Deze Grondwetdag, een officiële feestdag in Mongolië, herinnert aan de 13e januari 1992. Op die dag werd er een nieuwe grondwet aangenomen. Eén maand later, op 12 februari werd-ie van kracht. In de wet werd vastgelegd dat Mongolië een respresentatieve democratie werd, waarbij o.a. godsdienstvrijheid, vrijheid van meningsuiting, vrije verkiezingen en het recht op reizen gegarandeerd werden.

Deze grondwet was het directe gevolg van de vreedzaam verlopen revolutie van 1990, waarbij de Volksrepubliek Mongolië werd afgeschaft. Dat had dan weer alles te maken met het instorten van het communisme in de Sovjet-Unie en het daaropvolgende uiteenvallen van de deelrepublieken van het land. Tot die tijd was Mongolië naar sovjet-voorbeeld gemodelleerd.

De vlag
De Mongoolse vlag is een verticale driekleur van gelijke banen in rood, blauw, rood. Op de rode baan aan de broekings- of mastzijde bevindt zich het Soyombo-symbool. De vlag werd aangenomen naar aanleiding van de nieuwe grondwet, maar op één detail na, is hij gelijk aan de vlag van de Volksrepubliek Mongolië, die van 1945 tot 1992 bestond. Dat ene detail betreft een communistische gele ster, boven het Soyombo-symbool.


De rode kleur werd tot 1992 uitgelegd als kleur van de revolutie, nu als symbool voor voorspoed en liefde. Het blauw stond -en staat- voor de eeuwig blauwe hemel, het is tevens de traditionele kleur van Mongolië.

Het Soyombo-symbool (een zogenaamd ‘ideogram’) bestaat uit 10 symbolen, onder en naast elkaar. Op elkaar ‘gestapeld’ zien we van boven naar beneden:
-vuur, symbool voor eeuwige groei, rijkdom en succes, de drie tongen van het vuur staan voor verleden, heden en toekomst;
-zon, en tevens maan daaronder, staan voor het eeuwig bestaan van het Mongoolse rijk, net als de eeuwig blauwe lucht;
-driehoek (tevens onderaan de ‘stapel’) stelt de punt van een pijl of speer voor, die staat voor de overwinning op binnen- en buitenlandse vijanden;
-rechthoek (tevens een-na-laatste in de ‘stapel’) verleent stabiliteit aan het volgende symbool (waar het onder en boven staat), maar staat ook voor eerlijkheid en rechtvaardigheid van het Mongoolse volk, of ze nu hoog- of laaggeplaatst zijn en voor de eindeloze steppen;
-taiji (ook wel yin en yang) staat voor het complementeren van tegenpolen of tegenstellingen, zoals man/vrouw, licht/duister, goed/kwaad, enzovoort;
-de twee verticale rechthoeken aan beide zijden van de ‘stapel’ kunnen gezien worden als de muren van een fort, ze staan voor eenheid en kracht en verwijzen naar een Mongools spreekwoord, dat luidt: Een gemeenschappelijke vriendschap is sterker dan stenen muren.
De eerder genoemde Mongoolse Volksrepubliek stamde uit 1924 en ging tot aan 1945 door drie vlagveranderingen heen, zoals hieronder te zien is:
