Tagarchief: Koninkrijk Sardinië

Italië – Festa della Repubblica / Feest van de Republiek (1946)

Deze Italiaanse feestdag komt voort uit een nationaal referendum, gehouden in 1946. Na het einde van de Tweede Wereldoorlog en het fascistische regime, kon het volk zich uitspreken of ze de monarchie wilden handhaven of liever een republiek als staatsvorm zagen.

Formulier van het referendum van 2 juni 1946: wie voor een republikeinse staatsvorm was, diende het vakje links aan te vinken, wie de monarchie wilde handhaven diende het vakje rechts aan te kruisen (publiek domein)

Van de in totaal 23.437.207 uitgebrachte stemmen bleek een grote verdeeldheid. Vóór de monarchie stemden 10.719.284 mensen. Tegen (en dus vóór de republiek) stemden 12.717.923 mensen.

Staatsieportrret van Umberto en Marie José ten tijde van hun huwelijk in 1930 (publiek domein)

Daarmee werden de nog maar pas geïnstalleerde koning Umberto II en zijn vrouw, koningin Marie José (geboren als Belgische prinses) op 12 juni 1946 afgezet en in ballingschap gestuurd, na een koningschap van 34 dagen.

Umberto en Marie José op een postzegel ter gelegenheid van hun huwelijk in 1930 (© Poste Italiane)

Umberto werd dus opgevolgd door de eerste (interim) president van Italië, de voormalige verzetsman Alcide de Gasperi, die tevens een van de voorvechters van de Europese Gemeenschap was.

Alcide de Gasperi (1881-1954), eerste president van Italië (publiek domein)

Deze feestdag wordt ieder jaar gevierd met een grote militaire parade in Rome, afgenomen door de Italiaanse president, in zijn rol als bevelhebber van de strijdkrachten, waarbij ook de leden van de regering en buitenlandse diplomaten van de partij zijn.

Il Vittoriano, het Vittoriano-monument (1911), waar ook het Graf van de Onbekende Soldaat te vinden is (foto: Paolo Costa Baldi)

Tevens is er de traditionele fly-past boven Rome, met rook in de kleuren van de Italiaanse vlag en zal President Sergio Mattarella een krans leggen bij het Graf van de Onbekende Soldaat bij het Vittoriano-monument aan het Piazza Venezia.

President Mattarella van Italië legt een krans bij het Graf van de Onbekende Soldaat bij Il Vittoriano (screenshot)
Daarna is er een ‘fly-past’ door de Italiaanse luchtmacht boven het monument (screenshot)

De vlag

Vlag van Italië (1946-heden)

De Italiaanse vlag vindt zijn oorsprong in de door Napoleon gestichte Cispadaanse Republiek. Deze republiek werd in 1796 gevormd door vier Noord-Italiaanse gebieden: Modena, Bologna, Ferrara en Reggio Emilia. De naam betekent zoveel als ‘aan deze kant van de Po’. (Aan de andere kant van de rivier lag de Transpadaanse Republiek).

Deze op Franse leest geschoeide republiek heeft slechts twee jaar bestaan. De gebruikte driekleur was geënt op de Franse Tricolore, waarbij de blauwe baan vervangen werd door een groene.
Wellicht vanwege de groene kleur van de regionale Milanese burgerwacht. De vlag was gekanteld t.o.v. de Franse, dus horizontaal.

Links: Vlag van de Cispadaanse Republiek (1796-1797) / Rechts: Koning Carlo Alberto van Sardinië (1798-1849), olieverfschilderij uit circa 1831/33 door Pietro Ayres (1794-1878) (Collectie Castello Reale di Raccogni / publiek domein)

Italië als eenheid bestond in die tijd nog niet, het was een verzameling onafhankelijke staten en staatjes.

Italië in 1843: een lappendeken van rijkjes, het Koninkrijk Sardinië (blauw), het Koninkrijk Lombardije-Venetië (mintgroen), het Hertogdom Parma en Piacenza (groen), het Hertogdom Modena en Reggio (lila), het Groothertogdom Toscane (geel), de Pauselijke Staat (paars) en het Koninkrijk der Beide Siciliën (zalmkleurig) (© Gigilo83)

In 1848 voerde koning Carlo Alberto van Sardinië de driekleur in als nationale vlag en zette zijn wapen middenin de vlag. (Het Koninkrijk Sardinië bestond behalve het gelijknamige eiland ook uit het westelijke gedeelte van wat tegenwoordig Noord-Italië is).

Italie naast elkaar
Links: de vlag van Carlo Alberto van Sardinië, later de Italiaanse vlag onder de Savoye monarchie / Rechts: een ‘verfraaid’ exemplaar van de vlag, tentoongesteld in Milaan

Vanaf 1861 heerste het vorstenhuis Savoye over het uit verschillende delen samengevoegde Italië en nam de Sardinische driekleur over. In 1870 werd de totale vereniging een feit. De groen-wit-rode vlag werd gehandhaafd, met het wapen van Savoye op de witte baan. Na de Tweede Wereldoorlog en het afschaffen van de monarchie werd het wapen op 19 juni 1946 van de vlag verwijderd en hebben we de vlag zoals we hem nu nog kennen.

Kaart van Italië (© freeworldmaps.net)

Vlag van de president

Presidentiële vlag van Italië, de zesde sinds 1965 (2006-heden)

De eerste -provisionele- presidentiële vlag van Italië uit 1946 was gelijk aan de nationale vlag.
Het provisionele karakter van die vlag (die als zodanig dus niet herkenbaar was) bleek zeer rekbaar, want ze bleef als zodanig in gebruik tot 1965.

Evolutie van de presidentiële vlag

Voor een relatief jonge vlag heeft de presidentiële vlag (of standaard) veel verschijningsvormen gekend, hoewel de laatste drie versies nauwelijks van elkaar te onderscheiden zijn.
Het was de minister van Defensie, Giulio Andreotti, die president Giuseppe Saragat het voorstel deed om een speciale onderscheidingsvlag voor het presidentschap in te voeren. Aldus geschiedde.

Giulio Andreotti en Giuseppe Saragat tijdens een NAVO-vergadering op 17 december 1963 (screenshot)

Deze vlag werd ingevoerd op 22 september 1965 en bestond uit een blauw veld met het embleem* van Italië in goud.
Na 25 jaar besloot president Francesco Cossiga in 1990 de vlag te veranderen. Dit tweede model bestond uit de drie banen van de Italiaanse vlag (groen-wit-rood) met een brede blauwe rand en werd ingevoerd op 22 maart 1990.

*) Hoewel dit embleem vaak als wapen van Italië gezien wordt, is het dat strikt genomen niet, aangezien bij het ontwerp geen rekening is gehouden met regels uit de heraldiek (geen schild bijvoorbeeld), spreken we hier van een embleem

Verschillende versies van de presidentiële vlag, v.l.n.r.: 1965-1990, 1990-1992, 1992-2000

Nummer twee hield het niet lang uit: twee jaar later greep president Oscar Luigi Scalfaro terug naar het eerste model, maar met het Italiaanse embleem verkleind, waardoor de teller op drie kwam.
Het was echter president Carlo Azeglio Ciampi die het vierde model invoerde op 24 oktober 2000, dat op een paar kleine cosmetische veranderingen na. nu nog in gebruik is.

Nummer vijf, ingevoerd op 17 januari 2003 was dan ook nauwelijks te onderscheiden van nummer vier, de groene kleur werd iets lichter. Bij de laatste aanpassing (nummer zes) , ingevoerd op 14 april 2006 werd het groen weer ietsiepietsie groener.

Sergio Mattarella (1941), president van Italië met de presidentiële vlag (screenshot)

Terug in de tijd

De gedachte achter het huidige model (nummers vier, vijf en zes) is op z’n minst opvallend te noemen.
Het ontwerp grijpt namelijk terug op de vlag van de Italiaanse Republiek die tussen 1802 en 1805 bestond, gelegen in Noord-Italië, met Milaan als hoofdstad en Napoleon als president.

Op deze kaart zien we de Napoleontische Italiaanse Republiek (1802-1805) in het groen (uit “Nord Italia nel 1803 dall’Atlante Storico” door William R. Shepherd, 1926 / publiek domein)

Deze kortstondige republiek voerde een vlag die de kleuren van het huidige Italië had (groen-wit-rood).
het was een vierkante vlag met een rood veld, daaroverheen een witte ruit, met daarop een groen vierkant.

Links: Vlag van de Italiaanse Republiek (1802-1805) / Rechts: Napoleon Bonaparte (1769-1821), olieverfschilderij uit 1807 door Hippolyte Delaroche (1797-1856) (privécollectie)

Zoals we kunnen zien vormde dit de basis voor de huidige presidentiële vlag: er is een brede blauwe rand aan toegevoegd en het gouden (of gele) embleem van Italië op het groene veld.

Seborga – Giorgio I scelto come primo principe di Seborga / Giorgio I gekozen als eerste prins van Seborga (1963)

Prins Giorgio I van Seborga, ongedateerde foto (publiek domein)

Vandaag is het 60 jaar geleden dat mimosa-teler Giorgio Carbone werd gekozen als eerste prins van het ministaatje Seborga, waarmee hij Prins Giorgio I werd en Italië plotseling een vorstendom binnen z’n grenzen had.

Links: Ligging van Seborga in de Italiaanse regio Ligurië (publiek domein) / Rechts: Seborga’s burgemeester Pasquale Regni (1951) (© Comune di Seborga)

Voor alle duidelijkheid: de claim van het stadje, met een bevolking van zo’n 300 inwoners, wordt door niemand erkend.
Volgens Italië is het een Italiaanse gemeente met een Italiaanse burgemeester, Pasquale Regni.

Kaart met alle gemeenten van de provincie Imperia (het meest westelijke deel van de regio Legurië), de kleine gemeente Seborga is net ten westen van het veel grotere Sanremo te vinden (© provincia.imperia.it)

Dat neemt niet weg dat Seborga zijn claim sinds 1963 stug vol blijft houden en niets achterwege heeft gelaten om alles wat bij het uiterlijk vertoon van een vorstendom hoort in het leven te roepen, dus zijn er grenswachten (af en toe), eigen munten, postzegels en nummerborden en nog veel meer.
Maar waar komt dit allemaal vandaan?

