. Het herdenkt de afschaffing van de slavernij door Nederland op 1 juli 1863 in Suriname en de Nederlandse Antillen.

suriname
Links: Keti Koti in Paramaribo / Rechts: Het Kwakoe-standbeeld in Paramaribo, onthuld op 1 juli 1963, een eeuw na de afschaffing van de slavernij. Het laat een slaaf zien die zijn ketenen verbreekt. Het werd gemaakt door beeldhouwer Jozef Klas (1923-1966) (© sunriname.nu)

Het duurde echter nog tien jaar voordat men werkelijk vrij was. Tot 1873 gold er een overgangsperiode waarin de 40.000 ‘voormalige’ slaven gedwongen werden tegen een hongerloontje op de plantages te blijven werken. Na de ‘echte bevrijding’ in 1873 trokken de meeste van hen naar Paramaribo een nieuw leven tegemoet.

Van grote vieringen zal waarschijnlijk moeten worden afgezien vandaag, daar de coronacrisis in Suriname nog steeds niet onder controle is.
In Nederland daarentegen, waar een hoop coronamaatregelen zijn versoepeld, is een feestje weer mogelijk.
We kunnen er dan ook vanuit gaan dat de 356.000 Nederlandse Surinamers Keti Koti niet in stilte voorbij zullen laten gaan.

De vlag

Vlag Suriname
Vlag van Suriname (1975-heden)

De vlag van Suriname werd ingevoerd op 25 november 1975, de dag dat het land onafhankelijk werd van Nederland. Voor het ontwerp was een wedstrijd uitgeschreven waarvoor meer dan 270 inzendingen binnenkwamen. Geen van deze ontwerpen werd uiteindelijk gekozen. Wel kwamen verschillende onderdelen van verschillende inzenders uiteindelijk terug in de vlag.

De gele ster in het midden staat voor eenheid en hoop. De twee groene en één rode baan staan voor de kleuren van de politieke partijen die ten tijde van de onafhankelijkheid aan de macht waren. Het rood staat tevens voor de liefde. De twee witte stroken daartussen staan voor gerechtigheid en vrijheid.

Over de positie van de ster ontstond nog enige discussie. Uiteindelijk werd gekozen voor een placering met twee punten naar beneden, of zoals toenmalig president John Ferrier het zei: “Met beide benen stevig op de grond”.

Om kort nog iets te zeggen over de vorige vlag van Suriname: deze was in gebruik tussen 29 december 1954 (tekening van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden*) en 25 november 1975.

Vlag van Suriname (1954-1975)

Deze vlag was wit met vijf vijf-puntige sterren in een ellips, verbonden door een zwarte lijn. De kleuren van de sterren stonden voor de verschillende bevolkingsgroepen: zwart voor de Creolen, bruin voor de Indiërs, geel voor de Chinezen, rood voor de Indianen en wit voor de blanke Europeanen.

Frank Essed
Frank Essed (1919-1988)

Het ontwerp was van politicus en bosbouwkundige Frank Essed (1919-1988).

Aanbieding van de vorige vlag van Suriname door de gevolmachtigd minister van Suriname in Nederland, Raymond Henri Pos (1910-1964) aan koningin Juliana op 15 december 1959 in Paleis Soestdijk (foto: Herbert Behrens/© Anefo)

*Het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden was een staatshervorming waarbij 3 verschillende koninkrijksdelen (Nederland, Suriname en de Nederlandse Antillen) gelijkwaardige partners werden. Alleen Nederlands Nieuw-Guinea bleef buiten het statuut.

Guadeloupe – L’Abolition de l’Esclavage / Afschaffing van de Slavernij (1848)

Na Frans Guyana, de tweede vlag van vandaag, die van Guadeloupe, met dezelfde historische achtergrond.

Een belangrijke feestdag in het Franse overzeese departement Guadeloupe in de Cariben, is de 27e mei: herdenking van de afschaffing van de slavernij in 1848. Het curieuze is dat de slavernij op het eiland twee keer is afgeschaft!

Slaven

Guadeloupe werd door Frankrijk geannexeerd in 1635 om er tabaksplantages op te zetten. Het grootste deel van de inheemse bevolking werd tussen 1636 en 1639 door de Fransen over de kling gejaagd. In 1654 was 80% van de bevolking van Europese origine, waarvan tweederde contractarbeiders.

Guadeloupe oude kaart
Guadeloupe op een eind 18e eeuwse kaart

Dit getal zou in de tweede helft van de 17e eeuw drastisch veranderen met de ‘import’ van Afrikaanse slaven, nadat vanaf 1674 suikerrietplantages van start gingen. In 1671, drie jaar daarvóór dus, telde Guadeloupe 4.267 slaven, in 1700 waren dat er naar schatting 15.000.

