De Franse nationale feestdag is één van de bekendere nationale feestdagen, zeker ook voor Nederlanders, waarvan er een groot aantal dan inmiddels de vakantie doorbrengt in Frankrijk en de festiviteiten vaak zelf kan meevieren (hoewel dat dit jaar allemaal iets anders is door de coronacrisis).
14 juli 1789 was de dag waarop de Bastille in Parijs werd bestormd door een ontevreden bevolking, die het absolutistische koningschap met zijn extravagantie zat was. De economische crisis en stijgende graanprijzen droegen bij aan het creëren van een broeierige en revolutionaire sfeer.

In de dagen die eraan vooraf gingen werden door een inderhaast gevormde militie, de Nationale Garde, wapenhandels geplunderd, plus het wapendepôt van het Hôtel des Invalides (het onderkomen van oud-soldaten). Toen men daar niet het gewenste buskruit vond, werd besloten de Bastille-gevangenis te bestormen, die daarvoor als opslagplaats diende.
In eerste instantie werd er onderhandeld met de gouverneur van de Bastille, maar nadat zijn voorwaarden als onacceptabel werden beschouwd, capituleerde de gouverneur, zette de poorten open en de gewapende menigte stormde naar binnen. De toon was gezet.
Het betekende nog niet de afschaffing van de monarchie, maar wel een introductie van een grondwet en afschaffing van het feodale systeem.
Drieënhalf jaar later, in 1793, viel het doek voor het Franse koningshuis alsnog, toen Lodewijk XVI op het schavot belandde.

De vlag

De Franse vlag, de Tricolore geheten, vond haar oorsprong in diezelfde Franse Revolutie en werd voor het eerst officieel op 20 mei 1794 gehesen (waardoor de koninklijke vlag van het Huis Bourbon het veld ruimde).

Vanaf dat jaar zijn de kleuren ook blauw, wit en rood (daarvoor was dat rood, wit en blauw).
Hoewel sommigen historici menen dat de kleuren gebaseerd zijn op die van de Nederlandse vlag (eveneens een van oorsprong revolutionaire vlag), lijkt dat niet heel waarschijnlijk. Over het algemeen wordt aangenomen dat de kleuren rood en blauw ontleend zijn aan de kleuren van het wapen van Parijs en het wit van de koninklijke vlag van de Bourbons.

In de aanloop naar 1794 kende de vlag, behalve de omgekeerde kleurenvolgorde, nog andere verschijningsvormen, met zowel horizontale als diagonale banen. Vanaf 1794 dus met verticale banen, wat in de vlaggenwereld toen een noviteit was en wat later door vele andere landen in allerlei kleurenvariaties werd overgenomen.