Seborga (publiek domein)

Claim

Giorgio Carbone kwam in 1963 met een theorie nadat hij bepaalde archieven van het Vaticaan had ‘gevonden’.
Volgens Carbone was Seborga sinds 954 al een onafhankelijke staat en was het vanaf 1079 een prinsdom binnen het Heilige Roomse Rijk, waarbij de abten van het klooster tevens prinsen van het staatje waren.
De gevonden documenten leken erop te wijzen dat Seborga in 1729 nooit officieel in het bezit was geweest van het Huis van Savoye (het Koninkrijk Sardinië) en daarmee in 1861 illegaal was opgenomen in het Koninkrijk Italië tijdens de unificatie, waarmee het dus nog steeds een onafhankelijk prinsdom moest zijn.

Welkomstbord aan de Italiaans-Seborgiaanse grens (publiek domein)

Giorgio I

Carbone was beslist iemand die zijn plaatsgenoten enthousiasmeerde en bij de daarop volgende prinselijke verkiezing van 14 mei 1963 voor een ‘staatshoofd’, werd hij als prins gekozen, waarmee hij voortaan door het leven ging als Zijne Grootheid (Sua Tremendità) Prins Giorgio I van Seborga.

Prins Giorgio I, ongedateerde foto (publiek domein)

Hij formeerde een kabinet van ministers en/of raadgevers en voerde een eigen munt in, de luigino, die (alleen in Seborga) naast de Italiaanse lire kon worden gebruikt en dezelfde waarde had.
Uiteraard kwamen er ook een vlag (daar komen we straks natuurlijk nog over te spreken) en een staatswapen met de wapenspreuk Sub Umbra Sedi (Ik zat in de schaduw).

Plattegrond van Seborga (© OpenStreetMap)

Dat dit alles het stadje geen windeieren heeft gelegd is wel zeker: toeristen komen graag naar Seborga om toch een keer in het mini-landje te zijn geweest en voor de populaire souvenirs: munten, postzegels, (nep)paspoorten, (nep)nummerborden en (uiteraard!) vlaggen.
Bovendien ligt het op korte afstand van populaire kustplaatsen als Monaco, Menton, Ventimiglia en Sanremo.

Populaire souvenirs uit Seborga met het staatswapen (© Principato di Seborga)

Als men al dacht dat dit prinsdom na een tijdje een stille dood zou sterven, kwam men toch bedrogen uit! Giorgio vervulde zijn rol met veel plezier en overtuiging en hij bleef dan ook 46 jaar lang Prins van Seborga tot aan zijn dood op 25 november 2009, waarna er een nieuwe prins werd gekozen.
Tot aan die verkiezingen werd er een tijdelijke regent aangesteld: Alberto Romano.

Marcello I

Dat de inwoners niets tegen nieuwkomers hadden, bleek uit de verkiezing van 25 april 2010, waarbij de van oorsprong Zwitsers/Italiaanse Marcello Menegatto (erfgenaam van een kousen-imperium) als nieuwe prins werd gekozen, waarna hij door het leven ging als Prins Marcello I, niet als Zijne Grootheid zoals zijn voorganger, maar door het wat gebruikelijkere Zijne Doorluchtige Hoogheid (net als de prinsen van Monaco).

Links: Staatsieportret van Prins Marcello I, de tweede prins van Seborga (publiek domein) / Rechts Prins Marcello (1978) met de kroon van Seborga (publiek domein)

Zijn vrouw, de uit Duitsland afkomstige Nina Menegatto-Döbler werd zijn minister van Buitenlandse Zaken.
Hoewel Prins Giorgio nog voor het leven prins was, werd de termijn voor regerend prins of prinses nu op zeven jaar vastgesteld.

Prins Marcello I en zijn vrouw Nina Menegatto, de minister van Buitenlandse Zaken (fotograaf onbekend)

Tijdens de ‘regering’ van Prins Marcello raakte zijn huwelijk met buitenlandminister Nina in het slop en in 2019, twee jaar na zijn herverkiezing in 2017, trad hij af. Het paar scheidde en Marcello vertrok naar Catalonië.

Verkiezingen 2019

De verkiezing van 10 november in volle gang (publiek domein)

Dus nog maar twee jaar na de laatste verkiezing konden de bewoners van Seborga op 10 november 2019 opnieuw naar de stembus.

Op 27 oktober, in aanloop naar de verkiezing werden de beide kandidates aan het volk gepresenteerd (publiek domein)

De strijd ging dit keer tussen twee vrouwen: Nina Menegatto, die na haar scheiding van Prins Marcello in Seborga was gebleven en Laura di Bisceglie, de dochter van Prins Giorgio.

Laura di Bisceglie brengt haar stem uit (publiek domein)

De opkomst bij de verkiezing was 78,95%, 122 stemmen gingen naar Nina Menegatto en 69 naar haar uitdaagster Laura di Bisceglie, waarmee Seborga een nieuw staatshoofd had: Prinses Nina, die na haar verkiezing de vier leden van de Kroonraad benoemde: Mauro Carassale, Sabina Tomassoni, Giovanni Fiori en Luca Pagani.
De overige vijf leden van de Kroonraad werden rechtstreeks door de inwoners gekozen.

Nina Menegatto brengt haar stem uit (publiek domein)

Nina

De prinses beschikt zeer zeker over de nodige kwalificaties. Geboren in 1978 als Nina Döbler in Kempten (Beieren), studeerde ze aan het Institut Monte Rosa in Montreux (Zwitserland) en haalde daarna een MBA in marketing aan de Internationale Universiteit van Monaco.
Naast haar moedertaal Duits, spreekt ze vloeiend Italiaans, Engels en Frans.

Hoewel al in functie sinds eind 2019, werd Prinses Nina pas op 20 augustus 2020 (de Nationale Feestdag) ingehuldigd, waarbij ze de eed zwoer en de sleutels van de stad uitgereikt kreeg (foto: publiek domein)

Nina ging voortvarend aan de slag en kwam met een te verwezenlijken 10-puntenplan. Om een paar punten te noemen: terugvordering van de documenten waaruit de onafhankelijkheid van het vorstendom Seborga blijkt, intensivering van de promotie van Seborga via de klassieke en sociale media en buitenlandse vertegenwoordigers, de oprichting van een gemeenschappelijke online-winkel om het prinsdom middels Seborga-souvenirs op de kaart te zetten en de voortzetting van het bouwproject voor een luxe hotel in Seborga.

20 augustus 2021: presentatie van de nieuwe munten met de beeltenis van Prinses Nina en van het nieuwe wapen (rechts) van de Corpo delle Guardie (het Gardekorps) (publiek domein)
Een munt van 1½ luigino met de beeltenis van Prinses Nina (publiek domein)
Prinses Nina met de prinselijke kroon op haar hoofd, die, zoals we hier kunnen zien een ietwat te groot is om echt te dragen! (© Principato di Seborga)

Toerisme

Het toerisme is sinds Seborga ‘onafhankelijk’ is een belangrijke bron van inkomsten.

Links: Toeristisch paspoort van Seborga (© Principato di Seborga) / Rechts: Seborga’s munt, de luigino (meervoud: luigini) is onderverdeeld in 100 centesimo en populair bij veel muntenverzamelaars, de munten dienen naast de euro ook als betaalmiddel in Seborga, bankbiljetten zijn nooit uitgegeven (© Principato di Seborga)

Dat uit zich in de uitgave van eigen munten, postzegels, (onofficiële) paspoorten, nummerborden, sleutelhangers, petjes en mondkapjes waar verzamelaars en souvenirjagers tuk op zijn.

Nummerborden uit Seborga uit 1997 en 2004 (publiek domein)
Nummerborden uit Seborga, links een plaat uit 2013, rechts een diplomatiek nummerbord (CD = Corpi Diplomatici) (publiek domein)

Daarnaast wordt de grens met Italië in het toeristenseizoen bewaakt door het Corpo della Guardie (Gardekorps), zowel te voet als te paard. Het korps is ook van de partij bij officiële functies en verkiezingen.

Grensbewaking door de Corpo della Guardie, allemaal vrijwilligerswerk (publiek domein)

Dit alles neemt niet weg dat Seborga officieel gewoon een Italiaanse gemeente is met een burgemeester en een gemeenteraad. Maar op alle fronten wordt er goed met elkaar samengewerkt.

De vlag

Vlag van Seborga (1997-heden)

De vlag van Seborga werd ingevoerd in 1997 en bestaat uit twee delen: de mastzijde heeft een wit vlak dat ongeveer eenderde van de vlag inneemt. Op dit witte veld is de ‘kleine’versie van het wapen van Seborga geplaatst: een wit omzoomd schild in blauw met daaroverheen een wit, zogenaamd “Grieks” kruis.
Erboven een kroon in goud (geel) en rood.
Het grotere, uitwaaiende gedeelte van de vlag bestaat uit een wit veld met negen horizontale balken in blauw.

Eerdere vlaggen

Blauw en wit zijn de kleuren van Seborga, die tot zeker de 12e eeuw terug gaan. Tot 1729 had Seborga een vlag die diagonaal verdeeld was van de bovenkant van de mastzijde naar de onderkant van het uitwaaiend gedeelte, wit boven, blauw onder.
In 1729 werd Seborga met 14 km² land daaromheen, verkocht (illegaal volgens Seborga), aan het Koninkrijk Sardinië (dat in 1861 opging in het Koninkrijk Italië) en kennelijk is de vlag toen in onbruik geraakt.