Guadeloupe portretten
Victor Hugues (1762-1826) (© Karaibes.com) / Napoleon Bonaparte (1769-1821)

In de chaos van de Franse Revolutie (1789-1799) schafte de gouverneur van Guadeloupe, Victor Hugues, de slavernij af. Onder Napoleon werd de slavernij echter opnieuw ingevoerd in 1802. Napoleon moest uiteindelijk het onderspit delven, maar de slavernij bleef. Het is mede aan de inspanningen van de Fransman Victor Schœlcher te danken dat er een draagvlak kwam voor afschaffing van de slavernij.

Politicus

Victor Schœlcher

Victor Schœlcher (1804-1893) (© senat.fr)

Hoewel erfgenaam (en later eigenaar) van een grote porseleinfabriek, was Schœlcher vooral journalist. In 1834 richtte hij een vereniging op tot afschaffing van de slavernij en publiceerde om de haverklap artikelen over het onderwerp tussen 1833 en 1847. In plaats van slavernij moesten er grote centrale fabrieken  op Guadeloupe (en de andere Franse kolonies in de Cariben) komen, met werknemers. Zijn werk werd zodanig politiek, dat hij uiteindelijk ook politicus werd: in 1848 werd hij staatssecretaris van de marine.

Onder zijn invloed (en na jarenlang lobbyen) nam de Franse regering in datzelfde jaar, op 27 april, de beslissing om de slavernij in de kolonies definitief af te schaffen. Het decreet werd door Schœlcher zelf geschreven. De implementatie was uiteindelijk één maand later, op 27 mei 1848. Om het tekort aan arbeidskrachten op te vullen werden er contractarbeiders uit India aangetrokken.

Cote : BB/30/1125/A/296
Voorpagina van het decreet waarin de slavernij in de Franse overzeese gebieden wordt afgeschaft (© Archives Nationales)

De feestdag wordt normaliter uitbundig en uitgebreid gevierd op het eiland, maar vieringen zijn dit jaar niet aan de orde, Guadeloupe zit vanwege het coronavirus net als vrijwel overal ter wereld in een gedeeltelijke lockdown. Tot nu toe zijn er 143 bevestigde besmettingen. 67 personen zijn inmiddels weer opgeknapt, 8 personen zijn overleden.

De vlag

Vlag van Guadeloupe

Voor alle duidelijkheid: Guadeloupe is een overzees departement van Frankrijk, en daarmee onderdeel van het land zelf. De officiële vlag is dan ook die van Frankrijk (en de plaatselijke munt is de euro).

Tricolore
De Franse vlag, de tricolore

Dat wil natuurlijk niet zeggen dat het eiland geen eigen vlag ontworpen heeft gekregen! Sterker nog: het heeft er twee, nee zelfs drie! (Of vier?)

Ontwerp 1 en 2 zijn aan elkaar gelijk, de ene is echter zwart en de andere rood. Aan de mast van Vlagblog hangt de zwarte versie. De bovenkant van de vlag toont een donkerblauwe horizontale balk, die 1/3 van de vlag inneemt. Op de balk staan drie gele fleur-de-lys (Franse lelie), vanwege de band met Frankrijk. De rest van het veld is zwart (op variant 2 is dat helderrood). Vrijwel over het gehele zwarte (dan wel rode) veld is een suikerrietstengel in groen afgebeeld. Daaroverheen is een gele zon geplaatst, met 30 uitstekende zonnestralen.

guadeloupe zwart rood

De vlag is een samenkomst van twee (of eigenlijk drie) wapens. Het wapen van de grootste stad van Guadeloupe, Point-à-Pitre, is gelijk aan de vlag, maar dan wel aan de rode versie (de hoofdstad Basse-Terre heeft hetzelfde wapen, maar dan zonder het suikerriet). De kleur zwart komt van het wapen van Guadeloupe als eiland: identiek aan dat van Point-à-Pitre, maar in het zwart dus (en de zon heeft slechts 16 stralen).

guadeloupe wapens

Vlaggen 3 en 4

Nog meer vlaggen? Jawel, er bestaat ook een logo-vlag voor de regio Guadeloupe (het hoofdeiland plus drie kleine eilandjes). Het is een witte vlag, met daarop een gestileerde zon en een vogel, geplaatst over een vierkant in blauw en groen. Eronder de tekst Région Guadeloupe in kapitalen en daaronder een gele streep. Wellicht een klein terzijde: je kunt vexillologen (vlaggenkenners/specialisten) geen grotere gruwel aandoen dan een logo-vlag! Ze worden algemeen tot de lelijkste vlaggen ter wereld gerekend!

guadeloupe regio uplg suriname

Vlag 4 tot slot: dit betreft een vlagontwerp, cq voorstel, door de afscheidingsbeweging van Guadeloupe, de UPLG (l’Union Populaire pour la Libération de la Guadeloupe). Dit ontwerp is  vrijwel gelijk aan de vlag van Suriname. De groene balken zijn wat smaller, de rode balk breder en de gele ster is naar de mastzijde opgeschoven.

