Twee vlaggen. vandaag. Vlag 1:
De Seychellen bestaan uit 115 eilanden en vormen tezamen een archipel, maar tevens een eilandstaat, ten oosten van Afrika gelegen.
Minder dan eenderde van de eilanden is bewoond door ruim 100.000 inwoners, waarvan 90% op het hoofdeiland Mahé, daarvan 30% in de hoofdstad Victoria.
Toerisme is de belangrijkste inkomstenbron.
In de Seychellen wordt zowel Engels als Frans gesproken, maar ook het op het Frans gebaseerde Seychellencreools (ook bekend onder de namen Kreol en Seselwa).
De Seychellen vieren vandaag 48 jaar onafhankelijkheid.
De Seychellen werden ‘ontdekt’ door de 4e Portugese India Armada onder bevel van zeevaarder Vasco da Gama op 15 maart 1503.
Het was de chroniqueur/klerk Thomé Lopes aan boord van de Rui Mendes de Brito die de archipel voor het eerst in het vizier kreeg.
De Portugezen landden er niet, maar brachten wel zeven eilanden in kaart en noemden ze As Sete Irmãs (De Zeven Zusters).
Veel belangstelling voor de eilanden was er kennelijk niet, want het duurde tot januari 1609 tot de eilanden voor het eerst bezocht werden door de opvarenden van het Britse schip Ascension onder bevel van kapitein Alexander Sharpeigh, tijdens de vierde reis van handelsmaatschappij de East India Company.
Maar ook de Britten lieten de toen nog onbewoonde eilanden verder met rust.
Uiteindelijk was het de strategische ligging van de archipel ten opzichte van India die de Fransen deed inzien dat dit gebied interessant kon zijn. In 1735 werd op er op Île de France (het tegenwoordige Mauritius) een Franse gouverneur aangesteld: Bertrand-François Mahé de La Bourdonnais.
Als officier van de marine was het tevens zijn taak de zeeroute naar India veilig te stellen.
In 1742 stuurde hij een expeditie op pad onder commando van Lazare Picault om de archipel, die we nu onder de naam Seychellen kennen, in kaart te brengen.
Tijdens deze tocht werd op 21 november 1742 het huidige hoofdeiland Mahé ontdekt (dat dus vernoemd werd naar Picault’s opdrachtgever).
De archipel als geheel werd vernoemd naar Jean Moreau de Séchelles, een Frans topambtenaar en politicus.
In 1770, kreeg de Franse reder Henri Charles François Brayer du Barre toestemming van de autoriteiten in Île de France om een post op de archipel op te zetten.
Het was op maandag 27 augustus 1770 dat het schip de Thélémaque onder bevel van kapitein Leblanc Lécore en zijn tweede kapitein Faucin de Courcelle, 28 personen op het eiland Sainte Anne zette: vijftien blanke mannen, zeven zwarte slaven uit Afrika, vijf Indiërs (eveneens slaven) en een zwarte slavin om daar een gemeenschap te starten.
In de jaren daarna werden er grote aantallen creoolse slaven vanuit Île de France (Mauritius) naar de archipel gestuurd: de voorouders van de huidige bevolking.
Tijdens de Eerste Coalitieoorlog (1792-1797), een militair conflict tussen het revolutionaire Frankrijk en een bondgenootschap van Oostenrijk, Pruisen, De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden, Groot-Brittannië, Spanje, Portugal, Napels-Sicilië en Piëmont-Sardinië, waren er aan de lopende band conflicten tussen de verschillende partijen. In Frankrijk zelf ging de monarchie ten onder en deed de republiek zijn intrede.
Ook buiten Europa zelf leidde dat tot botsingen, zoals in de verschillende koloniale rijken.
Op 16 mei 1794 arriveerde het Britse fregat Orpheus onder bevel van kapitein Henry Newcome bij Mahé, gevolgd door de Centurion en de Resistance.
Zonder strijd te leveren gaf de Franse kolonie, o.l.v. Jean-Baptiste Quéau de Quincy, zich over aan de Britten.
Hoewel nu Brits, bleef het hele Franse systeem in stand, zelfs Quéau de Quincy bleef op Mahé in de rol van vredesrechter.
Slavernij werd afgeschaft in 1835.
De kolonie werd eerst vanuit Mauritius bestuurd, maar in 1903 werd de archipel een aparte kroonkolonie.
Na de Tweede Wereldoorlog begon de opmaat naar onafhankelijkheid. In 1948 werd de Vakbond voor Belastingbetalers en Producenten opgericht.
Twee politieke partijen kwamen uit deze vakbond voort: de Seychelles Democratic Party (SDP) en de Seychelles People’s United Party (SPUP).
Beide partijen streefden naar onafhankelijkheid, bij de verkiezingen van 1974 was het zelfs een speerpunt.
Dit leidde tot onderhandelingen met de Britse autoriteiten. Het resulteerde in zelfbestuur in 1975 en één jaar later tot volledige onafhankelijkheid.
Op 29 juni 1976 werden de Seychellen een republiek binnen het Gemenebest.
James Mancham van de pro-Britse SDP werd president en France-Albert René van de sociaaldemocratische SPUP werd premier.
Eén jaar later, op 4 en 5 juni 1977, werd er een coup gepleegd door zes aanhangers van premier René, waarna president Mancham (die op dat moment in het buitenland bij een conferentie was), naar het Verenigd Koninkrijk vluchtte.
France-Albert René volgde hem op als president. De SPUP werd in 1978 met enkele kleine partijen omgevormd tot het Front Progressiste du Peuple Seychellois (FPPS) en werd de enige toegestane partij van de archipel.
Hoewel autoritair, was het bewind van president René zeker geen dictatuur en ging de levensstandaard van de inwoners vooruit.