Links: De historische vlag van Seborga / Rechts: Vlag van Seborga (1995-1997)

Enige onduidelijkheid lijkt er te zijn over wanneer de blauw-witte vlag weer in gebruik kwam, maar op enig moment zal dit toch gebeurd zijn.
Eveneens onduidelijk is het wanneer de eerste vlag van het onafhankelijke prinsdom is ingevoerd, officieel zou dit in 1995 geweest moeten zijn, waarmee die versie maar twee jaar bestaan zou hebben, daar de huidige vlag uit 1997 stamt.

Ongedateerde foto van Prins Giorgio met (waarschijnlijk) een vroege (?) versie van de vlag van 1995-1997 (publiek domein)

Daar Seborga al sinds 1963 ‘onafhankelijk’ is, zou het voor de hand gelegen hebben gelijk een onderscheidende vlag in te voeren. Toch lijkt dat niet gebeurd te zijn, hoewel één ongedateerde foto van Prins Giorgio (hierboven) erop lijkt te wijzen dat er wel degelijk een aparte vlag bestond, een voorloper van de vlag die tussen 1995 en 1997 in gebruik was? Het is de historische vlag van Seborga met het (uitgebreide) wapen in het midden, maar dan in mini-vorm!

Links: De vlag van Seborga tussen 1995 en 1997 (publiek domein) / Rechts: Een speciale versie van de 1995/1997-vlag met gouddraad thuis bij Prins Giorgio, wellicht gebruikt als persoonlijke standaard (publiek domein)

De versie die tussen 1995 en 1997 in gebruik was, is hieraan gelijk maar dan met het (uitgebreide) wapen in groot formaat.

Foto van Prins Giorgio, gemaakt op 25 januari 2008, met de huidige, in 1997 ingevoerde vlag van Seborga (publiek domein)

Het is niet de enige verwarring, want in de Algemene Statuten van het prinsdom wordt in artikel 4, dat over de vlag gaat, nog steeds de historische vlag beschreven: “De vlag van Seborga bestaat uit twee driehoeken in wit en blauw”.

Een kleine concentratie Seborga-vlaggen! (publiek domein)

Prinselijke standaard

Prinses Nina heeft de beschikking over een persoonlijk wapen en een persoonlijke standaard, ontworpen door heraldicus Ezio Forcella.
De standaard is, zoals gebruikelijk bij vorstelijke vlaggen vierkant en toont het (basis)wapen van Seborga, een wit ‘Grieks’ kruis op een blauw veld met daaroverheen het speciaal voor haar ontworpen wapen.

Links: Prinselijke standaard van Prinses Nina / Rechts: Wapen van Prinses Nina

Dat wapen bestaat uit een langgerekte ruitvorm, die in drieën gedeeld is. Het centrale deel bestaat uit een zwarte balk met drie rode rozen met gele hartjes. De balk is aan beide kanten geel omzoomd en loopt van de linkerbovenzijde naar de rechteronderzijde.
De twee resterende delen zijn identiek en laten een schaakbordpatroon zien van lichtblauwe en witte blokken.

Staatsieportret van Prinses Nina, met links de vlag van Seborga en rechts haar prinselijke standaard, op het ordelint dat ze draagt, is de grote versie van het wapen van Seborga afgebeeld (© Principato di Seborga)

Geel en zwart zijn de traditionele kleuren van Zwaben, een streek in Zuid-Duitsland die gedeeltelijk in Beieren en in Baden-Württemberg ligt en waar Prinses Nina vandaan komt.
De roos is in de heraldiek een symbool voor adel, moed en verdienste.
De blauw-witte blokken verwijzen naar de (maritieme) seinvlag voor de letter N (voor Nina). De N-seinvlag heeft eveneens een blauw-wit schaak- of blokkenpatroon.

Recente foto van Prinses Nina: op 7 mei verwelkomde ze een delegatie van kinderen die Seborga bezochten en aanwezig waren bij het traditionele kanonvuur dat elke eerste zondag van de maand wordt uitgevoerd (© Principato di Seborga)

Wapen

Kijken we tot slot nog even naar het wapen van Seborga. Zoals we al zagen zijn er twee versies: het ‘kleine’ wapen, zoals het ook op de vlag staat afgebeeld en dat bestaat uit het schild met de kroon erboven.

Links: ‘Klein’ wapen van Seborga / Rechts: ‘Groot’ wapen van Seborga

Het complete of ‘grote’ wapen van Seborga toont het wapenschild op een gekroonde hermelijnen mantel met op een gouden (of gele) banderol de wapenspreuk Sub Umbra Sedi (Ik zat in de schaduw).
Deze ietwat curieuze wapenspreuk schijnt op z’n minst terug te gaan tot 1261.
In een uit dat jaar afkomstige Regels en Voorschriften van Seborga komt het al voor. Het zou een uitspraak geweest zijn van Prins-Abt Aicardo, die, toen hij Seborga bezocht en langs het steile en zonnige pad dat naar de stad leidde, in de schaduw onder de olijfbomen en kastanjes rond Seborga had kunnen uitrusten.

Seborga vanuit de lucht (publiek domein)

Seborga – Festa Nazionale / Nationale Feestdag

Twee vlaggen vandaag. Vlag 2:

De 20e augustus is de nationale feestdag van Seborga en houdt verband met de jaarlijkse ceremonie gewijd aan Sint Bernardus van Clairvaux (1090-1153), 20 augustus was zijn sterfdag.
Eén van de oudste gebouwen in Seborga is het aan hem gewijde kerkje uit de 14e eeuw.

De laatste ‘normale’ processie voor de corona-pandemie was die van 2019, de later dat jaar tot prinses gekozen Nina Menegatto, zien we iets rechts van het midden met blauw ordelint, haar functie was toen nog die van minister van Buitenlandse Zaken (zie ook verderop in het artikel) (screenshot)

Op deze dag is er een processie waarbij het beeld van Sint Bernardus vanuit de San Martinokerk door de straten van Seborga wordt gedragen, naar het San Bernardokerkje, gevolgd door de regerend prins of prinses, de Kroonraad en de stedelijke autoriteiten.

De processie na aankomst bij het kerkje gewijd aan Sint Bernardus, rechts van de priester opnieuw Nina Menegatto (screenshot)

De dag staat ook wel bekend als de Festa Nazionale di San Bernardo.
Maar hoe zit dat? Is het stadje Seborga onafhankelijk?
Hoe dat zit, wordt hieronder uit de doeken gedaan!

Een prinsdom

Prins Giorgio I van Seborga, ongedateerde foto (publiek domein)

Op 14 mei 1963 werd mimosa-teler Giorgio Carbone gekozen als eerste prins van het ministaatje Seborga, waarmee hij Prins Giorgio I werd en Italië plotseling een vorstendom binnen z’n grenzen had.

Links: Ligging van Seborga in de Italiaanse regio Ligurië (publiek domein) / Rechts: Seborga’s burgemeester Pasquale Regni (1951) (© Comune di Seborga)

Voor alle duidelijkheid: de claim van het stadje, met een bevolking van zo’n 300 inwoners, wordt door niemand erkend.
Volgens Italië is het een Italiaanse gemeente met een Italiaanse burgemeester, Pasquale Regni.

Kaart met alle gemeenten van de provincie Imperia (het meest westelijke deel van de regio Legurië), de kleine gemeente Seborga is net ten westen van het veel grotere Sanremo te vinden (© provincia.imperia.it)

Dat neemt niet weg dat Seborga zijn claim sinds 1963 stug vol blijft houden en niets achterwege heeft gelaten om alles wat bij het uiterlijk vertoon van een vorstendom hoort in het leven te roepen, dus zijn er grenswachten (af en toe), eigen munten, postzegels en nummerborden en nog veel meer.
Maar waar komt dit allemaal vandaan?

Seborga (publiek domein)

Claim

Giorgio Carbone kwam in 1963 met een theorie nadat hij bepaalde archieven van het Vaticaan had ‘gevonden’.
Volgens Carbone was Seborga sinds 954 al een onafhankelijke staat en was het vanaf 1079 een prinsdom binnen het Heilige Roomse Rijk, waarbij de abten van het klooster tevens prinsen van het staatje waren.
De gevonden documenten leken erop te wijzen dat Seborga in 1729 nooit officieel in het bezit was geweest van het Huis van Savoye (het Koninkrijk Sardinië) en daarmee in 1861 illegaal was opgenomen in het Koninkrijk Italië tijdens de unificatie, waarmee het dus nog steeds een onafhankelijk prinsdom moest zijn.

Welkomstbord aan de Italiaans-Seborgiaanse grens (publiek domein)

Giorgio I

Carbone was beslist iemand die zijn plaatsgenoten enthousiasmeerde en bij de daarop volgende prinselijke verkiezing van 14 mei 1963 voor een ‘staatshoofd’, werd hij als prins gekozen, waarmee hij voortaan door het leven ging als Zijne Grootheid (Sua Tremendità) Prins Giorgio I van Seborga.

Prins Giorgio I, ongedateerde foto (publiek domein)

Hij formeerde een kabinet van ministers en/of raadgevers en voerde een eigen munt in, de luigino, die (alleen in Seborga) naast de Italiaanse lire kon worden gebruikt en dezelfde waarde had.
Uiteraard kwamen er ook een vlag (daar komen we straks natuurlijk nog over te spreken) en een staatswapen met de wapenspreuk Sub Umbra Sedi (Ik zat in de schaduw).

Plattegrond van Seborga (© OpenStreetMap)

Dat dit alles het stadje geen windeieren heeft gelegd is wel zeker: toeristen komen graag naar Seborga om toch een keer in het mini-landje te zijn geweest en voor de populaire souvenirs: munten, postzegels, (nep)paspoorten, (nep)nummerborden en (uiteraard!) vlaggen.
Bovendien ligt het op korte afstand van populaire kustplaatsen als Monaco, Menton, Ventimiglia en Sanremo.

Populaire souvenirs uit Seborga met het staatswapen (© Principato di Seborga)

Als men al dacht dat dit prinsdom na een tijdje een stille dood zou sterven, kwam men toch bedrogen uit! Giorgio vervulde zijn rol met veel plezier en overtuiging en hij bleef dan ook 46 jaar lang Prins van Seborga tot aan zijn dood op 25 november 2009, waarna er een nieuwe prins werd gekozen.
Tot aan die verkiezingen werd er een tijdelijke regent aangesteld: Alberto Romano.