Frans Guyana – L’Abolition de l’Esclavage / Afschaffing van de Slavernij (1848)

Vandaag twee vlaggen. En niet toevalligerwijs met dezelfde historische achtergrond: de afschaffing van de slavernij. Vanmorgen Frans Guyana, vanmiddag Guadeloupe.

Het gebied, wat nu Frans Guyana is, werd al duizenden jaren lang bewoond door indianen. De Fransen arriveerden in 1604 en een aantal jaren later, in 1637, werd Cayenne gesticht, nu de hoofdstad. Het gebied wisselde in de 17e eeuw een paar keer tussen de Franse en Nederlandse kolonisators.

Guyana old map
De zogenaamde ‘Wilde Kust’, het gebied van de drie Guyana’s in 1758: Guyana (het vroegere Brits Guyana), Suriname (vroeger ook wel Nederlands Guyana) en Frans Guyana (© antiquemapsandprints.com)

Hoewel het gebied o.a. ook gebruikt werd als strafkolonie, kwam het tot een echte economische bloei dankzij de plantages, die werden bewerkt door slaven. Het is mede aan de inspanningen van de Fransman Victor Schœlcher te danken dat er een draagvlak kwam voor afschaffing van de slavernij.

Antique-Map-BRITISH-GUYANA-SURINAM-FRENCH-Meyers-1895
De drie Guyana’s op een kaart uit 1920: Brits Guyana, Suriname en Frans Guyana (© antiquemapsandprints.com)

Politicus

Hoewel erfgenaam (en later eigenaar) van een grote porseleinfabriek, was Schœlcher vooral journalist. In 1834 richtte hij een vereniging op tot afschaffing van de slavernij en publiceerde om de haverklap artikelen over het onderwerp tussen 1833 en 1847. In plaats van slavernij moesten er grote centrale fabrieken in de Franse kolonies in de Cariben komen, met werknemers. Zijn werk werd zodanig politiek, dat hij uiteindelijk ook politicus werd: in 1848 werd hij staatssecretaris van de marine.

Victor Schœlcher
Victor Schœlcher (1804-1893) (© senat.fr)

Onder zijn invloed (en na jarenlang lobbyen) nam de Franse regering in datzelfde jaar, op 27 april, de beslissing om de slavernij in de kolonies definitief af te schaffen. Het decreet werd door Schœlcher zelf geschreven. De implementatie was uiteindelijk één maand later, op 27 mei 1848.

Cote : BB/30/1125/A/296
Voorpagina van het decreet waarin de slavernij in de Franse overzees gebieden af te schaffen (© Archives Nationales)

Vieringen zijn dit jaar opnieuw niet aan de orde, Frans Guyana zit in een grote derde golf van Covid 19-besmettingen. Het totaal aan besmettingen sinds vorig jaar staat op ruim 23.000, het aantal doden bedraagt 114 (op een bevolking van ruim 231.000).

De vlag

Vlag van Frans Guyana (2010-heden)

De officiële vlag van Frans Guyana is de Franse tricolore, aangezien het een Frans overzees departement betreft. Het is zelfs de grootste EU-landmassa buiten Europa.

Tricolore
De Franse vlag, de tricolore

De vlag die echter in eerste instantie onofficieel geadopteerd werd als de landsvlag is die van de Union des Travailleurs Guyanais (de Guyanese Arbeiders Vakbond). De vlag stamt uit 1967.

Vakbond Frans Guyana
Logo en vlag van de Union des Travailleurs Guyanais

De vlag wordt diagonaal in tweeën gedeeld van de top van de mastzijde naar de onderkant van de vluchtzijde. Links geel, rechts groen, in het midden over de scheiding van de twee kleuren heen een rode ster met vijf punten.

Op 29 januari 2010 werd deze vlag aangenomen door de Algemene Raad van Frans Guyana, maar mag bij officiële gelegenheden alleen worden gehesen met de vlaggen van Frankrijk en die van de EU. De kleuren hebben inmiddels ook een symbolische waarde gekregen: het groen staat voor de bossen van het land, het geel voor de vele delfstoffen, waaronder goud en de rode ster staat voor de socialistische oriëntatie van het departement.

Tricolore en vlag Frans Guyana
De tricolore en de vlag van Frans Guyana gebroederlijk naast elkaar (© franceguyane.fr)