Vanaf 1991 werd het éénpartijstelsel weer afgeschaft en keerde de SDP terug, net als ex-president Mancham.
De sociaaldemocratische René trad af in april 2004, partijgenoot James Alix Michel volgde hem op. Een andere partijgenoot, Danny Faure, volgde in 2016.
In 2020 echter slaagde de oppositie er voor het eerst in de sociaaldemocraten te verslaan, waarna priester Wavel Ramkalawan de vijfde president van de Seychellen werd.
Viering
Onafhankelijkheidsdag wordt in de hoofdstad Victoria altijd gevierd met een populaire parade, die altijd veel bekijks trekt.
Het begint heel officieel met militairen, de president, buitenlandse staatshoofden en het volkslied, maar daarna komen afvaardigingen van eilanden, dorpen, scholen, verenigingen met soms praalwagens aan toe, al met al een vrolijke boel!
Onder het verhaal van de vlag enkele screenshots van de parade van 2023
De vlag
De vlag van de Seychellen werd ingevoerd op 8 januari 1996, is zeer herkenbaar en zal niet snel verward worden met een andere.
Vanuit één punt van de onderkant van de broeking (mastzijde) divergeren vijf banen in de kleuren donkerblauw, geel, rood, wit en groen.
Hoewel de Seychellen pas sinds 1976 onafhankelijk zijn, is dit inmiddels de derde vlag van het land.
Met de terugkeer van de democratie in de jaren negentig was het nodig om de tweede vlag, die gebaseerd was op de partijvlag van de SPUP, te vervangen.
Ontwerper van de vlag is Philip Uzice, die de kleuren van de twee belangrijkste politieke partijen bij elkaar bracht: het rood-wit-groen-geel van de SPUP en het blauw-wit van de SDP.
Volgens Uzice staan de verschillende kleuren voor de lucht en de zee (blauw), de zon die licht en leven geeft (geel), vooruitgang (rood), vrede en harmonie (wit) en het land en de natuurlijke omgeving (groen).
Eerdere vlaggen van de onafhankelijke Seychellen
Zoals gezegd gingen sinds de onafhankelijkheid twee vlaggen de huidige voor. Nummer één zien we hieronder:
Deze vlag bestaat uit een wit andreaskruis, waarbij de twee driehoeken aan de broeking (mastzijde) en aan de vlucht rood zijn, terwijl de overige twee driehoeken blauw zijn.
De kleuren zijn afkomstig van de politieke partijen SDP (blauw en wit), de SPUP (rood en wit) en tevens van de blauw-wit-rode vlaggen van de voormalige kolonisators Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk.
Na de coup van 1977 werd de vlag vervangen door de hieronder afgebeelde:
De tweede vlag was horizontaal verdeeld in een rood en groen vlak, van elkaar gescheiden door een golvende balk in wit. Het rode vlak was een keer zo breed als het groene.
Ook deze vlag was. weer gebaseerd op de kleuren van een politieke partij, in dit geval de socialistische SPUP, die het nu alleen voor het zeggen had.
Hoeveel de vlag op die van de partijvlag leek zien we hieronder:
Het enige verschil is de gele zon die gedeeltelijk boven die golvende baan is afgebeeld.
De partij veranderde overigens driemaal van naam: in 1978 werd het met enkele kleine partijen omgevormd tot het Front Progressiste du Peuple Seychellois (FPPS), in 2009 werd het People’s Party (PP) en in november 2018 United Seychelles (US), de naam die nu in gebruik is.
De koloniale vlaggen
In de tijd als kroonkolonie hadden de Seychellen twee vlaggen: de eerste in 1903 en de tweede in 1961.
Beide waren zogenaamde Britse blue ensigns (blauwe vaandels), met de Britse Union Flag of Union Jack in het kanton en een badge op het uitwaaiende gedeelte.
De vlag uit 1903 zien we hierboven, de badge werd ontworpen door generaal-majoor Charles George Gordon.
Prominent zien we een van de zes palmboomsoorten die alleen op de Seychellen voorkomen: de coco de mer (creools: koko-d-mer) (Lodoicea maldivica), alsmede een seychellenreuzenschildpad (Aldabrachelys gigentea).
Het Latijnse motto op een witte banderol onderin luidt Finis coronat opus (Het einde bekroont het werk).
Gordon was eind 19e eeuw gestationeerd op Mauritius, waarvandaan de Seychellen bestuurd werden. Hij was een groot voorstander van het ‘loskoppelen’ van de archipel als een separate kroonkolonie, hij was zeer onder de indruk van het natuurschoon van de eilanden.
Interessant is dat hij reeds in 1881 een voorschot nam op die aparte status door een vlag voor de Seychellen te ontwerpen die, zoals we nu weten, nooit is ingevoerd. Hieronder zien we deze handgetekende vlag.
Het vlagontwerp van Gordon uit 1903 werd echter wél ingevoerd en ging uiteindelijk 58 jaar mee.
In 1961 werd de vlag geüpdatet met een ovalen badge ontworpen door de Canadese Patricia McEwen en die zien we hieronder:
De badge is gevat in een sierrand met bovenaan de naam van de kroonkolonie en onderin het gehandhaafde motto Finis coronat opus. De reuzenschildpad kreeg een prominentere plek, daarachter een coco de mer.
Curieus genoeg lijken die twee elementen toevalligerwijs veel op het nooit uitgevoerde ontwerp van Charles George Gordon uit 1881.
Nieuw echter waren een vissersboot en een hoog uit de oceaan oprijzend eiland.
Screenshots van de Independence Day Parade 2023
Beelden van de SBC (Seychelles Broadcasting Corporation)