Marcello I

Dat de inwoners niets tegen nieuwkomers hadden, bleek uit de verkiezing van 25 april 2010, waarbij de van oorsprong Zwitsers/Italiaanse Marcello Menegatto (erfgenaam van een kousen-imperium) als nieuwe prins werd gekozen, waarna hij door het leven ging als Prins Marcello I, niet als Zijne Grootsheid zoals zijn voorganger, maar door het wat gebruikelijkere Zijne Doorluchtige Hoogheid (net als de prinsen van Monaco).

Links: Staatsieportret van Prins Marcello I, de tweede prins van Seborga (publiek domein) / Rechts Prins Marcello (1978) met de kroon van Seborga (publiek domein)

Zijn vrouw, de uit Duitsland afkomstige Nina Menegatto-Döbler werd zijn minister van Buitenlandse Zaken.
Hoewel Prins Giorgio nog voor het leven prins was, werd de termijn voor regerend prins of prinses nu op zeven jaar vastgesteld.

Prins Marcello I en zijn vrouw Nina Menegatto, de minister van Buitenlandse Zaken (fotograaf onbekend)

Tijdens de ‘regering’ van Prins Marcello raakte zijn huwelijk met buitenlandminister Nina in het slop en in 2019, twee jaar na zijn herverkiezing in 2017, trad hij af. Het paar scheidde en Marcello vertrok naar Catalonië.

Verkiezingen 2019

De verkiezing van 10 november in volle gang (publiek domein)

Dus nog maar twee jaar na de laatste verkiezing konden de bewoners van Seborga op 10 november 2019 opnieuw naar de stembus.

Op 27 oktober, in aanloop naar de verkiezing werden de beide kandidates aan het volk gepresenteerd (publiek domein)

De strijd ging dit keer tussen twee vrouwen: Nina Menegatto, die na haar scheiding van Prins Marcello in Seborga was gebleven en Laura di Bisceglie, de dochter van Prins Giorgio.

Laura di Bisceglie brengt haar stem uit (publiek domein)

De opkomst bij de verkiezing was 78,95%, 122 stemmen gingen naar Nina Menegatto en 69 naar haar uitdaagster Laura di Bisceglie, waarmee Seborga een nieuw staatshoofd had: Prinses Nina, die na haar verkiezing de vier leden van de Kroonraad benoemde: Mauro Carassale, Sabina Tomassoni, Giovanni Fiori en Luca Pagani.
De overige vijf leden van de Kroonraad werden rechtstreeks door de inwoners gekozen.

Nina Menegatto brengt haar stem uit (publiek domein)

Nina

De prinses beschikt zeer zeker over de nodige kwalificaties. Geboren in 1978 als Nina Döbler in Kempten (Beieren), studeerde ze aan het Institut Monte Rosa in Montreux (Zwitserland) en haalde daarna een MBA in marketing aan de Internationale Universiteit van Monaco.
Naast haar moedertaal Duits, spreekt ze vloeiend Italiaans, Engels en Frans.

Hoewel al in functie sinds eind 2019, werd Prinses Nina pas op 20 augustus 2020 (de Nationale Feestdag) ingehuldigd, waarbij ze de eed zwoer en de sleutels van de stad uitgereikt kreeg (foto: publiek domein)

Nina ging voortvarend aan de slag en kwam met een te verwezenlijken 10-puntenplan. Om een paar punten te noemen: terugvordering van de documenten waaruit de onafhankelijkheid van het vorstendom Seborga blijkt, intensivering van de promotie van Seborga via de klassieke en sociale media en buitenlandse vertegenwoordigers, de oprichting van een gemeenschappelijke online-winkel om het prinsdom middels Seborga-souvenirs op de kaart te zetten en de voortzetting van het bouwproject voor een luxe hotel in Seborga.

20 augustus 2021: presentatie van de nieuwe munten met de beeltenis van Prinses Nina en van het nieuwe wapen (rechts) van de Corpo delle Guardie (het Gardekorps) op de Nationale Feestdag (publiek domein)
Een munt van 1½ luigino met de beeltenis van Prinses Nina (publiek domein)
Prinses Nina met de prinselijke kroon op haar hoofd, die, zoals we hier kunnen zien een ietwat te groot is om echt te dragen! (© Principato di Seborga)

Toerisme

Het toerisme is sinds Seborga ‘onafhankelijk’ is een belangrijke bron van inkomsten.

Links: Toeristisch paspoort van Seborga (© Principato di Seborga) / Rechts: Seborga’s munt, de luigino (meervoud: luigini) is onderverdeeld in 100 centesimo en populair bij veel muntenverzamelaars, de munten dienen naast de euro ook als betaalmiddel in Seborga, bankbiljetten zijn nooit uitgegeven (© Principato di Seborga)

Dat uit zich in de uitgave van eigen munten, postzegels, (onofficiële) paspoorten, nummerborden, sleutelhangers, petjes en mondkapjes waar verzamelaars en souvenirjagers tuk op zijn.

Nummerborden uit Seborga uit 1997 en 2004 (publiek domein)
Nummerborden uit Seborga, links een plaat uit 2013, rechts een diplomatiek nummerbord (CD = Corpi Diplomatici) (publiek domein)

Daarnaast wordt de grens met Italië in het toeristenseizoen bewaakt door het Corpo della Guardie (Gardekorps), zowel te voet als te paard. Het korps is ook van de partij bij officiële functies en verkiezingen.

Grensbewaking door de Corpo della Guardie, allemaal vrijwilligerswerk (publiek domein)

Dit alles neemt niet weg dat Seborga officieel gewoon een Italiaanse gemeente is met een burgemeester en een gemeenteraad. Maar op alle fronten wordt er goed met elkaar samengewerkt.

De vlag

Vlag van Seborga (1997-heden)

De vlag van Seborga werd ingevoerd in 1997 en bestaat uit twee delen: de mastzijde heeft een wit vlak dat ongeveer eenderde van de vlag inneemt. Op dit witte veld is de ‘kleine’versie van het wapen van Seborga geplaatst: een wit omzoomd schild in blauw met daaroverheen een wit, zogenaamd “Grieks” kruis.
Erboven een kroon in goud (geel) en rood.
Het grotere, uitwaaiende gedeelte van de vlag bestaat uit een wit veld met negen horizontale balken in blauw.

Eerdere vlaggen

Blauw en wit zijn de kleuren van Seborga, die tot zeker de 12e eeuw terug gaan. Tot 1729 had Seborga een vlag die diagonaal verdeeld was van de bovenkant van de mastzijde naar de onderkant van het uitwaaiend gedeelte, wit boven, blauw onder.
In 1729 werd Seborga met 14 km² land daaromheen, verkocht (illegaal volgens Seborga), aan het Koninkrijk Sardinië (dat in 1861 opging in het Koninkrijk Italië) en kennelijk is de vlag toen in onbruik geraakt.

Links: De historische vlag van Seborga / Rechts: Vlag van Seborga (1995-1997)

Enige onduidelijkheid lijkt er te zijn over wanneer de blauw-witte vlag weer in gebruik kwam, maar op enig moment zal dit toch gebeurd zijn.
Eveneens onduidelijk is het wanneer de eerste vlag van het onafhankelijke prinsdom is ingevoerd, officieel zou dit in 1995 geweest moeten zijn, waarmee die versie maar twee jaar bestaan zou hebben, daar de huidige vlag uit 1997 stamt.

Ongedateerde foto van Prins Giorgio met (waarschijnlijk) een vroege (?) versie van de vlag van 1995-1997 (publiek domein)

Daar Seborga al sinds 1963 ‘onafhankelijk’ is, zou het voor de hand gelegen hebben gelijk een onderscheidende vlag in te voeren. Toch lijkt dat niet gebeurd te zijn, hoewel één ongedateerde foto van Prins Giorgio (hierboven) erop lijkt te wijzen dat er wel degelijk een aparte vlag bestond, een voorloper van de vlag die tussen 1995 en 1997 in gebruik was? Het is de historische vlag van Seborga met het (uitgebreide) wapen in het midden, maar dan in mini-vorm!

Links: De vlag van Seborga tussen 1995 en 1997 (publiek domein) / Rechts: Een speciale versie van de 1995/1997-vlag met gouddraad thuis bij Prins Giorgio, wellicht gebruikt als persoonlijke standaard (publiek domein)

De versie die tussen 1995 en 1997 in gebruik was, is hieraan gelijk maar dan met het (uitgebreide) wapen in groot formaat.

Foto van Prins Giorgio, gemaakt op 25 januari 2008, met de huidige, in 1997 ingevoerde vlag van Seborga (publiek domein)

Het is niet de enige verwarring, want in de Algemene Statuten van het prinsdom wordt in artikel 4, dat over de vlag gaat, nog steeds de historische vlag beschreven: “De vlag van Seborga bestaat uit twee driehoeken in wit en blauw”.

Een kleine concentratie Seborga-vlaggen! (publiek domein)

Prinselijke standaard

Prinses Nina heeft de beschikking over een persoonlijk wapen en een persoonlijke standaard, ontworpen door heraldicus Ezio Forcella.
De standaard is, zoals wel vaker bij vorstelijke vlaggen vierkant en toont het (basis)wapen van Seborga, een wit ‘Grieks’ kruis op een blauw veld met daaroverheen het speciaal voor haar ontworpen wapen.

Links: Prinselijke standaard van Prinses Nina / Rechts: Wapen van Prinses Nina

Dat wapen bestaat uit een langgerekte ruitvorm, die in drieën gedeeld is. Het centrale deel bestaat uit een zwarte balk met drie rode rozen met gele hartjes. De balk is aan beide kanten geel omzoomd en loopt van de linkerbovenzijde naar de rechteronderzijde.
De twee resterende delen zijn identiek en laten een schaakbordpatroon zien van lichtblauwe en witte blokken.

