
Russisch patrouilleschip geraakt en gezonken
In de vroege ochtend van afgelopen dinsdag was het opnieuw raak bij een Oekraïense aanval met zeedrones.

Het Russische patrouillevaartuig, de Sergej Kotov, werd bij de Straat van Kertsj, tussen het door de Russen bezette schiereiland De Krim en het Russische vasteland, geraakt door MAGURA V5-drones van Oekraïense makelij.

Het 94 meter lange schip liep schade op aan zowel bakboord-, stuurboord- én achterzijde zo meldde de Oekraïense militaire inlichtingendienst, die tevens beelden van de aanval deelde
De schade aan het 65 miljoen dollar kostende vaartuig was dermate groot dat het hierna zonk.

Volgens dezelfde inlichtingendienst zouden er bij de aanval zeven opvarenden zijn omgekomen en zes gewonden zijn gevallen. Het schip heeft doorgaans een bemanning van tachtig personen, maar het lijkt erop dat er ten tijde van de aanval minder manschappen aan boord waren: de inlichtingendienst repte over 52 geredde militairen.

Rusland heeft tot nu toe niets over de aanval gezegd, maar zoals wel vaker het geval is, hebben verschillende Russische militaire bloggers het verlies van de Sergej Kotov bevestigd.
Het schip is er een uit een serie van vier met de codenaam Project 22160. Het eerste schip werd in 2018 opgeleverd en er zijn er momenteel nog twee in aanbouw.

Volgens Oekraïne speelde de Sergej Kotov twee jaar geleden, aan het begin van de oorlog, een rol bij de aanval op Slangeneiland, bij de Oekraïens-Roemeense grens, samen met de geleide-raketkruiser Moskva, die op zijn beurt op 14 april 2022 door Oekraïne tot zinken werd gebracht.
Een van de redenen om actief Russische marineschepen aan te vallen, is de zeemacht dusdanig te verzwakken dat de Zwarte Zee-corridor voor vrachtschepen (de graanexport) vanuit Odessa en omgeving, open gehouden wordt.
Die strategie blijkt bijzonder succesvol: de export is zelfs zodanig toegenomen, dat die op het niveau van vóór de oorlog is.
President Zelensky liet op dinsdag in zijn reguliere videotoespraak dat er geen veilige havens voor ‘Russische terroristen’ in de Zwarte Zee zijn en dat die er ook niet zullen komen.
Odessa onder vuur
Het lijkt er sterk op dat het Kremlin gisteren vergelding zocht voor het verlies van het patrouilleschip.
In het havengebied van Odessa werd een zeedrone-faciliteit onder vuur gemomen.
Het Russische ministerie van Defensie zei dat het de hangar met succes had aangevallen: “Het doel is bereikt, het doel is bereikt”.
Volgens Oekraïne verloren vijf mensen het leven bij de aanval.

De aanval was mede opmerkelijk omdat niet ver daarvandaan president Zelensky een ontmoeting had met de Griekse premier Kyriakos Mitsotakis.
Griekse media meldden dat één raket een paar honderd meter van de twee leiders landde.

Tijdens een gezamenlijke persconferentie zei de Griekse premier: “We hoorden het geluid van sirenes en explosies die vlakbij ons plaatsvonden. We hadden geen tijd om naar een schuilplaats te gaan.”

“Het is een heel intense ervaring, het is heel anders om in kranten over de oorlog te lezen en het met je eigen oren te horen en met je eigen ogen te zien.”, voegde hij eraan toe.

Odessa werd afgelopen zaterdag ook hard geraakt: bij een Russische drone-aanval op de havenstad kwamen twaalf mensen om het leven, waaronder vijf kinderen. Van die vijf waren er twee nog geen jaar oud.

Er werd een flatgebouw van negen verdiepingen geraakt waarvan een deel (achttien appartementen) werd verwoest.

In een bericht op sociale media zei president Zelensky: “We hebben meer luchtverdediging nodig van onze partners.
We moeten het Oekraïense verdedigingsschild versterken om ons volk meer bescherming te bieden tegen Russische terreur.
Meer luchtverdedigingssystemen en meer raketten voor luchtverdedigingsystemen redden levens.”


De vlag

De vlag van Oekraïne bestaat uit twee even brede horizontale banen van blauw en geel.

Er zijn voldoende aanwijzingen dat de kleuren blauw en geel van de vlag ver terug gaan, zelfs tot de 15e eeuw. De kleuren gaan er echter pas echt toe doen wanneer de twee keizerrijken waar Oekraïne onderdeel van uitmaakte (het Russische en het Oostenrijks-Hongaarse), ophouden te bestaan.

De West-Oekraïense Nationale Republiek gebruikt tussen 1918 en 1919 de blauw-gele vlag. De vlag wordt gecontinueerd bij het samengaan van de twee Oekraïnes tot de Oekraïense Staat.
Tot aan 1949 heeft Oekraïne als Russische sovjet-republiek verschillende variaties van egaal rode vlaggen met de letters YCCP (Ukrayinskaya Sotsialisticheskaya Sovetskaya Respublika – oftewel Socialistische Sovjet Republiek Oekraïne) erop.
In 1949 krijgen alle Russische republieken een vlag-‘make-over’, variaties op de vlag van de Sovjet-Unie met eigen accenten. Die van Oekraïne heeft een blauwe balk aan de onderkant.

Vanaf 1990, dus nog vóór de onafhankelijkheid, wordt de blauw-gele vlag her en der al aarzelend waargenomen. Met het opnieuw zelfstandig worden, wordt de vlag officieel ingevoerd. Wettelijke status krijgt de vlag op 28 januari 1992.
De eerste vlag die ooit boven het Verchovna Rada (het Oekraïnse parlement) wapperde is nu in het parlementsmuseum te zien.
Het blauw in de vlag symboliseert de hemel, het geel de uitgestrekte tarwevelden.


Symbool
Sinds het begin van de Oekraïense oorlog op 20 februari 2022, is de nationale vlag een symbool van hoop en verzet geworden.