Staatsieportret van Prinses Nina, met links de vlag van Seborga en rechts haar prinselijke standaard, op het ordelint dat ze draagt, is de grote versie van het wapen van Seborga afgebeeld (© Principato di Seborga)

Geel en zwart zijn de traditionele kleuren van Zwaben, een streek in Zuid-Duitsland die gedeeltelijk in Beieren en in Baden-Württemberg ligt en waar Prinses Nina vandaan komt.
De roos is in de heraldiek een symbool voor adel, moed en verdienste.
De blauw-witte blokken verwijzen naar de (maritieme) seinvlag voor de letter N (voor Nina). De N-seinvlag heeft eveneens een blauw-wit schaak- of blokkenpatroon.

Wapen

Kijken we tot slot nog even naar het wapen van Seborga. Zoals we al zagen zijn er twee versies: het ‘kleine’ wapen, zoals het ook op de vlag staat afgebeeld en dat bestaat uit het schild met de kroon erboven.

Links: ‘Klein’ wapen van Seborga / Rechts: ‘Groot’ wapen van Seborga

Het complete of ‘grote’ wapen van Seborga toont het wapenschild op een gekroonde hermelijnen mantel met op een gouden (of gele) banderol de wapenspreuk Sub Umbra Sedi (Ik zat in de schaduw).
Deze ietwat curieuze wapenspreuk schijnt op z’n minst terug te gaan tot 1261.
In een uit dat jaar afkomstige Regels en Voorschriften van Seborga komt het al voor. Het zou een uitspraak geweest zijn van Prins-Abt Aicardo, die, toen hij Seborga bezocht en langs het steile en zonnige pad dat naar de stad leidde, hij in de schaduw onder de olijfbomen en kastanjes rond Seborga had kunnen uitrusten.

Seborga vanuit de lucht (publiek domein)

Italië – Festa della Repubblica / Feest van de Republiek (1946)

Twee vlaggen vandaag. Vlag 2:

Deze Italiaanse feestdag komt voort uit een nationaal referendum, gehouden in 1946. Na het einde van de Tweede Wereldoorlog en het fascistische regime, kon het volk zich uitspreken of ze de monarchie wilden handhaven of liever een republiek als staatsvorm zagen.

Formulier van het referendum van 2 juni 1946: wie voor een republikeinse staatsvorm was, diende het vakje links aan te vinken, wie de monarchie wilde handhaven diende het vakje rechts aan te kruisen (publiek domein)

Van de in totaal 23.437.207 uitgebrachte stemmen bleek een grote verdeeldheid. Vóór de monarchie stemden 10.719.284 mensen. Tegen (en dus vóór de republiek) stemden 12.717.923 mensen.

Staatsieportrret van Umberto en Marie José ten tijde van hun huwelijk in 1930 (publiek domein)

Daarmee werden de nog maar pas geïnstalleerde koning Umberto II en zijn vrouw, koningin Marie José (geboren als Belgische prinses) op 12 juni 1946 afgezet en in ballingschap gestuurd, na een koningschap van 34 dagen.

Umberto en Marie José op een postzegel ter gelegenheid van hun huwelijk in 1930 (© Poste Italiane)

Umberto werd dus opgevolgd door de eerste (interim) president van Italië, de voormalige verzetsman Alcide de Gasperi, die tevens een van de voorvechters van de Europese Gemeenschap was.

Alcide de Gasperi (1881-1954), eerste president van Italië (publiek domein)

Deze feestdag wordt ieder jaar gevierd met een grote militaire parade in Rome, afgenomen door de Italiaanse president, in zijn rol als bevelhebber van de strijdkrachten, waarbij ook de leden van de regering en buitenlandse diplomaten van de partij zijn.

Il Vittoriano, het Vittoriano-monument (1911), waar ook het Graf van de Onbekende Soldaat te vinden is (foto: Paolo Costa Baldi)

Tevens is er de traditionele fly-by boven Rome, met rook in de kleuren van de Italiaanse vlag en zal President Sergio Mattarella een krans leggen bij het Graf van de Onbekende Soldaat bij het Vittoriano-monument aan het Piazza Venezia.

President Mattarella van Italië legt een krans bij het Graf van de Onbekende Soldaat bij Il Vittoriano (screenshot)
Daarna is er een ‘flypast’ door de Italiaanse luchtmacht boven het monument (screenshot)

De vlag

Vlag van Italië (1946-heden)

De Italiaanse vlag vindt zijn oorsprong in de door Napoleon gestichte Cispadaanse Republiek. Deze republiek werd in 1796 gevormd door vier Noord-Italiaanse gebieden: Modena, Bologna, Ferrara en Reggio Emilia. De naam betekent zoveel als ‘aan deze kant van de Po’. (Aan de andere kant van de rivier lag de Transpadaanse Republiek).

Deze op Franse leest geschoeide republiek heeft slechts twee jaar bestaan. De gebruikte driekleur was geënt op de Franse Tricolore, waarbij de blauwe baan vervangen werd door een groene.
Wellicht vanwege de groene kleur van de regionale Milanese burgerwacht. De vlag was gekanteld t.o.v. de Franse, dus horizontaal.

Links: Vlag van de Cispadaanse Republiek (1796-1797) / Rechts: Koning Carlo Alberto van Sardinië (1798-1849), olieverfschilderij uit circa 1831/33 door Pietro Ayres (1794-1878) (Collectie Castello Reale di Raccogni / publiek domein)

Italië als eenheid bestond in die tijd nog niet, het was een verzameling onafhankelijke staten en staatjes.

Italië in 1843: een lappendeken van rijkjes, het Koninkrijk Sardinië (blauw), het Koninkrijk Lombardije-Venetië (mintgroen), het Hertogdom Parma en Piacenza (groen), het Hertogdom Modena en Reggio (lila), het Groothertogdom Toscane (geel), de Pauselijke Staat (paars) en het Koninkrijk der Beide Siciliën (zalmkleurig) (© Gigilo83)

In 1848 voerde koning Carlo Alberto van Sardinië de driekleur in als nationale vlag en zette zijn wapen middenin de vlag. (Het Koninkrijk Sardinië bestond behalve het gelijknamige eiland ook uit het westelijke gedeelte van wat tegenwoordig Noord-Italië is).

Italie naast elkaar
Links: de vlag van Carlo Alberto van Sardinië, later de Italiaanse vlag onder de Savoye monarchie / Rechts: een ‘verfraaid’ exemplaar van de vlag, tentoongesteld in Milaan

Vanaf 1861 heerste het vorstenhuis Savoye over het uit verschillende delen samengevoegde Italië en nam de Sardinische driekleur over. In 1870 werd de totale vereniging een feit. De groen-wit-rode vlag werd gehandhaafd, met het wapen van Savoye op de witte baan. Na de Tweede Wereldoorlog en het afschaffen van de monarchie werd het wapen op 19 juni 1946 van de vlag verwijderd en hebben we de vlag zoals we hem nu nog kennen.

Kaart van Italië (© freeworldmaps.net)

Vlag van de president

Presidentiële vlag van Italië, de zesde sinds 1965 (2006-heden)

De eerste -provisionele- presidentiële vlag van Italië uit 1946 was gelijk aan de nationale vlag.
Het provisionele karakter van die vlag (die als zodanig dus niet herkenbaar was) bleek zeer rekbaar, want ze bleef als zodanig in gebruik tot 1965.

Evolutie van de presidentiële vlag

Voor een relatief jonge vlag heeft de presidentiële vlag (of standaard) veel verschijningsvormen gekend, hoewel de laatste drie versies nauwelijks van elkaar te onderscheiden zijn.
Het was de minister van Defensie, Giulio Andreotti, die president Giuseppe Saragat het voorstel deed om een speciale onderscheidingsvlag voor het presidentschap in te voeren. Aldus geschiedde.

Giulio Andreotti en Giuseppe Saragat tijdens een NAVO-vergadering op 17 december 1963 (screenshot)

Deze vlag werd ingevoerd op 22 september 1965 en bestond uit een blauw veld met het embleem* van Italië in goud.
Na 25 jaar besloot president Francesco Cossiga in 1990 de vlag te veranderen. Dit tweede model bestond uit de drie banen van de Italiaanse vlag (groen-wit-rood) met een brede blauwe rand en werd ingevoerd op 22 maart 1990.
*) Hoewel dit embleem vaak als wapen van Italië gezien wordt, is het dat strikt genomen niet, aangezien bij het ontwerp geen rekening is gehouden met regels uit de heraldiek (geen schild bijvoorbeeld), spreken we hier van een embleem

Verschillende versies van de presidentiële vlag, v.l.n.r.: 1965-1990, 1990-1992, 1992-2000

Nummer twee hield het niet lang uit: twee jaar later greep president Oscar Luigi Scalfaro terug naar het eerste model, maar met het Italiaanse embleem verkleind, waardoor de teller op drie kwam.
Het was echter president Carlo Azeglio Ciampi die het vierde model invoerde op 24 oktober 2000, dat op een paar kleine cosmetische veranderingen na. nu nog in gebruik is.

Nummer vijf, ingevoerd op 17 januari 2003 was dan ook nauwelijks te onderscheiden van nummer vier, de groene kleur werd iets lichter. Bij de laatste aanpassing (nummer zes) , ingevoerd op 14 april 2006 werd het groen weer ietsiepietsie groener.

Sergio Mattarella (1941), president van Italië met de presidentiële vlag (screenshot)

Terug in de tijd

De gedachte achter het huidige model (nummers vier, vijf en zes) is op z’n minst opvallend te noemen.
Het ontwerp grijpt namelijk terug op de vlag van de Italiaanse Republiek die tussen 1802 en 1805 bestond, gelegen in Noord-Italië, met Milaan als hoofdstad en Napoleon als president.

Op deze kaart zien we de Napoleontische Italiaanse Republiek (1802-1805) in het groen (uit “Nord Italia nel 1803 dall’Atlante Storico” door William R. Shepherd, 1926 / publiek domein)

Deze kortstondige republiek voerde een vlag die de kleuren van het huidige Italië had (groen-wit-rood).
het was een vierkante vlag met een rood veld, daaroverheen een witte ruit, met daarop een groen vierkant.

Links: Vlag van de Italiaanse Republiek (1802-1805) / Rechts: Napoleon Bonaparte (1769-1821), olieverfschilderij uit 1807 door Hippolyte Delaroche (1797-1856) (privécollectie)

Zoals we kunnen zien vormde dit de basis voor de huidige presidentiële vlag: er is een brede blauwe rand aan toegevoegd en het gouden (of gele) embleem van Italië op het groene veld.

Seborga – Giorgio I scelto come primo principe di Seborga / Giorgio I gekozen als eerste prins van Seborga (1963)

Prins Giorgio I van Seborga, ongedateerde foto (publiek domein)

Vandaag is het 59 jaar geleden dat mimosa-teler Giorgio Carbone werd gekozen als eerste prins van het ministaatje Seborga, waarmee hij Prins Giorgio I werd en Italië plotseling een vorstendom binnen z’n grenzen had.

Links: Ligging van Seborga in de Italiaanse regio Ligurië (publiek domein) / Rechts: Seborga’s burgemeester Pasquale Regni (1951) (© Comune di Seborga)

Voor alle duidelijkheid: de claim van het stadje, met een bevolking van zo’n 300 inwoners, wordt door niemand erkend.
Volgens Italië is het een Italiaanse gemeente met een Italiaanse burgemeester, Pasquale Regni.

Kaart met alle gemeenten van de provincie Imperia (het meest westelijke deel van de regio Legurië), de kleine gemeente Seborga is net ten westen van het veel grotere Sanremo te vinden (© provincia.imperia.it)

Dat neemt niet weg dat Seborga zijn claim sinds 1963 stug vol blijft houden en niets achterwege heeft gelaten om alles wat bij het uiterlijk vertoon van een vorstendom hoort in het leven te roepen, dus zijn er grenswachten (af en toe), eigen munten, postzegels en nummerborden en nog veel meer.
Maar waar komt dit allemaal vandaan?

Seborga (publiek domein)

Claim

Giorgio Carbone kwam in 1963 met een theorie nadat hij bepaalde archieven van het Vaticaan had ‘gevonden’.
Volgens Carbone was Seborga sinds 954 al een onafhankelijke staat en was het vanaf 1079 een prinsdom binnen het Heilige Roomse Rijk, waarbij de abten van het klooster tevens prinsen van het staatje waren.
De gevonden documenten leken erop te wijzen dat Seborga in 1729 nooit officieel in het bezit was geweest van het Huis van Savoye (het Koninkrijk Sardinië) en daarmee in 1861 illegaal was opgenomen in het Koninkrijk Italië tijdens de unificatie, waarmee het dus nog steeds een onafhankelijk prinsdom moest zijn.

Welkomstbord aan de Italiaans-Seborgiaanse grens (publiek domein)

Giorgio I

Carbone was beslist iemand die zijn plaatsgenoten enthousiasmeerde en bij de daarop volgende prinselijke verkiezing van 14 mei 1963 voor een ‘staatshoofd’, werd hij als prins gekozen, waarmee hij voortaan door het leven ging als Zijne Grootheid (Sua Tremendità) Prins Giorgio I van Seborga.

Prins Giorgio I, ongedateerde foto (publiek domein)

Hij formeerde een kabinet van ministers en/of raadgevers en voerde een eigen munt in, de luigino, die (alleen in Seborga) naast de Italiaanse lire kon worden gebruikt en dezelfde waarde had.
Uiteraard kwamen er ook een vlag (daar komen we straks natuurlijk nog over te spreken) en een staatswapen met de wapenspreuk Sub Umbra Sedi (Ik zat in de schaduw).

Plattegrond van Seborga (© OpenStreetMap)

Dat dit alles het stadje geen windeieren heeft gelegd is wel zeker: toeristen komen graag naar Seborga om toch een keer in het mini-landje te zijn geweest en voor de populaire souvenirs: munten, postzegels, (nep)paspoorten, (nep)nummerborden en (uiteraard!) vlaggen.
Bovendien ligt het op korte afstand van populaire kustplaatsen als Monaco, Menton, Ventimiglia en Sanremo.

Populaire souvenirs uit Seborga met het staatswapen (© Principato di Seborga)

Als men al dacht dat dit prinsdom na een tijdje een stille dood zou sterven, kwam men toch bedrogen uit! Giorgio vervulde zijn rol met veel plezier en overtuiging en hij bleef dan ook 46 jaar lang Prins van Seborga tot aan zijn dood op 25 november 2009, waarna er een nieuwe prins werd gekozen.
Tot aan die verkiezingen werd er een tijdelijke regent aangesteld: Alberto Romano.

Marcello I

Dat de inwoners niets tegen nieuwkomers hadden, bleek uit de verkiezing van 25 april 2010, waarbij de van oorsprong Zwitsers/Italiaanse Marcello Menegatto (erfgenaam van een kousen-imperium) als nieuwe prins werd gekozen, waarna hij door het leven ging als Prins Marcello I, niet als Zijne Grootsheid zoals zijn voorganger, maar door het wat gebruikelijkere Zijne Doorluchtige Hoogheid (net als de prinsen van Monaco).

Links: Staatsieportret van Prins Marcello I, de tweede prins van Seborga (publiek domein) / Rechts Prins Marcello (1978) met de kroon van Seborga (publiek domein)

Zijn vrouw, de uit Duitsland afkomstige Nina Menegatto-Döbler werd zijn minister van Buitenlandse Zaken.
Hoewel Prins Giorgio nog voor het leven prins was, werd de termijn voor regerend prins of prinses nu op zeven jaar vastgesteld.

Prins Marcello I en zijn vrouw Nina Menegatto, de minister van Buitenlandse Zaken (fotograaf onbekend)

Tijdens de ‘regering’ van Prins Marcello raakte zijn huwelijk met buitenlandminister Nina in het slop en in 2019, twee jaar na zijn herverkiezing in 2017, trad hij af. Het paar scheidde en Marcello vertrok naar Catalonië.

Verkiezingen 2019

De verkiezing van 10 november in volle gang (publiek domein)

Dus nog maar twee jaar na de laatste verkiezing konden de bewoners van Seborga op 10 november 2019 opnieuw naar de stembus.

Op 27 oktober, in aanloop naar de verkiezing werden de beide kandidates aan het volk gepresenteerd (publiek domein)

De strijd ging dit keer tussen twee vrouwen: Nina Menegatto, die na haar scheiding van Prins Marcello in Seborga was gebleven en Laura di Bisceglie, de dochter van Prins Giorgio.

Laura di Bisceglie brengt haar stem uit (publiek domein)

De opkomst bij de verkiezing was 78,95%, 122 stemmen gingen naar Nina Menegatto en 69 naar haar uitdaagster Laura di Bisceglie, waarmee Seborga een nieuw staatshoofd had: Prinses Nina, die na haar verkiezing de vier leden van de Kroonraad benoemde: Mauro Carassale, Sabina Tomassoni, Giovanni Fiori en Luca Pagani.
De overige vijf leden van de Kroonraad werden rechtstreeks door de inwoners gekozen.

Nina Menegatto brengt haar stem uit (publiek domein)

Nina

De prinses beschikt zeer zeker over de nodige kwalificaties. Geboren in 1978 als Nina Döbler in Kempten (Beieren), studeerde ze aan het Institut Monte Rosa in Montreux (Zwitserland) en haalde daarna een MBA in marketing aan de Internationale Universiteit van Monaco.
Naast haar moedertaal Duits, spreekt ze vloeiend Italiaans, Engels en Frans.

Hoewel al in functie sinds eind 2019, werd Prinses Nina pas op 20 augustus 2020 (de Nationale Feestdag) ingehuldigd, waarbij ze de eed zwoer en de sleutels van de stad uitgereikt kreeg (foto: publiek domein)

Nina ging voortvarend aan de slag en kwam met een te verwezenlijken 10-puntenplan. Om een paar punten te noemen: terugvordering van de documenten waaruit de onafhankelijkheid van het vorstendom Seborga blijkt, intensivering van de promotie van Seborga via de klassieke en sociale media en buitenlandse vertegenwoordigers, de oprichting van een gemeenschappelijke online-winkel om het prinsdom middels Seborga-souvenirs op de kaart te zetten en de voortzetting van het bouwproject voor een luxe hotel in Seborga.

20 augustus 2021: presentatie van de nieuwe munten met de beeltenis van Prinses Nina en van het nieuwe wapen (rechts) van de Corpo delle Guardie (het Gardekorps) (publiek domein)
Een munt van 1½ luigino met de beeltenis van Prinses Nina (publiek domein)
Prinses Nina met de prinselijke kroon op haar hoofd, die, zoals we hier kunnen zien een ietwat te groot is om echt te dragen! (© Principato di Seborga)

Toerisme

Het toerisme is sinds Seborga ‘onafhankelijk’ is een belangrijke bron van inkomsten.

Links: Toeristisch paspoort van Seborga (© Principato di Seborga) / Rechts: Seborga’s munt, de luigino (meervoud: luigini) is onderverdeeld in 100 centesimo en populair bij veel muntenverzamelaars, de munten dienen naast de euro ook als betaalmiddel in Seborga, bankbiljetten zijn nooit uitgegeven (© Principato di Seborga)

Dat uit zich in de uitgave van eigen munten, postzegels, (onofficiële) paspoorten, nummerborden, sleutelhangers, petjes en mondkapjes waar verzamelaars en souvenirjagers tuk op zijn.

Nummerborden uit Seborga uit 1997 en 2004 (publiek domein)
Nummerborden uit Seborga, links een plaat uit 2013, rechts een diplomatiek nummerbord (CD = Corpi Diplomatici) (publiek domein)

Daarnaast wordt de grens met Italië in het toeristenseizoen bewaakt door het Corpo della Guardie (Gardekorps), zowel te voet als te paard. Het korps is ook van de partij bij officiële functies en verkiezingen.

Grensbewaking door de Corpo della Guardie, allemaal vrijwilligerswerk (publiek domein)

Dit alles neemt niet weg dat Seborga officieel gewoon een Italiaanse gemeente is met een burgemeester en een gemeenteraad. Maar op alle fronten wordt er goed met elkaar samengewerkt.

De vlag

Vlag van Seborga (1997-heden)

De vlag van Seborga werd ingevoerd in 1997 en bestaat uit twee delen: de mastzijde heeft een wit vlak dat ongeveer eenderde van de vlag inneemt. Op dit witte veld is de ‘kleine’versie van het wapen van Seborga geplaatst: een wit omzoomd schild in blauw met daaroverheen een wit, zogenaamd “Grieks” kruis.
Erboven een kroon in goud (geel) en rood.
Het grotere, uitwaaiende gedeelte van de vlag bestaat uit een wit veld met negen horizontale balken in blauw.

Eerdere vlaggen

Blauw en wit zijn de kleuren van Seborga, die tot zeker de 12e eeuw terug gaan. Tot 1729 had Seborga een vlag die diagonaal verdeeld was van de bovenkant van de mastzijde naar de onderkant van het uitwaaiend gedeelte, wit boven, blauw onder.
In 1729 werd Seborga met 14 km² land daaromheen, verkocht (illegaal volgens Seborga), aan het Koninkrijk Sardinië (dat in 1861 opging in het Koninkrijk Italië) en kennelijk is de vlag toen in onbruik geraakt.

Links: De historische vlag van Seborga / Rechts: Vlag van Seborga (1995-1997)

Enige onduidelijkheid lijkt er te zijn over wanneer de blauw-witte vlag weer in gebruik kwam, maar op enig moment zal dit toch gebeurd zijn.
Eveneens onduidelijk is het wanneer de eerste vlag van het onafhankelijke prinsdom is ingevoerd, officieel zou dit in 1995 geweest moeten zijn, waarmee die versie maar twee jaar bestaan zou hebben, daar de huidige vlag uit 1997 stamt.

Ongedateerde foto van Prins Giorgio met (waarschijnlijk) een vroege (?) versie van de vlag van 1995-1997 (publiek domein)

Daar Seborga al sinds 1963 ‘onafhankelijk’ is, zou het voor de hand gelegen hebben gelijk een onderscheidende vlag in te voeren. Toch lijkt dat niet gebeurd te zijn, hoewel één ongedateerde foto van Prins Giorgio (hierboven) erop lijkt te wijzen dat er wel degelijk een aparte vlag bestond, een voorloper van de vlag die tussen 1995 en 1997 in gebruik was? Het is de historische vlag van Seborga met het (uitgebreide) wapen in het midden, maar dan in mini-vorm!

Links: De vlag van Seborga tussen 1995 en 1997 (publiek domein) / Rechts: Een speciale versie van de 1995/1997-vlag met gouddraad thuis bij Prins Giorgio, wellicht gebruikt als persoonlijke standaard (publiek domein)

De versie die tussen 1995 en 1997 in gebruik was, is hieraan gelijk maar dan met het (uitgebreide) wapen in groot formaat.

Foto van Prins Giorgio, gemaakt op 25 januari 2008, met de huidige, in 1997 ingevoerde vlag van Seborga (publiek domein)

Het is niet de enige verwarring, want in de Algemene Statuten van het prinsdom wordt in artikel 4, dat over de vlag gaat, nog steeds de historische vlag beschreven: “De vlag van Seborga bestaat uit twee driehoeken in wit en blauw”.

Een kleine concentratie Seborga-vlaggen! (publiek domein)

Prinselijke standaard

Prinses Nina heeft de beschikking over een persoonlijk wapen en een persoonlijke standaard, ontworpen door heraldicus Ezio Forcella.
De standaard is, zoals gebruikelijk bij vorstelijke vlaggen vierkant en toont het het (basis)wapen van Seborga, een wit ‘Grieks’ kruis op een blauw veld met daaroverheen het speciaal voor haar ontworpen wapen.

Links: Prinselijke standaard van Prinses Nina / Rechts: Wapen van Prinses Nina

Dat wapen bestaat uit een langgerekte ruitvorm, die in drieën gedeeld is. Het centrale deel bestaat uit een zwarte balk met drie rode rozen met gele hartjes. De balk is aan beide kanten geel omzoomd en loopt van de linkerbovenzijde naar de rechteronderzijde.
De twee resterende delen zijn identiek en laten een schaakbordpatroon zien van lichtblauwe en witte blokken.

Staatsieportret van Prinses Nina, met links de vlag van Seborga en rechts haar prinselijke standaard, op het ordelint dat ze draagt, is de grote versie van het wapen van Seborga afgebeeld (© Principato di Seborga)

Geel en zwart zijn de traditionele kleuren van Zwaben, een streek in Zuid-Duitsland die gedeeltelijk in Beieren en in Baden-Württemberg ligt en waar Prinses Nina vandaan komt.
De roos is in de heraldiek een symbool voor adel, moed en verdienste.
De blauw-witte blokken verwijzen naar de (maritieme) seinvlag voor de letter N (voor Nina). De N-seinvlag heeft eveneens een blauw-wit schaak- of blokkenpatroon.

Wapen

Kijken we tot slot nog even naar het wapen van Seborga. Zoals we al zagen zijn er twee versies: het ‘kleine’ wapen, zoals het ook op de vlag staat afgebeeld en dat bestaat uit het schild met de kroon erboven.

Links: ‘Klein’ wapen van Seborga / Rechts: ‘Groot’ wapen van Seborga

Het complete of ‘grote’ wapen van Seborga toont het wapenschild op een gekroonde hermelijnen mantel met op een gouden (of gele) banderol de wapenspreuk Sub Umbra Sedi (Ik zat in de schaduw).
Deze ietwat curieuze wapenspreuk schijnt op z’n minst terug te gaan tot 1261.
In een uit dat jaar afkomstige Regels en Voorschriften van Seborga komt het al voor. Het zou een uitspraak geweest zijn van Prins-Abt Aicardo, die, toen hij Seborga bezocht en langs het steile en zonnige pad dat naar de stad leidde, hij in de schaduw onder de olijfbomen en kastanjes rond Seborga had kunnen uitrusten.

Seborga vanuit de lucht (publiek domein)

Italië – Festa della Repubblica / Feest van de Republiek (1946)

Deze Italiaanse feestdag komt voort uit een nationaal referendum, gehouden in 1946. Na het einde van de Tweede Wereldoorlog en het fascistische regime, kon het volk zich uitspreken of ze de monarchie wilden handhaven of liever een tepubliek als staatsvorm zagen.

Van de in totaal 23.437.207 uitgebrachte stemmen bleek een grote verdeeldheid. Vóór de monarchie stemden 10.719.284 mensen. Tegen (en dus vóór de republiek) stemden 12.717.923 mensen.

Daarmee werden de nog maar pas geïnstalleerde koning Umberto II en zijn vrouw, koningin Marie José (geboren als Belgische prinses) op 12 juni 1946 afgezet en in ballingschap gestuurd, na een koningschap van 34 dagen.

Umberto II en Marie José
Umberto II en Marie José

Normaliter wordt deze feestdag ieder jaar gevierd met een grote militaire parade in Rome, afgenomen door de Italiaanse president, in zijn rol als bevelhebber van de strijdkrachten, waarbij ook de leden van de regering en buitenlandse diplomaten van de partij zijn.
Net als vorig jaar is echter alles anders. Het coronavirus heeft hard toegeslagen in Italië waardoor de parade zal voor het tweede jaar opnieuw niet plaatsvinden, net nu 75 jaar republiek gevierd had kunnen worden.

Il Vittoriano, het Vittoriano-monument (1911), waar ook het Graf van de Onbekende Soldaat te vinden is (foto: Paolo Costa Baldi)


Wél zal de traditionele fly-by boven Rome, met rook in de kleuren van de Italiaanse vlag, doorgang vinden en zal President Sergio Mattarella een krans leggen bij het Graf van de Onbekende Soldaat bij het Vittoriano-monument aan het Piazza Venezia.

De vlag

Vlag Italië
Vlag van Italië

De Italiaanse vlag vindt zijn oorsprong in de door Napoleon gestichte Cispadaanse Republiek. Deze republiek werd in 1796 gevormd door vier Noord-Italiaanse gebieden: Modena, Bologna, Ferrara en Reggio Emilia. De naam betekent zoveel als ‘aan deze kant van de Po’. (Aan de andere kant van de rivier lag de Transpadaanse Republiek).

Deze op Franse leest geschoeide republiek heeft slechts twee jaar bestaan. De gebruikte driekleur was geënt op de Franse Tricolore, waarbij de blauwe baan vervangen werd door een groene.

Vlag Cispadaanse Republiek
Vlag van de Cispadaanse Republiek (1796-1797)

Wellicht vanwege de groene kleur van de regionale Milanese burgerwacht. De vlag was gekanteld t.o.v. de Franse, dus horizontaal.

Carlo Alberto van Sardinië
Koning Carlo Alberto van Sardinië (1798-1948)

Italië als eenheid bestond in die tijd nog niet, het was een verzameling onafhankelijke staten en staatjes. In 1848 voerde koning Carlo Alberto van Sardinië de driekleur in als nationale vlag en zette zijn wapen middenin de vlag. (Het Koninkrijk Sardinië bestond behalve het gelijknamige eiland ook uit het westelijke gedeelte van wat tegenwoordig Noord-Italië is).

Italie naast elkaar
Links: de vlag van Carlo Alberto van Sardinië, later de Italiaanse vlag onder de Savoye monarchie / Rechts: een ‘verfraaid’ exemplaar van de vlag, tentoongesteld in Milaan

Vanaf 1861 heerste het vorstenhuis Savoye over het uit verschillende delen samengevoegde Italië en nam de Sardinische driekleur over. In 1870 werd de totale vereniging een feit. De groen-wit-rode vlag werd gehandhaafd, met het wapen van Savoye op de witte baan. Na de Tweede Wereldoorlog en het afschaffen van de monarchie werd het wapen op 19 juni 1946 van de vlag verwijderd en hebben we de vlag zoals we hem nu nog kennen.

Italië – Festa della Repubblica/Feest van de Republiek

Deze Italiaanse feestdag komt voort uit een nationaal referendum, gehouden in 1946. Na het einde van de Tweede Wereldoorlog en het fascistische regime, kon het volk zich uitspreken of ze de monarchie wilden handhaven of liever een tepubliek als staatsvorm zagen.

Van de in totaal 23.437.207 uitgebrachte stemmen bleek een grote verdeeldheid. Vóór de monarchie stemden 10.719.284 mensen. Tegen (en dus vóór de republiek) stemden 12.717.923 mensen.

Daarmee werden de nog maar pas geïnstalleerde koning Umberto II en zijn vrouw, koningin Marie José (geboren als Belgische prinses) op 12 juni 1946 afgezet en in ballingschap gestuurd, na een koningschap van 34 dagen.

Umberto II en Marie José
Umberto II en Marie José

Normaliter wordt deze feestdag ieder jaar gevierd met een grote militaire parade in Rome, afgenomen door de Italiaanse president, in zijn rol als bevelhebber van de strijdkrachten, waarbij ook de leden van de regering en buitenlandse diplomaten van de partij zijn.
Dit jaar is echter alles anders. Het coronavirus heeft hard toegeslagen in Italië en de festiviteiten zijn afgeblazen. Wél zal de traditionele fly-by boven Rome, met rook in de kleuren van de Italiaanse vlag, doorgang vinden.

De vlag

Vlag Italië
Vlag van Italië

De Italiaanse vlag vindt zijn oorsprong in de door Napoleon gestichte Cispadaanse Republiek. Deze republiek werd in 1796 gevormd door vier Noord-Italiaanse gebieden: Modena, Bologna, Ferrara en Reggio Emilia. De naam betekent zoveel als ‘aan deze kant van de Po’. (Aan de andere kant van de rivier lag de Transpadaanse Republiek).

Deze op Franse leest geschoeide republiek heeft slechts twee jaar bestaan. De gebruikte driekleur was geënt op de Franse Tricolore, waarbij de blauwe baan vervangen werd door een groene.

Vlag Cispadaanse Republiek
Vlag van de Cispadaanse Republiek (1796-1797)

Wellicht vanwege de groene kleur van de regionale Milanese burgerwacht. De vlag was gekanteld t.o.v. de Franse, dus horizontaal.

Carlo Alberto van Sardinië
Koning Carlo Alberto van Sardinië (1798-1948)

Italië als eenheid bestond in die tijd nog niet, het was een verzameling onafhankelijke staten en staatjes. In 1848 voerde koning Carlo Alberto van Sardinië de driekleur in als nationale vlag en zette zijn wapen middenin de vlag. (Het Koninkrijk Sardinië bestond behalve het gelijknamige eiland ook uit het westelijke gedeelte van wat tegenwoordig Noord-Italië is).

Italie naast elkaar
Links: de vlag van Carlo Alberto van Sardinië, later de Italiaanse vlag onder de Savoye monarchie / Rechts: een ‘verfraaid’ exemplaar van de vlag, tentoongesteld in Milaan

Vanaf 1861 heerste het vorstenhuis Savoye over het uit verschillende delen samengevoegde Italië en nam de Sardinische driekleur over. In 1870 werd de totale vereniging een feit. De groen-wit-rode vlag werd gehandhaafd, met het wapen van Savoye op de witte baan. Na de Tweede Wereldoorlog en het afschaffen van de monarchie werd het wapen op 19 juni 1946 van de vlag verwijderd en hebben we de vlag zoals we hem nu nog kennen.

Italië – Festa del Tricolore (Feest van de driekleur)

Het Festa del Tricolore (Feest van de driekleur), ook wel bekend als Giornata Nazionale della Bandiera (Nationale Vlagdag) is een officiële Italiaanse feestdag en wordt gevierd sinds 1997. De datum van 7 januari is gekozen omdat op die datum in 1797 in de de Noord-Italiaanse stad Reggio Emilia de driekleur voor het eerst werd gehesen in wat toen de Cispadaanse Republiek heette. Hoewel dit dus een officiële feestdag is, is het voor de meeste Italianen geen vrije dag, maar uiteraard is er wel veel extra vlagvertoon, vooral in Reggio Emilia.

De vlag

Vlag Italië
Vlag van Italië

De Italiaanse vlag vindt zijn oorsprong in de door Napoleon gestichte Cispadaanse Republiek. Deze republiek werd in 1796 gevormd door vier Noord-Italiaanse gebieden: Modena, Bologna, Ferrara en Reggio Emilia. De naam betekent zoveel als ‘aan deze kant van de Po’. (Aan de andere kant van de rivier lag de Transpadaanse Republiek).

Deze op Franse leest geschoeide republiek heeft slechts twee jaar bestaan. De gebruikte driekleur was geënt op de Franse Tricolore, waarbij de blauwe baan vervangen werd door een groene.

italie 01
Links: Vlag van de Cispadaanse Republiek (1796-1797) / Rechts: Koning Carlo Alberto van Sardinië (1798-1848), door een onbekende schilder (© publiek domein)

Wellicht vanwege de groene kleur van de regionale Milanese burgerwacht. De vlag was gekanteld t.o.v. de Franse, dus horizontaal.

Italië als eenheid bestond in die tijd nog niet, het was een verzameling onafhankelijke staten en staatjes. In 1848 voerde koning Carlo Alberto van Sardinië de driekleur in als nationale vlag en zette zijn wapen middenin de vlag. (Het Koninkrijk Sardinië bestond behalve het gelijknamige eiland ook uit het westelijke gedeelte van wat tegenwoordig Noord-Italië is).

Italie naast elkaar
Links: de vlag van Carlo Alberto van Sardinië, later de Italiaanse vlag onder de Savoye monarchie / Rechts: een ‘verfraaid’ exemplaar van de vlag, tentoongesteld in Milaan

Vanaf 1861 heerste het vorstenhuis Savoye over het uit verschillende delen samengevoegde Italië en nam de Sardinische driekleur over. In 1870 werd de totale vereniging een feit. De groen-wit-rode vlag werd gehandhaafd, met het wapen van Savoye op de witte baan. Na de Tweede Wereldoorlog en het afschaffen van de monarchie werd het wapen op 19 juni 1946 van de vlag verwijderd en hebben we de vlag zoals we hem nu nog kennen.

Italië – Festa della Repubblica (Dag van de Republiek)

Deze Italiaanse feestdag komt voort uit een nationaal referendum, gehouden in 1946. Na het einde van de Tweede Wereldoorlog en het fascistische regime, kon het volk zich uitspreken of ze de monarchie wilden handhaven of liever een tepubliek als staatsvorm zagen.

Van de in totaal 23.437.207 uitgebrachte stemmen bleek een grote verdeeldheid. Vóór de monarchie stemden 10.719.284 mensen. Tegen (en dus vóór de republiek) stemden 12.717.923 mensen.

Daarmee werden de nog maar pas geïnstalleerde koning Umberto II en zijn vrouw, koningin Marie José (geboren als Belgische prinses) op 12 juni 1946 afgezet en in ballingschap gestuurd, na een koningschap van 34 dagen.

Umberto II en Marie José
Umberto II en Marie José

De feestdag wordt ieder jaar gevierd met een grote militaire parade in Rome, afgenomen door de Italiaanse president, in zijn rol als bevelhebber van de strijdkrachten. Maar ook de leden van de regering en buitenlandse diplomaten zijn van de partij. Hoewel de nadruk dus op Rome ligt, zijn er ook in andere Italiaanse steden diverse festiviteiten.

De vlag

Vlag Italië
Vlag van Italië

De Italiaanse vlag vindt zijn oorsprong in de door Napoleon gestichte Cispadaanse Republiek. Deze republiek werd in 1796 gevormd door vier Noord-Italiaanse gebieden: Modena, Bologna, Ferrara en Reggio Emilia. De naam betekent zoveel als ‘aan deze kant van de Po’. (Aan de andere kant van de rivier lag de Transpadaanse Republiek).

Deze op Franse leest geschoeide republiek heeft slechts twee jaar bestaan. De gebruikte driekleur was geënt op de Franse Tricolore, waarbij de blauwe baan vervangen werd door een groene.

Vlag Cispadaanse Republiek
Vlag van de Cispadaanse Republiek (1796-1797)

Wellicht vanwege de groene kleur van de regionale Milanese burgerwacht. De vlag was gekanteld t.o.v. de Franse, dus horizontaal.

Carlo Alberto van Sardinië
Koning Carlo Alberto van Sardinië (1798-1948)

Italië als eenheid bestond in die tijd nog niet, het was een verzameling onafhankelijke staten en staatjes. In 1848 voerde koning Carlo Alberto van Sardinië de driekleur in als nationale vlag en zette zijn wapen middenin de vlag. (Het Koninkrijk Sardinië bestond behalve het gelijknamige eiland ook uit het westelijke gedeelte van wat tegenwoordig Noord-Italië is).

Italie naast elkaar
Links: de vlag van Carlo Alberto van Sardinië, later de Italiaanse vlag onder de Savoye monarchie / Rechts: een ‘verfraaid’ exemplaar van de vlag, tentoongesteld in Milaan

Vanaf 1861 heerste het vorstenhuis Savoye over het uit verschillende delen samengevoegde Italië en nam de Sardinische driekleur over. In 1870 werd de totale vereniging een feit. De groen-wit-rode vlag werd gehandhaafd, met het wapen van Savoye op de witte baan. Na de Tweede Wereldoorlog en het afschaffen van de monarchie werd het wapen op 19 juni 1946 van de vlag verwijderd en hebben we de vlag zoals we hem nu nog kennen.